In voetspoor van
apostel Paulus
Poëzietijdschrift Liegend Konijn voor tiende keer jarig
y
161 boeken
I
Hij reed twee Elfstedentochten en schreef over Romeinse keizers.
Het nieuwste boek van Fik Meijer gaat over een christelijke prediker:
de apostel Paulus. „Een dag niet geschreven, is een dag niet geleefd."
door Herman Haverkate
Boven, op de zolder van zijn huis,
hangt een oude schoolkaart van de
Middellandse Zee. „Afkomstig uit
het klaslokaal van mijn vader", zegt
Fik Meijer. Hij heeft er tijdens het schrijven
regelmatig naar gekeken. „Alle reizen van
Paulus staan erop. Mijn vader was leraar op
een lyceum in Leiden, dezelfde school waar
ik ook zelf heb lesgegeven. Hij had een gro
te bewondering voor Paulus. Die heb ik
niet. Ik benader hem als Caesar en Pom-
peius. Als een historicus, niet als gelovige of
theoloog."
Meijer (70) knippert met zijn ogen. Zon
licht valt aan de zuidkant overvloedig zijn
woning in Oegstgeest binnen. Hij woont er
nu ruim vijfjaar, schreef er een groot deel
van de boeken waarmee hij
zichzelf op de kaart zette als de
populairste classicus van het
land. Keizers, gladiatoren en
consuls uit het oude Rome: on
der de handen van Meijer wor
den ze mensen van vlees en
bloed.
„Ik ben gek op schrijven. Ik zeg
wel eens: een dag niet geschre
ven, is een dag niet geleefd.
Het is een voorrecht dat je dat
kunt en ook nog eens voor een
groot publiek. Die keuze heb ik
tien jaar geleden heel bewust
gemaakt Ik was toen nog hoog
leraar en schreef geleerde artikelen, met veel
voetnoten. Bij wijze van spreken elke scheet
die je in zo'n stuk liet, was goed voor een
noot. De oudheid is een van de mooiste pe
riodes uit de geschiedenis, allesbehalve saai.
Dat wil ik laten zien."
Twee Elfstedenkruisjes in de kast vormen
het bewijs dat ook zijn eigen leven zich niet
tot de studeerkamer beperkt. Hij reed de
tocht in 1985 en 1986, nadat hij in 1963 als
niet-lid van het ijs was gehaald. „Schaatsen
is iets geweldigs. Dat bezorgt me het gevoel
van totale vrijheid. Ik ben altijd sportief ge
weest. Ik heb veel aan waterpolo gedaan. In
het weekend ga ik tegenwoordig vaak naar
Feyenoord. Een oud-leerling regelt dan de
kaartjes. Prachtig, maar graag wél in de
oude Kuip."
Zijn agenda is sinds zijn afscheid als hoogle
raar nog altijd vol. Lezingen, optredens, ra
dio-interviews en reizen. Zo'n dertien we
ken per jaar is hij met gezelschappen op
pad. Naar Klein-Azië, Sicilië, Griekenland,
Israël en Rome. „Ik ben Paulus achterna ge
reisd. Al ruim veertien jaar. Ik heb gelopen
op de wegen waar hij gelopen heeft. De ver
halen die mijn vader over hem vertelde, be
gonnen daar nog meer tot de verbeelding te
spreken."
Zijn allereerste boekje voor het grote pu
bliek ging, niet geheel toevallig, ook al over
Paulus. Een kleine verhandeling over de zee
reis die de apostel aan het eind van zijn le
ven maakte van Caesarea naar Rome. „Die
reis staat beschreven in de Handelingen der
Apostelen. Hij lijdt schipbreuk op Malta en
moet daar overwinteren. Het is een van de
mooiste reisverhalen uit de oudheid. Lang
geleden, in de jaren negentig,
heb ik eens gesnorkeld in de ha
ven van Caesarea. Onderwater-
archeologie was een van mijn
grote passies. Onder water zag
ik daar de restanten van de
oude haven. Daar is hij aan
boord gegaan. Op zo'n mo
ment komt dat hele verhaal tot
leven."
