krijgt te zien
9 spectrum
Uit eten in Shiraz
Leven in een grot
in Kandovan
Feestje in Teheran
Zaterdag 22 september 2012
uit. „In Iran laten we elkaar vrij in de keu
zes die we maken. Zolang het maar bin
nenshuis gebeurt, want buiten gelden na
tuurlijk de overheidsregels." Ondanks het
gebrek aan Engels passeren vele gespreks
onderwerpen de revue. Zo komen we te
spreken over de 'nosejobs' in Iran. Bijna
honderdduizend Iraniërs ondergaan jaar
lijks een neuscorrigerende operatie. En ja
hoor, twee nichtjes zijn ook onder het
mes gegaan. „Ons gezicht is het enige wat
we op straat mogen tonen, dus dat moet
er goed uitzien," zegt de 19-jarige dochter
van Elham „Bovendien hebben Iraniërs
erg grote neuzen." Een wat jongere neef
grapt: „Toen God de neuzen van de Ira
niërs programmeerde, stond Caps Lock
per ongeluk aan.'
Het restaurant waar we zijn komt recht
streeks uit 1001 nachten: Een grote zaal
met live muziek, waterval, riviertjes, plan
ten, en dat alles prachtig verlicht. We zijn
met het jonge koppel Amir en Niloofar,
net verloofd en uit dezelfde familie, wat in
Iran heel gebruikelijk is. Omdat wij buiten
landers zijn biedt de breed glimlachende
ober ons heel stiekem een litertje Shiraz-
wijn aan. Dat aanbod laten we natuurlijk
niet passeren en zo krijgen we, in een gro
te limonadefles, de plaatselijke wijn op ta
fel. Vroeger, voor de revolutie, werd deze
wijn veel geproduceerd in Shiraz, maar ui
teraard is dat nu streng verboden.
Amir is door het dolle heen, hij heeft al
twee jaar geen alcohol gedronken en wie
belt onrustig op zijn stoel. De wijn moet
zo onopvallend mogelijk gedronken wor
den, maar het is door het gedrag van Amir
maar al te duidelijk wat er in de fles zit.
Quasi-nonchalant probeert hij de fles zo'n
honderd keer te verplaatsen. Al na één
glas is hij stomdronken en het volgende
glas stoot hij dan ook meteen om zodat de
volledige inhoud over onze tafel ligt. Ne-
loofar drinkt niet mee en kijkt afkeurend
naar haar dronken verloofde.
Na het eten komt de nog steeds breed
grimlachende ober even bij ons aan tafel
zitten. Hij vertelt dat hij blij is dat we er
zijn, omdat hij ergens in het buitenland
politiek asiel wil aanvragen. Verschillende
keren heeft hij geprobeerd Iran te ont
vluchten. „Ik heb heel goede redenen om
hier weg te gaan. Ik voel me niet veilig."
Wij vermoeden zelf dat hij homo is en
daarop staat hier de doodstraf De ober
was al een keer naar Griekenland gevlucht
maar werd daar opgepakt en terugge
stuurd. Hij wil weten wat zijn kansen zou
den zijn als hij zijn heil in Nederland zou
zoeken. We wisselen e-mailadressen uit
en hij lacht hoopvol. Een beetje verdrietig
verlaten we het restaurant, samen met de
dronken Amir en zijn verloofde.
We zitten in de auto van de 53-jarige Ata-
bak, onze gastheer in de noordwestelijke
stad Tabriz. Hij rijdt ons naar de plek waar
hij is opgegroeid. Atabak komt uit het klei
ne bergdorpje Kandovan, dat de laatste ja
ren is uitgegroeid tot toeristische trekpleis
ter. Als we aankomen zien we waarom.
De ongeveer 1000 inwoners van
Kandovan wonen, namelijk letterlijk in de
rotsen. De woningen zijn uitgehouwen in
kalkstenen, kegelvormige figuren die ont
staan zijn door jarenlange erosie.
We wandelen samen met Atabak tussen
de bewoonde grotten. Hij vertelt over zijn
kindertijd in het dorp, de ijskoude win
ters, de moskee die inmiddels door verre
gaande erosie is ingestort en zijn vertrek
uit het dorp toen hij twaalf was. Omdat er
geen middelbare school was, moesten de
kinderen op jonge leeftijd al vertrekken
naar een stad in de buurt.
We lopen naar Atabaks ouderlijk
huis/grot, waar zijn 73-jarige moeder nog
steeds woont „De mensen leven hier rede
lijk zelfvoorzienend," zegt Atabak terwijl
hij een kopje thee voor ons inschenkt.
Zijn moeder zit zwijgzaam naast hem.
„Mijn moeder heeft vijf schapen en wat
kippen in het dorp lopen..Daarnaast verza
melt ze kruiden en teelt ze groenten op
het dak. Ook blijven deze grotten redelijk
warm in de winter, dus eigenlijk woon je
hier voor niets."
„Een appartement hier in het noorden
van Teheran is even duur als in Londen."
Vanaf zijn dakterras kijkt de dertigjarige
Ali uit over de miljoenenstad. Whisky en
hapjes staan op tafel. Om hem heen zitten
wat vrienden en vriendinnen met elkaar
te praten. De meesten spreken uitstekend
Engels, sommigen zelfs met een uitgespro
ken Brits accent. Bijna allemaal hebben ze
in Amerika of Europa gestudeerd. „Buiten
landers hebben echt een verkeerd beeld
van Iran", zegt een vriend van Ali. „De
meeste mensen zijn hier helemaal niet reli
gieus. Elke avond zijn er feestjes in Tehe
ran, inclusief drank en wiet Het is alleen
de overheid die zo achterlijk is."
„Neem bijvoorbeeld het nucleaire pro
gramma waar ze maar mee doorgaan. On
ze overheid zegt ten onrechte tegen het
buitenland dat de bevolking kernenergie
eist. Totale onzin! En nu hebben we die
economische sancties van de Europese
Unie. Hierdoor is onze munt in elkaar ge
klapt en zijn buitenlandse goederen peper
duur geworden. De gewone man op straat
is dus de dupe."
Als we vragen naar de groene revolutie ve
ren de Iraanse dertigers op het dakterras
op. Bijna iedereen heeft meegedaan aan
de protesten, die na de verkiezingen in
2009 massaal uitbraken. Miljoenen men
sen gingen de straat op om tegen het regi
me te demonstreren. „Een van de mooiste
momenten in mijn leven, ik moest een
paar keer bijna huilen", zegt Ali. Toch
heeft het allemaal niet veel uitgehaald. De
opstand werd hardhandig onderdrukt,
honderden demonstranten werden geëxe
cuteerd of belandden achter de tralies. Of
dit soort protesten de komende tijd weer
gaan plaatsvinden weet niemand in de
groep. Het kan morgen gebeuren, of over
een maand, of misschien duurt het nog ja
ren. Een ding weten ze zeker, ze zullen er
bij zijn.
In de woonkamer van Elham drinken we sa
men met de familie een kopje thee.
In Iran gelden strenge kledingvoorschriften,
die de religieuze politie streng handhaaft.
Op een dakterras in Teheran drinken we
whisky samen met Ali en zijn vrienden. Zij
hebben bijna allemaal in Europa of Amerika
gestudeerd.
Atabaks moeder voert haar kippen in het
dorpje Kandovan.