AART STAARTJES
spectrum 6
Zaterdag 20 oktober 2012
f TJ" k wilde dat ik wat dapperder
was", zegt Aart Staartjes (74).
I„Dat ik meer mijn nek durfde
uit te steken, schande roepen
over allerlei zaken." Zijn kleine
gestalte - grijze Allstars, spijkerbroek en
een dot wit halflang haar - schuifelt van
achter zijn houten tuintafel naar de keu
ken. Keert terug met zijn mond aan een
rietje; een pakje chocomel. Kleine dapper
heden, noemt hij ze, de twee keren dat hij
poogde een jongetje van de verdrinkings
dood te redden. Eentje lukte, de ander
niet. Het is het leven zoals het is, weet
Staartjes: nu eens slaagt het, dan weer niet.
Zijn loopbaan was goeddeels geplaveid
met goud, al zou hij het zelf zo nooit om
schrijven. Privé vielen er gaten op zijn pad.
Hij verloor zijn vader onverwacht aan de
gevolgen van een hartinfarct, brak met
zijn dochter na een ruzie over Sesamstraat
en scheidde van zijn eerste vrouw.
Lang geleden leerde Staartjes al dat een
mens met ontzettend weinig toe kan. Een
wijsheid die de toon zette voor zijn nieu
we kinderboek, Grote Hannes is al zeven.
Het is het tweede deel over een moedig jo
chie op klompen in een huis zonder
stroom. Hannes is het tegenovergestelde
van kleine Aart. Hij was een bedremmeld
mannetje, dat zou uitgroeien tot de vrien
delijke, maar bij vlagen sikkeneurige me
neer Aart. Die relativeert: „Ach, ik ben ook
maar een halfgelukt mens."
Staartjes denkt dat hij niet echt een leuk
kind was. „Ik was verlegen, te veel in me
zelf gekeerd. Lang niet zo vrijmoedig en
Acteur 'meneer
Aart' Staartjes
liet een deel van
zijn leven los en
verhuisde van
Marken naar het
Friese Dronryp.
Een gesprek met
een vriendelijke,
maar bij vlagen
sikkeneurige man.
door Lieke van den
Krommenacker
foto's Siep van Lingen en ANP
nieuwsgierig als Hannes. Die durft alles. Ik
was voornamelijk bang om zichtbaar te
zijn, wat wel goed uitkwam in de oorlog.
Mijn jeugd speelde zich afin de jaren veer
tig en vijftig. We waren arm, er was niks.
Ik ging pas op mijn 8e naar school, liep op
klompen, net als Hannes. Toch was ook ik
gelukkig. Het is wat me bezighoudt, overal
om me heen zie ik luxe, vreselijk. Hannes
woont in een hutje zonder stroom, alles is
simpel, maar hij is tevreden. Dat verhaal
wil ik vertellen aan kinderen van nu, die
dat natuurlijk raar vinden. Geen stroom,
geen mobiele telefoon.
„Het mooie is dat kinderen het heel leuk
vinden om te lezen. Pedagogisch gezien
stuit het op allerlei bezwaren, een kind op
voeden in een huis zonder elektriciteit.
Maar ik vind dat je overal vraagtekens bij
moet durven zetten, je steeds afvragen:
moet dat nou, is het nodig? Als ik mijn
zoon zie, die hard moet buffelen om alles
bij elkaar te verdienen. Het is bijna een
plicht: iedereen moet drie keer per jaar op
vakantie, een racefiets, een Playstation."
Staartjes ontkent niet dat ook hij meedoet:
„Ik ben net zo fout. Net zo stom geweest.
Je gaat met de stroom mee. Maar al die
elektronica tegenwoordig, die televisie, het
is een vloek. De berg programma's is een
plaag. Als mijn kleinkinderen op bezoek
komen, is het 'even tv kijken'. Ik vraag din
gen, krijg geen antwoord. Die raar praten
de sponzen op Nickelodeon, die gaan
voor. Programma's als Sesamstraat, daar zit
meer gedachte achter. Er worden thema's
aangeroerd die ergens over gaan.
Dat kun je van Kabouter Plop niet zeggen.
Van zulke types word ik nou zo moede
loos, hè. Er zijn talloze zaken die kinderte
levisie kan aanroeren: dood, scheiden,
seks. Of minder zwaar, maar wel zinvol.
Zoals de Sesamstraat-aflevering waarin
Tommie zijn verjaardag viert. Hij krijgt
een sirene en sambaballen, waar hij de he
le dag mee rondloopt. Tot ergernis van me
neer Aart natuurlijk. Dus die geeft hem
een nuttig cadeau. Een stoffer en blik, om
mee op te ruimen na afloop van het feest.
Tommie begint meteen vreselijk met de
stoffer op dat blik te rammen. Goede kin
dertelevisie is taboedoorbrekend, weerbar
stig en stelt rare vragen."
Ook Hannes stelt rare vragen. Zo peinst hij
over de voornaam van Jezus. „Hannes is
nu ouder dan in het eerste deel. Hij gaat
meer nadenken, twijfelen. Over Sinter:
klaas en Kerstmis. Van andere kinderen
hoort hij dat Jezus' voornaam Kindeke is.
Vervolgens vraagt de juf hem in de klas uit
te leggen waarom we kerst vieren. Hij ver
telt over de geboorte van Jezus en over Je
zus' pappa, die een vuurpijl afsteekt omdat
er zo'n bijzonder kind is geboren. Moet
ook wel, redeneert Hannes, want anders
schiet je niet zo'n vuurpijl af. Dat vind ik
grappig. Tegelijkertijd blijft de grondge
dachte van zo'n verhaal overeind: de hoop
op een betere wereld, de komst van een
verlosser. Dat is mooi en troostrijk."
Staartjes noemde de pestkop in Grote Han
nes Erik, net als Erik L. Meijer, ooit de man
in het Pino-pak en de geliefde van zijn
dochter. Een conflict over Meijers ontslag