In zijn nieuwste boek volgt hij
de apostel op de voet. Aan de
hand van teksten uit de Bijbel,
aangevuld met zijn eigen grote
kennis van de geografische en
historische omstandigheden
van de tijd waarin Paulus leefde. „Die man
heeft vijf keizers meegemaakt en is het hal
ve Romeinse Rijk doorgetrokken. In de
herfst van zijn leven had hij, zoals hij in een
van zijn brieven schrijft, zelfs nog de ambi
tie om naar Spanje te gaan."
Zware theologische kwesties gaat Meijer uit
de weg. „Boeken daarover zijn er genoeg. Ik
wil hem daar juist van losmaken. De histori
sche Paulus is ook een andere dan latere
christenen van hem hebben gemaakt. Pas
na zijn dood wordt hij de grote geloofsver
kondiger, broederlijk verenigd met Petrus
met wie hij juist zo van mening verschilde.
Er is zoveel gerotzooid met deze figuur, dat
het onmogelijk is om na tweeduizend jaar
nog allerlei absolute standpunten te baseren
op zijn geschriften. Dat sommige kerken dat
doen, vind ik eigenlijk onbegrijpelijk."
Xi-t
zaterdag 12 januari 2013
Zijn boek roept soms kritiek op bij Bijbelge-
trouwe christenen, heeft hij gemerkt. „Mijn
dochter leest wel eens wat op internet. Ik
ontmoet zulke mensen op lezingen. Maar
dan hebben ze me dus niet begrepen. Juist
door eens met een andere bril naar zo'n
man te kijken, zie je opeens verrassende,
nieuwe dingen."
Hoewel hij zelf geen kerkdiensten meer be
zoekt, heeft hij nog altijd iets met het katho
lieke geloof van zijn vader. Zijn eigen me
ning over de 'apostel der heidenen' is tij
dens het schrijven veranderd. „Ik vond hem
aanvankelijk niet erg sympathiek. Een fanati
cus, zoals je dat wel meer ziet bij bekeerlin
gen. Hij komt altijd wat drammerig over."
Maar er zijn ook de andere kanten. Zijn
moed, avonturisme en vooral, zijn overtui
ging dat voor God alle mensen gelijk zijn.
„Hij zegt ook ergens dat er geen onder
scheid meer bestaat tussen vrijen en on-
vrijen, tussen christenen en joden, tussen
mannen en vrouwen. In een wereld waarin
miljoenen mensen in armoede leefden, was
dat een buitengewoon hoopvolle bood
schap. In deze opvattingen en in de duidelij
ke belofte van een leven na de dood, lag de
aantrekkelijkheid van het christendom in
die eerste eeuwen."
Hij bezocht voor zijn boek bijna alle plek
ken die aan Paulus herinneren. Van zijn ge
boorteplaats Tarsus tot de steden Korinte,
Efeze, Thessaloniki, Jeruzalem en tenslotte
Rome, waar hij volgens de overlevering ont
hoofd zou zijn aan de weg naar Ostia. „Voor
al in Klein-Azië krijg je soms het idee dat
hij min of meer in het voetspoor wilde tre
den van Alexander de Grote. Die trok drie
eeuwen daarvoor door grotendeels dezelfde
gebieden en steden. Wat hij met het zwaard
deed, wilde Paulus doen met het woord: de
wereld veroveren voor Christus."
De meest indringende plek die met de apos
tel is verbonden, was voor Meijer de Areo-
paag in Athene: de rots aan de voet waar
van Paulus voor de filosofen preekte. „Die
rots is er nog, vlakbij de Akropolis. Ik heb
vaak op die plek gestaan, met het zakbijbel
tje in de hand. Als ik daar de rede voorlees
die Paulus hier heeft gehouden, krijgt dat
een hele bijzonder lading. Dichterbij kan de
geschiedenis niet komen."
