221 zeeland
Zorg om opvang
van kwetsbaren
Vrijwel geen konijnen
meer in duin Schouwen
Mooiste moment
Bruënaar omarmt
een nieuw avontuur
'Uit elke overstroming zijn lessen te trekken'
I
I
1
I
I
I
fl3
'Het hele verhaal is leuk,
maar voor mij zijn auto
rijden en in de sneeuw
spelen wel hoofdzaak'
Achtervang en achtergrond
EF
woensdag 2 januari 2013
door Piet Kleemans
zierikzee - De opvang van kwets
baren - onder anderen daklozen -
staat op Schouwen-Duiveland on
der druk door de bezuinigingen
van de rijksoverheid. Wethouder
Gilles Houtekamer maakt zich zor
gen. „Ik houd mijn hart vast als er
nog verder bezuinigd wordt."
Bij de opvang van kwetsbaren gaat
het niet alleen om daklozen, maar
ook om slachtoffers van huiselijk
geweld. Houtekamer is er veel aan
gelegen om de zorg voor kwetsba
ren in de Schouwen-Duivelandse
samenleving niet te laten verslap
pen. „Die móet overeind blijven.
We kiezen er als gemeente heel be
wust voor om daar in te investe
ren. Het kan toch niet zo zijn dat
wij straks letterlijk struikelen over
onze dakloze medemens."
De gemeente zet in op verschillen
de sporen. Er wordt ruim 47.000
euro bijgedragen aan crisisopvang
en sociale pensions. Het project
Woonherkansen van het Samen
werkingsverband Welzijnszorg
Oosterschelderegio (SWVO)
wordt gesteund met 14.559 euro
per jaar en ook wordt geïnvesteerd
in jongerenhuis Foyer de Jeunes
(7501 euro) en een 'basispakket
preventie' van het SWVO (35.517).
Alles bij elkaar gaat het om een
jaarlijkse bedrag van ruim een ton.
Houtekamer: „We willen probe
ren te voorkomen dat mensen uit
gezet worden of slachtoffer wor
den van huiselijk geweld. Het gaat
om veel meer dan alleen brood en
bed. Het gaat ook om begeleiding
en scholing."
Concrete cijfers over hoe groot de
groep kwetsbaren op Schou
wen-Duiveland is, heeft Houteka
mer niet a la minute voorhanden.
Het aantal daklozen loopt terug.
Het komt bijna niet meer voor dat
mensen uit hun huis gezet wor
den, maar in de gevallen dat dit
wel gebeurt, gaat het om complexe
problemen. Begeleiding van deze
'laatste kans cliënten' vergt veel
tijd. Door nu in te zetten op pre
ventie hoopt de gemeente op lan
gere termijn voor minder hoge uit
gaven te komen staan.
door Piet Kleemans
burgh-haamstede - In het Schou-
wen-Duivelandse duingebied ko
men vrijwel geen konijnen meer
voor. Die conclusie trekt Ted Sluij-
ter in een artikel in Sterna, het tijd
schrift van de Natuur- en Vogel
wacht Schouwen-Duiveland.
Vroeger, stelt Sluijter, wemelde
het van.de konijnen in de duinen.
In oude verslagen van tochtjes
door de duinen wordt steevast het
konijn - zelfs duinkonijn genoemd
- als meest prominent aanwezig
zoogdier genoemd. „Wie nu zo'n
tochtje maakt mag in zijn handen
knijpen als er één konijn het pad
kruist." Het konijn wordt in 1300
in .Schouwse keuren genoemd als
een te beschermen wildsoort. De
konijnen werden in die tijd 'gehou
den' in voor de jacht toegankelijke
Na afloop van een trainingsrit op een ijsmeer reden vijf teams richting Russische grens.
