3 spectrum
Boten van
beton
en ijzer
Zaterdag 15 december 2012
schrijft. Ver weg van de Uilenspiegel, die
intussen door Koning Winter verpakt is in
ijs en sneeuw. „Een prachtig gezicht was
dat. Toen was de bemanning van de boot
al bij ons in het hotel geweest. Ze hadden
niets meer, kregen geen loon. Ze wilden
aan boord om er nog wat te halen. Dat is
toen nog gelukt. Geen idee trouwens wat
ze allemaal meegenomen hebben."
De boot gaat vervolgens in zogeheten qua
rantaine. Niemand mag er meer op. Piet
Faas: „Namens de gemeente Cadzand
moest Ko la Gasse toezicht houden. Hij zat
in een houten hokske bij die boot. Met ver
der vrijwel niets. En een slecht weer dat
het was. Verschrikkelijk koud, veel ijzige
wind. Ik dacht echt: die man gaat hartstik
ke dood."
Maar Ko overleeft het en met het voorjaar
in aantocht, wordt de halfvergane boot
weer vrijgegeven. Voor Piet Faas een mooi
moment om de boot nog eens van dichtbij
te bekijken. Dat doet hij niet alleen. Met
pretoogjes: „Toen het weer eens stormde,
zei ik tegen mijn hotelpersoneel: kom, we
gaan eens kijken. Met die jongemannen
die uit heel Nederland kwamen om hier
het vak te leren, ging ik de boot op. Via
een lange en stevige ladder die we meege
nomen hadden."
Ze vinden er ryet veel meer. Wel de nodi
ge, deels aangebroken, flessen drank.
„Whisky, cognac en meer van die sterke
dranken. Hebben we een paar matrassen
gepakt en die op de ladder gelegd. En daar
op die flessen drank. Liepen we zo over
het strange (dialect voor strand) in die ver
schrikkelijk storm. En bij ieder paalhoofd
stopten we, legden alles op de grond en
dronken wat. Ik weet nog goed dat een
jongen uit Groningen zei: als mijn vader
me zo zou zien, sloeg ie me meteen neer."
Slaan is na een tijdje niet meer nodig, de
meeste jongens vallen na de barre tocht
uit zichzelf wel neer. Totaal beneveld door
de sterke drank. „Gingen we eerst naar de
bunker die voor het hotel lag, want ik
dacht: dit kan ik de hotelgasten niet aan
doen. Die worden allemaal wakker. Later
zijn we toch naar het hotel gegaan en was
ik nog een zekere Rob kwijt. Die vond ik
op de wc. Maar uiteindelijk had ik er me
zelf het meest mee: de volgende dag had ik
geen personeel. Niemand kwam opda
gen!"
Later klimt Piet Faas nog eens in de boot.
In zijn eentje. „Uit nieuwsgierigheid. De
boot lag toen al behoorlijk schuin en als ik
mijn hoofd in de kajuit stak, werd ik zee
ziek. Als ik mijn hoofd terugtrok, was dat
over. Gek he? Het was trouwens levensge
vaarlijk. Een betonnen boot met overal uit
stekend ijzerwerk. Er gebeurden regelma
tig ongelukken met badgasten die de boot
beklommen en vervolgens vielen."
Dat is ook het waterschap Het Vrije van
Sluis een doorn in het oog en na het nodi
ge overleg wordt besloten het betonnen
scheepswrak op te ruimen. Dat is gemakke
lijker gezegd dan gedaan. Aanvankelijk
wordt geprobeerd om grote gaten te ma
ken in het strand en het wrak daarin te la
ten verzinken. Dat lukt niet. Na opnieuw
langdurig overleg wordt het schip tot een
halve meter onder het strandoppervlak ge
sloopt. Voor 43.000 gulden wordt de klus
geklaard. Dat is in 1971. Zand erover.
Twaalf jaar later moet er weer zand gestort
worden om de kiel van het schip uit het
zicht te houden. Water en wind hebben
de restanten weer naar boven gehaald. Dat
bedekken van de restanten moet tien jaar
later herhaald worden. Om meer herhalin
gen te voorkomen, verdwijnt het wrak
van de Uilenspiegel in 2001 uiteindelijk on
der een dikke laag bitumen. Voorgoed uit
beeld.
Maar niet uit het hoofd van Piet Faas.
„Nee. Ik zie die boot nog zo het strange op
gaan, vlakbij ons hotel."
De plek op het strand waar een deel van
De Uilenspiegel nog ligt. Opgeborgen onder
een dikke laag bitumen. foto Peter Nicolai
Piet Faas in de duinen bij
het hotel, foto Peter Nicolai
Zendschip de Uilenspie
gel was een betonnen
boot. Veel betonnen bo
ten zijn er niet ge
maakt. Ze werden voor
al gemaakt in oorlogs
tijd waarin weinig staal
en hout voorradig was.
In de Tweede Wereld
oorlog liet Hitier beton
nen schepen bouwen
om magnetische zeemij-
nen van de Engelsen te
kunnen ontlopen. Veel
betonnen schepen zijn
er niet meer. In Antwer
pen ligt nog een beton
nen schip. Gebouwd in
Rotterdam door de
Franse maatschappij La
Maison Saintrap et Bri-
ce uit Parijs: 95,85 me
ter lang, 14,25 meter
breed en een diepgang
van 6,5 meter. Het
schip wordt gebruikt
als kerk voor de binnen
schippers en ligt sinds
kort in het Houtdok, te
genover de Mexico-
brug. Varen kan het
schip niet meer. Er zit
geen motor in.