5 spectrum
aan de dijk
RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE
De Wet van Murphy
Zaterdag 17 november 2012
T aja, riepen mijn wei-menende vrienden, 'dat
I is de Wet van Murphy!'
I Dat riepen ze in koor, nadat mijn mooie nieu-
we leesbril (waarvan vriendinnen jaloers zei
den: 'wat een goeie bril!'), opgeborgen in een
beeldschoon leren kokertje in dezelfde kleur als
het montuur van de verrukkelijke bril, samen
met een prachtige ballpoint - allemaal verjaar
dagscadeautjes - in de beruchte Lijn 5 uit mijn
buiktasje is gerold. Want hier bleef het niet bij-
Vorig weekend haalde ik bij mijn favoriete Indo
nesische restaurant Djago eten voor mijn kinde
ren en kleinkinderen. Bij het pinnen riep de ser
veerster: 'Uw pas is geblokkeerd!'
Zodat ik met mijn creditcard moest betalen. De
volgende ochtend belde de bank: 'Mevrouw
Berk, we hebben uw pas geblokkeerd. U bent ge-
skimd!'
Fijn. Een nieuwe pas is onderweg en ik moest
van mijn creditcard geld halen om de dagelijkse
boodschappen te doen. Zodat je ogenblikkelijk
wordt geconfronteerd met het gemak van een
pinpas, waarmee ik letterlijk alles betaal!
Na deze tweede calamiteit wachtte ik vol zenuw
achtig voorgevoel af of mijn vermoeden dat de
Wet van Murphy bezig was zich aan mij te vol
trekken zou worden bewaarheid...
Jawel. De volgende ochtend probeerde ik met
een vork een in de gleuf van mijn broodrooster
verdwaalde boterham naar boven te vis
sen—Baf. Kortsluiting. Om kwart over zeven 's
ochtends mijn kantoor in diepe duisternis ge
dompeld. Mijn commensaal, kleinzoon van zes
tien, zat zojuist in het bad. En omdat hij flegma
tiek van aard is besloot hij te blijven zitten tot
het weer licht werd!
Intussen zocht ik wanhopig naar de lucifers om
een kaars aan te steken, zodat ik de sleutels van
de meterkast op de galerij kon vinden. Ook de
telefoon deed het niet, zodat ik per mobieltje
het nummer van de huismeester kon bellen.
Een slaperig meisje gaf mij het nummer van de
alarmcentrale. Een alarmheer riep hartelijk: 'Ik
kan niets voor u doen mevrouwtje! U moet de
elektricien hebben!' Ook belde ik mijn jongste
zoon, die riep: 'Wie prikt er nu ook met een
vork in een elektrische broodrooster! Je had wel
dood kunnen zijn!'
Maar ik moest de trein naar Den Haag halen,
waar op het Wateringen College 160 leerlingen
in het kader van 400 jaar betrekkingen Tur-
kije-Nederland mij wilden horen vertellen over
het boek Zout, dat mijn Turkse avonturen behan
delt. Gelukkig ging mijn buurman zijn kinder
tjes naar de crèche brengen. De aanblik van zijn
wanhopige buurvrouw in haar nachtpon met
een blaker in haar hand deed hem in mijn meter
kast kijken, waarop hij met een simpele hand
omdraai een omgevallen stop weer overeind
hielp. O wonder! Het licht floepte aan!!! Dat was
het moment voor mijn kleinzoon eindelijk uit
het bad te klimmen: 'Ik dacht, ik blijf maar zit
ten. Ik kan in het donker toch niets doen!'
Hollend bereikte ik het station, alles liep die dag
verder op rolletjes en op tijd. Maar ik houd wel
rekening met de Wet van Murphy, die zegt: 'Als
je eindelijk licht ziet aan het eind van de tunnel
is het waarschijnlijk de koplamp van een nade
rende trein'...