Op de terugweg kwamen alle vijf auto's vast te staan in een bos. Aan de rendieren die
hij zag, de genuttigde Jagermeister en het uitgraven bewaart Bal mooie herinneringen.
gebieden (warandes). Deze konijn
waranden zijn volgens Sluijter tot
begin 19e eeuw in gebruik ge
weest. „Zowel het vlees als het
bont waren van economische
waarde." Rond 1851 werden jaar
lijks nog duizenden konijnen ge
vangen. Dat is, zegt Sluijter, nu
wel anders. Het verdwijnen van
het konijn uit het duingebied is
niet zonder gevolgen. „Duinbe
heerders als Natuurmonumenten
en Staatsbosbeheer zijn niet geluk
kig met het verdwijnen van het ko
nijn. Ze graven en grazen niet
meer. De begroeiing schiet steeds
massaler en sneller op. Broedvo-
gels die van de holen profiteren ne
men zienderogen af."
Hoofdoorzaak van de dramatische
teruggang is volgens Sluijter ziek
te: Myxomatose en VHS zijn daar
bij de grote boosdoeners.
Vorig jaar reden Bruënaar Johan
Bal en zijn Friese maat Henk Ja
cob de Vries voor het eerst dui
zenden kilometers weg richting
poolcirkel. Dat avontuur smaak
te naar meer. Vrijdag 4 januari
gaat het duo met de Scan
Covery Trial op herhaling.
Ze hebben rond de ze
venduizend kilometer
te gaan. Zij-aan-zij in
een pick-up, met een
minimum aan slaap
en onder barre omstandigheden.
„Vorige week was het er min 35
graden", vertelt Johan Bal. Boven
dien is het er een groot deel van
de dag donker. De avond valt rond
drieën 's middags in en pas tegen
een uur of tien 's ochtends wordt
het weer wat lichter.
Maar oh, wat is het er prachtig. Bal
en De Vries wisten het vorig jaar
meteen. 'Dit doen we nog een
keer'. „Je kan ook een weekje met
je maat gaan skiën maar dit is veel
meer spanning en sensatie natuur
lijk", schetst Bal. Vanaf het vertrek
vrijdag vanuit Ulft (Achterhoek)
wordt het tweetal, net als de overi
ge 73 teams, voortgedreven door
coördinaten. Aan de hand daarvan
moeten de deelnemers de route
uitstippelen, waarbij ze zich heb
ben te houden aan de geldende
maximumsnelheden en andere
verkeersregels.
Bal rijdt 70 procent van de tijd. De
Vries is de voornaamste navigator.
„Het hele verhaal is leuk. Maar
voor mij zijn autorijden en in de
sneeuw spelen wel hoofdzaak", al
dus Bal. Hij maakte kennis met
het rallyrijden via een televisiepro
gramma gewijd aan de Arctic Chal
lenge Tour. Onder de teamnaam
FRIEEZ (Friesland-Zeeland) wist
het tweetal een negende plaats te
bemachtigen. Een flinke prestatie,
temeer omdat de eerste etappe
niet zo succesvol („Een foute bere
kening; we bakten er niets van.")
verliep.
Toen daarna de kansen keerden,
sloop er meer fanatisme in. Die in
stelling is nauwelijks veranderd, al
rekent Bal absoluut niet op een
eerste plaats. „Er zijn zoveel fana
tiekelingen die er het hele jaar
mee bezig zijn. Dat is bij ons niet
zo. Het hoofddoel is de rally uitrij
den en alles heel houden. Maar
daarna... Dan is het wel leuk als je
bij de eersten zit." v
Dat ze het avontuur nog een keer
wilden meemaken, was van begin
af aan duidelijk. Onvrede over de
organisatie deed team FRIEEZ ech
ter besluiten naar de Scan Covery
Trial over te stappen. Van de opge
dane ervaring wordt nu volop ge
profiteerd. De voornaamste aan
passing? „We hebben nu internet
aan boord. Vorig jaar niet." Van de
VW Touareg (500 pk, benzinever
bruik 1 op 5) is het duo overge
stapt op een Nissan Navara; een
pick up die 1 op 15 (diesel, 190 pk)
rijdt. De zin is onveranderd groot.
„Het is een festijn: al die auto's, al
die verhalen. De klik onderling is
ook bijzonder. Je speelt allemaal
hetzelfde spelletje mee; we zijn
net kleine kinderen. Dat geeft wel
een kick. En het is er ook nog eens
erg mooi."