Fik Meijer - Paulus. Een leven tussen
Jeruzalem en Rome. Athenaeum -
Polak Van Gennep, 19,95 euro.
Fik Meijer vindt de rots waar Paulus ooit preekte nog steeds sterk tot de verbeelding spreken.
Hij las daar de rede van Paulus voor uit zijn zakbijbeltje. foto Erik van 't Woud
Q Het Liegend Konijn.
Tijdschrift voor
hedendaagse Neder
landstalige poëzie.
Redactie en uitgever:
Jozef Deleu, 20 euro.
door Mario Molegraaf
Brood moet natuurlijk naar
brood ruiken. Ook de groente
willen we vers. Waarom zou
den we dan genoegen nemen met
oude gedichten?
Er is een uitgelezen gelegenheid om
van de nieuwste poëzie te genieten:
het tijdschrift, of eigenlijk is het iede
re keer weer een omvangrijk boek,
Het Liegend Konijn. Oprichter en re
dacteur lozef Deleu verklapt, vanwe
ge nei tienjarig bestaan, hoe het zit
met die merkwaardige titel.
Het is een uitdrukking die hij zelf
heeft bedacht: liegen uit verlegen
heid, uit onzekerheid, uit angst. Vat
dat niet de taak van de dichters sa
men? Het doen alsof, doen alsof er
toch ergens een andere wereld is,
liefst een beetje beter dan deze.
Doen alsof er ergens in de kosmos ie
mand anders is die, wie weet, zelfs
naar ons luistert. In Het Liegend Ko
nijn krijgen alle dichters hun kans,
debutant en ster, vriendelijke rijme
laar en ondoorgrondelijke tovenaar
Lieke Marsman en Arno van Vlier-
berghe (beiden van de jaargang
1990) doen even goed mee als Hu-
bert van Herreweghen (geboren in
1920) en Leo Vroman (geb. 1915).
De enige eis: het moeten verse ver
zen zijn, 'uit het nest geroofd' noemt
Deleu ze. Pas gemaakt, nog nat zoge
zegd van de vulpen of doorgaans
van de printer. Wat er nauwelijks
toe doet, als we mogen afgaan op
een bijdrage van Ingmar Heytze.
Die verwijst naar dichter Menno
Wigman, de man van de pixels. Heyt
ze gelooft niet in de revolutie van de
pixels. Het zijn maar middelen die
komen en gaan, de bekende vragen
blijven en daarom blijft de poëzie.
Erwin Mortier, vooral befaamd als
romancier, is in zijn uitgebreide
reeks Objet trouvé duidelijk over zijn
gedroomde wereld. Het 'objet trou
vé', het gevonden voorwerp, is het
verslag van een congres uit 1893 van
de Partij der Werklieden uit België.
Aan al dit historische idealisme voeg
de hij zijn eigen ideaal toe: 'Land
godsdienst hoofddoek/kleur of
sekse/ bestaan niet.'
De meeste dichters leveren nacht
merries, met wrede en absurde hu
mor. Twee beulen keuvelen in het
werk van Philip Hoorne: 'Recentelijk
nog een doodstrafje voltrokken colle
ga?' Je betreedt vreemde gebieden
met een bizarre meteorologie. 'Deze
middag regende het stoeptegels',
schrijft Erik Solvanger. Op andere
momenten moet je bij hem schuilen
voor neerkomende harthouten plan
ken of tulpenbollen. De harde neer
slag van de zachtste kunst. Het jong
ste werk van Anna Enquist, Piet Ger-
brandy, Eva Gerlach en tientallen an
deren, ze staan er allemaal in.
Ontdek onze dichters. Om meteen te
ontdekken dat ze al snel even onmis
baar zijn als brood.