4l Voorjxmrtm wc jaAUjen Akma, dinsdag 11 december 2012 Elke keer als we de deurkruk vastpakten om naar buiten te gaan, viel er wel iets uit de lucht. Water, ijswater, ijzel of sneeuw. Voor de niet geharnaste stapper voldoende reden om voor uitstel te kiezen. Tot afgelopen weekeinde. Toen waaide het nog wel stevig. We wandelden in de beschutting van het oude Middelburg. Koningin Emma is een Kniet te missen startpunt. Ze stopt ons een hart on der de riem: 'Nederland zij groot in alles waarin ook een klein volk groot kan zijn', staat er onder haar voeten. De kalkstenen vorstin zetelt op de grens van het Damplein en de Dam. Sinds 1937, zeggen de stadsgidsen. Dus heeft ze de bommen en granaten van mei 1940 overleefd. Zoals overigens veel van dit stadsdeel in haar directe omgeving. Wie links en rechts kijkt, en richting Lange Jan, ziet veel gevels die minstens de 18e eeuw uitstralen. Wandelen in Middelburg is een uitdaging. Zo velen zijn ons voorgegaan, en hebben hun kennis en bevindingen in boeken, folders en op internet achtergelaten. Geen huis of kerk, of er bestaat wel een verhaal over. We houden het daarom maar bescheiden. En zoeken via poorten en gangetjes naar de achterkant van al die imposante gevelrijen. Want dat is opval lend op het Damplein: je ziet iemand aan komen lopen, even let je niet op en plop, hij is van de aardbodem verdwenen. De verklaring voor die plotselinge verdwijnin gen moet gezocht worden in de onopvallende poorten in de gevelwand van het plein. Op de grens van Damplein en Dam staan we voor de Isabellagang. Een overbouwde poort, die je zo over het hoofd ziet. Michiel van Amerongen van de iets verderop gevestigde Kite Gallery- hij heeft alles tussen hemel en aarde, goed voor lichaam en geest - kijkt mee naar de straat naambordjes boven de poort. Damplein, met daaronder meteen Dam Noordzijde, en aan de andere kant van de deurlijst van 't Wapen van Poortugael nog eens een bordje met Dam. We staan op de grens, concludeert hij. Ja, hij is met zijn 65 jaar een Middelburger en geen Zeeuw. En weet nog van de tijd vóór het rond 1970 aangelegde Damplein. Met subsidie van de rijksoverheid werd er gesloopt om ruimte te maken voor het automobiel. Zo verdween de Lange Giststraat. Op de plaats van de nage bouwde graanbeurs op het Damplein stond het politiebureau. Van Amerongen: „Als je kattekwaad had uitgehaald, moest je fietsen poetsen. Er was toen nog geen Halt-bureau, maar ze wisten wel hoe de jeugd kon worden aangepakt." Anna was volgens oude A overlevering de moe der van Maria, dus de grootmoeder van Jezus. Vervolgens is St. Anna, zo als ze al meer dan duizend jaar genoemd wordt, een heilige speciaal voor gehuwde vrouwen, een schutspatrones dus. Anna van Bourgondië was geen heilige, maar een middeleeuwse vrouw van vlees en bloed, en pion op het schaakbord van de macht in Zeeland. Sint-Annaland op de kop van Tholen is naar haar vernoemd. Vrouwe Anna, aangesproken met VER(titel van hoogadellijke vrouw) woonde op kasteel Ravenstein bij Sou burg, samen met haar echtgenoot Adriaan van Borssele, heer van Brigdamme en Souburg. De Van Borsele's vormden ondertussen een familie met velerlei takken en telgen. Ze waren onbetwist de machtigste en rijkste familie van Zeeland en ver daarbuiten. De Bourgondiërs, oorspronkelijk hertogen van het oostelijk deel van Frankrijk, het grote Bourgondië, waren via huwelijk ook graven van Vlaanderen, Hol land en Zeeland, en hertog van Brabant. Ze wilden graag hun macht en rijkdom koppelen aan die van de Van Borsele's. En dus moest Anna van Bourgondië (bastaard) dochter van Hertog Philips, in 1472 trouwen met Adriaan van Borssele. Die stierf al snel, en Anna erfde de schorren van Moggershil en aanpalende gronden in het oosten van Tholen. Daarna regelde de familie haar volgende huwelijk: met Adolf van Kleef. De schorren van Moggershil en aanpalende gronden werden ingepolderd, en werden de Anne of Anna Vosdijkpolder genoemd. Naar de inpolderaarster of naar iemand anders? De geleerden komen er niet helemaal uit. In ieder geval werd een dorp in de buurt (Oudelandpolder) gesticht dat naar haar en haar schutspatroon werd vernoemd: Sint-Annaland. Met de polders van Moggershil en Anna Vosdijk ging het niet echt goed. Ze lagen op een gevaarlijke plek aan het Mastgat waar de stroom vlak onder de dijk liep, en zich steeds dieper uitschuurde. Aan de zuidkant van de polder lag de Breedevlietpolder die wel bedijkt was geweest (1511) maar in hetzelfde jaar weer onder water liep en daar na bleef drijven. De Anna Vosdijkpolder was daardoor praktisch een eiland geworden en liep ook vaak onder. Tot 1660 was er al vier a vijf maal sprake van een drijvende Anna Vosdijkpolder. Ondertussen was er op politiek gebied ook heel wat veranderd. De Tachtigjarige Oorlog -was over het land en ook over Tholen geraasd, en had alles anders gemaakt. De Oranjes waren ondertussen eigenaars geworden van de schorren, de gorzen en de al dan niet drijvende polders. De gronden waren nog even vrucht baar als vroeger; bij iedere dijkdoorbraak kwam er weer een nieuw laagje slib en klei op de oude grond. Via de Oranjes in wiens dienst hij stond, verwierf Constantijn Huygens de Vérv®rijstra3t Afstand: ±2 km

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 36