kerstmis ió
Het Tranendal is de
bijnaam van vakantiepark
IJsselheide in de buurt
van Zwolle. Terwijl heel
Nederland gloeit van
kerstvreugde, dobbert
daar het menselijke
wrakhout rond. Door een
verbroken relatie, een
verloren baan, een
nieuwbouwhuis dat nog
niet klaar is, of de drank.
Zaterdag 22 december 2012
door Jelle Boonstra
foto Freddy Schinkel
akantiepark IJsselheide ligt in het bos
tussen Hattem en Wezep bij Zwolle.
Tussen de naaldbomen en Amerikaan
se eiken liggen open plekken met ande
re begroeiing. De bewoners van het
park hebben een opmerkelijke voor
keur voor de conifeer. Zoals Vinexwij-
ken volstaan met Gammaschuttinkjes, zijn de huisjes daar
omringd door coniferen. In veel van de 125 huigjes wonen
tijdelijk 'mensen alleen', zoals dat heet. Mensen die hier
belandden nadat hun huwelijksbootje lek sloeg. Of omdat
ze huis en haard moesten verlaten. Omdat ze hun huis al
verkochten, terwijl het nieuwe nog niet klaar is. Dat zijn
nog de bofkonten op Vakantiepark Tranendal. Kratjes
bier, bordjes naast de deur met 'Heinekenplein' erop zijn
aanwijzingen dat de grote butsen in het leven niet altijd
zonder hulpmiddelen worden verwerkt. Voor één van de
huisjes staat een schilderij van een doodskop op een ezel,
uitgevoerd in in giftig wit, gitzwart en diepgrijs. Zo zit ie
dereen hier in kennelijk in één van de vijf rouwfases: ont
kenning, woede, hoop, verwerking en het pure verdriet.
In het huisje met de doodskop woont Henk Kisjes (46).
Om precies te zijn al sinds 21 maart, de verjaardag van z'n
zus. „Mijn huwelijk was plotseling over. We waren 28 jaar
bij elkaar. Voor het eerst in mijn leven ben ik helemaal al
leen, best heavy." Het park maakt z'n bijnaam waar, het
was voor Kisjes een tranendal, vooral in de eerste maan
den. Nadenken over hoe het zo mis kon gaan. „Wat mij
betreft had het huwelijk nog lang mogen duren. Maar ja,
we waren uit elkaar gegroeid."
Zij koos een carrière, hij kreeg een depressie, die nog niet
•is uitgewoekerd. „Al gaat het beter, dankjewel." Zie die
doodskop niet als schreeuw om hulp, zegt hij. „Ik heb het
geschilderd voor mijn dochter Maaike. Die is 11 en zit in
de periode dat ze geesten en spoken helemaal te gek
vindt. Dit is de Mona Lisa. Als geest dan."
In het piepkleine huisje, met verhuisdozen in de hoek,
hangen ook fleuriger schilderijen. Van zijn woonplaats
Zwolle bijvoorbeeld, waar hij dolgraag een huurhuisje wil
hebben. „Maar de urgentieregeling is afgeschaft. Je moet
bij nul beginnen. Voor een wenswoning moet je 2.200
punten vergaren. Ik geloof dat je elke dag 1 punt krijgt.
Dan ben je dus jaren verder. Met de spoedmodule gaat het
sneller, maar dan moet je alles accepteren.
„In het begin dacht ik nog: op sommige plekken wil ik
echt niet wonen. Daar ben ik nu vanaf." De eerste weken
woonde Kisjes bij z'n ouders. „Heel aardig en heel lief,
maar ze zijn oud. Dat kon niet lang duren." Daarna volg
den een paar weekjes bij zijn broer. Het vakantiepark was
de oplossing. Alleen zijn blijkt toch ook fijn: „Je bent even
helemaal alleen met je gedachten."
In de hoek staat de tv de hele dag aan. Het internet is hier
helaas zo traag als stroop. Er is geen wasmachine, daarom
doet hij handwasjes met Biotex. Het is behelpen, maar dat
zijn de ergste dingen niet. Een geluk is dat zijn dochter het
prachtig vindt in het bos. „Als je stil doet, staat er zo een
ree op het pad, of kegelen wilde zwijnen je omver."
Hij piekerde zich het hoofd suf wat hij op tweede kerstdag
moet doen als zijn dochter bij hem is. Het huisje is te
klein voor een kerstboom. Tot hij vlak voor zijn luifel die
enorme dennenboom zag, alsof hij er nog maar net stond.
Een kerstboom van 10 meter hoog, wat lampjes er in en
klaar. Soms moet je van je nood een deugd maken.
Even verderop woont Astrid Woustra (haar naam is op
verzoek gefingeerd). Ze is een gescheiden vrouw en wacht
op IJsselheide tot haar huis is verkocht. Daar woont haar
man nog. De verkoop vlot niet zo en toch is er al een hal
ve ton van de vraagprijs af Eerst zat ze op een camping
met heel veel Polen, die in een distributiecentrum van de
Albert Heijn 12 uur per dag melk en vla moesten verzame
len in de kou van de zuivelhal. 's Avonds zochten ze met
een fles wodka ontspanning. Een cliché, zegt Astrid, en
zeer waar. Ze voelde zich niet bepaald senang als vrouw al
leen in een huisje, omringd door Poolse mannen, die met
z'n vijven net zo'n vakantiehuisje als zij deelden. Af en
toe stond er eentje ongevraagd voor de deur. Met veel en
thousiasme. Ze schampert: 'alsof ze het leuk zou vinden
om een dronken Pool in haar armen te sluiten'.
Met kerst waren ze als bij toverslag verdwenen, dat was
fijn. „Katholiek hè. Ze werken het hele jaar door, ook alle
weekeinden als het moest, maar met kerst willen ze alle
maal naar huis." Deze camping, waar ze nu woont, is ver
stoken van Polen. Het staat zelfs in de reglementen: geen
verhuur aan seizoenswerkers.
Niet veel mensen willen met hun ziel en zaligheid in de
krant Het is al half drie, maar in een huisje waarvan de
schoorsteen dampt, doet een ongeschoren man in pyjama
broek open. Met een drankkegel, die de gezonde boslucht
van de Veluwe met gemak verdringt. „Joh, het is erg ge
noeg, even niet." De deur wordt met een klap gesloten,
maar gaat weer open. „Ik beschouw dit als een uitgesteld
leven."
Elders woont Arie Maas, gepensioneerd fysiotherapeut.
Géén slachtoffer, zegt hij direct - meer een hulpverlener.
Al jaren wordt hij gedreven door 'een persoonlijk evange
lie' eii schenkt de eenzamen van hart graag wat koffie en