Team 70 FRIEEZ heeft als startnum
mer 31. Dat nummer heeft het
team tijdens een trainingsdag ver
kregen. Alle wagens zijn uitgerust
met een volgsysteem. FRIEEZ is te
volgen via: www.bru.nu
Dorpsgenoot Jan Greijn zorgt
voor achtervang. Dat was zonder
internet vorig jaar een moetje,
maar ook mét internet aan boord
is het handig als iemand meekijkt.
Er zijn, voor zover Johan Bal weet,
drie rally's naar de Poolcirkel.
Eén van de deelnemers aan de Arc
tic Challenge Tour van vorig jaar,
heeft een derde tocht op poten ge
zet.
De Arctic Challenge Tour is van
13 tot en met 19 januari. Ook daar
doet een Schouwen-Duivelands
team aan mee.
Of Johan Bal en Henk Jacob de
Vries volgend jaar weer meedoen
aan deze of een soortgelijke tocht
weet het tweetal niet: „Maar we
gaan vast wel weer iets doen."
De Zeeuws-Friese vrienden ken
nen elkaar van het werk. Het twee
tal heeft ooit samen schepen ge
bouwd in Polen en daar is een
hechte vriendschap uit voortgeko
men.
Beide avonturiers zitten nog altijd
in de schepenbranche. De Vries
heeft een jachthaven. Bal is eige
naar van Bal Co Winterberging.
Het Watersnoodmuseum en in
genieursvereniging KIVI NIRIA
houden tot de 60ste herdenking
van de Watersnoodramp een se
rie lezingen. Donderdag vertelt
hoogleraar Bas Jonkman over de
lessen die we kunnen trekken
uit overstromingen elders.
door Joeri Wisse
Met dijken die stevig
genoeg zijn om
een superstorm
die eens in de
4000 of zelfs
10.000 jaar voorkomt te doorstaan,
heeft Nederland het beste waterke
ringssysteem ter wereld. Deson
danks mogen we niet comfortabel
achteroverleunen, stelt Bas Jonk
man, hoogleraar waterbouwkunde
aan de TU Delft „We mogen niet
denken dat het af is. Uit de perio
dieke keuring in 2011 van de dijken
Bas Jonkman.
blijkt dat eenderde niet op orde
is." De zwakke plekken zijn aan
het licht gekomen door nieuwe in
zichten, deels opgedaan in het bui
tenland. „De rivierdijken zijn wel
hoog genoeg, maar het risico be
staat dat bij hoge waterstanden
het water er onderdoor loopt", ver
telt Jonkman. Dit gebeurde ook in
New Orleans. „Op het moment
dat het centrum van New Orleans
overstroomde, stond het water
nog onder de kruin van de dijk."
Jonkman is na de orkaan Katrina
veelvuldig in New Orleans ge
weest. „Je kunt de dijken breder
maken, zodat de voet steviger
wordt. In New Orleans slaan ze sta
len damwanden van dertig tot vijf
tig meter diep in de dijk. Daarmee
snijd je de grondwaterstroom af."
Na de overstromingen in New Or
leans is er volgens Jonkman in Ne
derland ook meer aandacht voor
de aansluitingen tussen de scha
kels in de zeewering, bijvoorbeeld
de overgang tussen een sluisje en
de dijk. Ook uit andere recente
overstromingen zijn lessen te trek
ken. Dan gaat het met name om
de indirecte effecten van een over
stroming. „In Manhattan lag de
metro een maand plat, in Thailand
lag de industrie een half jaar stil
en in Japan werden kerncentrales
getroffen", somt Jonkman de gevol
gen van een aantal recente over
stromingen op. „In Nederland zijn
we sinds New Orleans ook meer
na gaan denken over de keteneffec
ten van een overstroming."
Het gevolg is dat een discussie
woedt over de balans tussen pre
ventie of gevolgenbeperkende
maatregelen. „Uit onderzoek blijkt
dat het in Nederland toch efficiënt
is om in te zetten op preventie."