kerstmis 12
Daan Smit en Marijke Hillebrandt, beiden doodziek,
hebben hun laatste thuis gevonden in hospice Rozenheuvel
in Rozendaal. Marijke: „Je weet dat het vandaag of morgen
gebeurd is. Er gaan hier namelijk voortdurend mensen
dood."
Zaterdag 22 december 2012
door Hamis GuSpemi
foto's Marina Popova
arijlce Hillebrandt - longkanker
met. uitzaaiingen naar de herse-
nen - rookt graag en veel. Dat
kan. In de gezellige serre van hos
pice Rozenheuvel met uitzicht
op een royale voortuin mag wor-
.fii:-: den gerookt.
Onlangs vierde Marijke haar 70ste verjaardag in het hospi
ce. Met bloemetjes en slingers ,ën veel bezoek. Familie,
vrienden en bekenden, ze kwamen allemaal langs om
haar, zeer waarschijnlijk laatste, verjaardag bij te wonen.
De verpleegkundige in ruste verblijft sinds half augustus
als gast in het hospice van het Leger des Heils, nu al zo'n
maand of vier dus.
Toen ze in de zomer haar kamer betrok, dacht ze dat het
niet voor lange duur zou zijn, misschien een paar weken,
hooguit een maand. Tot haar verbazing ging het leven ge
woon door. Even sloeg haar de schrik om het hart. Stel
dat ze niet snel dood zou gaan, wat dan? Moest zë dan
weg omdat een ander haar kamer dringender nodig had?
Maar de directie van het hospice heeft haar gerustgesteld.
Ze mag tot haar laatste ademtocht blijven.
In Rozenheuvel sterven jaarlijks 120 tot 130 gasten. Gemid
deld wonen ze er drie weken. Gemiddeld - want de ene
gast overlijdt al na een paar uur of binnen een dag en de
andere woont er nog enkele maanden. Een enkeling ver
bleef er zelfs een jaar, steeds omringd door 24 uurs ver
pleegkundige en medische zorg en begeleid door een
team van zo'n 80 vrijwilligers.
Voor Marijke, inmiddels afhankelijk van een rolstoel,
speelt tijd nu niet meer zo'n rol. Ze leeft in het moment,
een toekomst bestaat niet meer en het verleden is ver
vaagd. De tumor in haar hoofd pleegt roofbouw op haar
herinneringen. Feiten en 'weetdingetjes' doen er niet
meer toe, naar woorden moet ze steeds vaker zoeken.
Vandaag heeft ze geen goede dag. Ze oogt afwezig. Toch
breken er nu en dan inzichten door. „Je weet dat het van
daag of morgen gebeurd is", zegt ze na enig nadenken.
„Er gaan hier namelijk voortdurend mensen dood."
Van de tien gasten aan wie het hospice onderdak kan bie
den, zijn er altijd wel een paar die verkiezen zoveel moge
lijk op zichzelf te zijn. Ze leven de laatste dagen of weken
van hun leven in de beslotenheid van hun kamer, waar
toe alleen partner of kinderen en, uiteraard, het verzorgen
de personeel toegang hebben. De kamers mogen naar ei
gen inzicht en smaak worden ingericht, ongeacht de duur
van het verblijf, want dat weet niemand van tevoren. Het
bed moet blijven staan, maar verder mag het hele meubi
lair worden vervangen en mag je van huis alles meene
men wat je lief is. Voor naasten kan een stretcher worden
geplaatst. Familieleden kunnen ook elders in het hospice
gebruik maken van een logeerkamer.
Marijke Hillebrandt bewoont een van de kleinere kamers
van het hospice. Dat vindt ze niet erg, ze is toch zelden op
haar kamer te vinden. Ze geniet met volle teugen van het
sociale leven in Rozenheuvel en maakt met iedereen con
tact. De eerste maanden bemoeide ze zich met alles, ook
met het huishouden, en leverde volop commentaar op
dingen die in haar ogen niet lekker liepen. Wie niet beter
wist, dacht dat ze er werkte.
Ze voelde zich van meet af aan thuis, omgeven door alle
aandacht, zorg en warmte die ze zich maar kon wensen.
Ook op dit moment, nu ze nog maar moeilijk uit haar
woorden kan komen, noemt ze het hospice 'een hemel
op aarde'. Ze prijst het personeel en de vrijwilligers die
waar mogelijk haar wensen vervullen. „Je wordt hier echt
verwend", vindt ze.
Daan Smit (40), moeder van de tweejarige Yolée en echt
genote van Raymond, arriveerde begin juli in Rozendaal.
In het ziekenhuis hadden ze haar meegedeeld dat ze was
uitbehandeld. Een tumor achter de linkerlong was wegge
haald, maar weer teruggekomen. Niets; meer aan te doen.
Toen ze nog bejaardenverzorgster was,, had zë wel eens ge
hoord van het hospice in Rozendaal. Daar wilde ze naar
toe.
Naar huis terug gaan, leek haar niet verstandig. „Thuis
ben je 24 uur per etmaal bij elkaar. Dat is veel te druk.
Voor Yolée leek het me ook niet goed: zo'n moeder in