reizen@wegener.nl is reizen AM.ucnicn 024-3650360 Zaterdag 22 september 2012 m foto's Willemijn Bos Valley of the Ten Peaks (vallei van de tien bergtoppen) in Banff National Park. Tegen de avond lopen in het plaatsje Banff de herten gewoon door de stra ten op zoek naar wat te eten. ten ontdekkingsreizigers en pels handelaren, op weg naar Brits Co lumbia, jdeze plek om de brede en snelstromende North Saskatche wan River over te steken. Een ha chelijke onderneming waarbij re gelmatig paarden en uitrusting ver loren gingen. Met zoveel moois om ons heen zien we de noodzaak van een heli kopter vlucht niet in. Maar 's avonds in The Crossing Resort ver telt de Australiër achter de bar met zoveel enthousiasme over de vlucht die hij vorige week maakte, dat wij ons de volgende ochtend toch melden voor een vlucht. We krijgen de Rockies op een heel an dere manier te zien: vanaf de bo venkant. Hoge, groene en turkooi zen bergmeren, uitwaaierende ri vieren, ijzingwekkende bergwan den. Kijk, daar staat een kudde ka- riboes, de Noord-Amerikaanse ren dieren. Ze grazen lekker in de na jaarszon bij een bergmeer. De pi loot geeft het meteen door aan z'n collega's. „Dan kunnen zij er ook overheen vliegen met hun klan ten. Meestal blijven die dieren een hele dag op dezelfde plek." Hoog in de bergen landt de heli kopter. We stappen pal naast een waterval uit en maken een wande ling met de piloot. „Dit is een plek waar mannen vaak hun verloofde ten huwelijk vragen", vertelt hij. „Dan vraagt de man van te voren of ik ze een halfuurtje alleen wil la ten, en vind ik ze helemaal stil en glunderend terug." Als we later verder rijden, lijkt het alsof we na een aantal uren een beetje natuurschoonmoe worden. Ja hoor, weer een berg met be sneeuwde top tegen een blauwe lucht en gele berkjes bij een rivier die zich over de keien haast. Den nenbomen, balancerend op ieder mogelijk richeltje. We zijn onge veer halverwege de Icefields Parkway en willen wel eens wat anders zien. Zoals een beer. Overal langs de Parkway en langs de trails wordt tegen beren gewaar schuwd. Meestal zijn ze op eten uit en komen naar de parkeerplaat sen, maar de vuilnisbakken daar zijn beerbestendig. Ze zitten met cement in de grond verankerd, zo dat beren ze niet omver krijgen. Weggegooide etensresten verdwij nen in de bakken via ingenieuze kleppen, die maar naar één kant open kunnen. De opening is groot genoeg voor een mensenhand, maar te klein voor een berensnuit. Mensen staan weliswaar niet op het berenmenu, maar wie per on geluk tussen een berenmoeder of -vader en haar/zijn kind terecht komt, kan dit met de dood beko pen. In groepjes blijven, niet van de paden af gaan, je groot maken, je dood houden of anti-beren spray gebuiken; het zijn zo wat tips voor het geval je toch tegen over een beer komt te staan. Ik zou waarschijnlijk verlamd van angst helemaal niks doen, zoals ik ook vergat mijn camera te pakken toen een poema doodgemoede reerd vlak voor onze auto de weg overstak. Hij keek even naar ons en verdween toen op z'n gemak in het bos. Daar was hij al snel niet meer te onderscheiden met zijn vacht in de tinten van dorre blade ren en berkenstammen. Als we in Banff aankomen, heb ben we nog steeds geen beer ge zien. Banff is een gezellige stad met veel bont-, sport- en chocola dewinkels. Hier kun je rustig een paar dagen doorbrengen. Er zijn boeiende musea en het is een pri ma uitvalsbasis voor allerlei toch ten. Wij maken een wandeling door het Kootenay National Park, waar in 1968 een allesverwoesten de bosbrand woedde. Wat we zien, is een nog grotendeels dood bos. Hier en daar doen jonge boompjes hun best, maar erg hard groeien ze niet in dit koude kli maat. Verder zien we nergens bloe men of bessen. Dat laats te is ge ruststellend, want dan zullen er ook geen beren in de buurt zijn. 's Avonds eten we mountain smo ked meat platter en kicking horse grill buffalo ribs. Intussen betreu ren we het een beetje dat we voor de Icefields Parkway maar twee da gen hadden uitgetrokken. Het had een week moeten zijn. Om te zien wat er naast de weg nog meer alle maal groeit, ritselt en stroomt. VS De beste tijd om de Icefields Parkway te rijden is van juni tot september. Rijd hem alleen met mooi weer. Kijk voor het weer op www.weatheroffice.gc.ca. Zorg dat je altijd met een volle tank op pad gaat. Reserveer campings vooraf of zorg er voor 16.00 uur te zijn. De Icefields Parkway voert door een aantal nationale parken, waarvoor betaald moet worden. Koop daarom een voordeelpas: de Canada Great Western An nual Pass, die voor 35 Canadese dollar (28 euro) een jaar lang toe gang tot een aantal van de groot ste nationale parken biedt. De passen zijn verkrijgbaar bij de be zoekerscentra (Visitor Centres). Kijk voor meer informatie op www.icefieldsparkway.ca 1 Reageren? redactie.reizen@wegener.nl De Icefields Parkway is in de herfst misschien wel op zijn mooist.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 67