io sekten
Na het overlijden
van Sun Myung
Moon, oprichter
van de Moon-kerk
(Verenigingskerk in
Nederland), is de
vraag wat er ge
beurt met zijn be
weging. Wanneer
spreek je eigenlijk
van een sekte en
wanneer van een
kerk? En hoe overle
ven ze de dood van
hun leider?
pftl nSI
if 1 -1 j
dinsdag 4 september 2012
Als de leider
door Joost Bosman
illustratie Ruud Willems
at de
Moon-bewe-
ging te
wachten
staat? Cultu
reel antropo-
W
loog Richard Singelenberg, gespe
cialiseerd in sekten, kan het zo
één-twee-drie niet zeggen. „Het
ligt er maar net aan hoe de opvol
ging van Sun Myung Moon is gere
geld. Dat geldt voor elk van dit
soort bewegingen. Een van zijn
zoons gedroeg zich in het verleden
te veel als een dandy, die zal het
dus waarschijnlijk niet worden.
Maar de vraag is ook: kan de nieu
we leider het charisma van Moon
overbrengen op de volgelingen?"
Volgens Singelenberg is de
Moon-kerk inmiddels zo'n insti
tuut geworden, dat je moeilijk
meer van een sekte kunt spreken.
Daarom zal de beweging ook na
de dood van Sun Myung Moon
voortgezet worden, als een gewo
ne kerk, verwacht hij. Iets soortge
lijks zag Singelenberg gebeuren bij
de Jehova's getuigen. Die zijn aan
het begin van de twintigste eeuw
begonnen als een sekte met één
centrale leider, Charles Taze Rus
sell. „Maar vraag een gemiddelde
Jehova nu wie de leider van de
kerk is, en hij zal het antwoord
niet kunnen geven. De bureaucra
tie in New York bestiert de organi
satie tegenwoordig."
Veel sektes gaan ten langen leste
kopje onder, doordat ze te veel
zijn opgebouwd rondom één per
soon, stelt Singelenberg. In Neder
land gebeurde dat met de club van
Lou de Palingboer die vanaf 1954
tot aan zijn dood in 1968 verkon
digde dat hij 'het opstandings
lichaam van Jezus Christus' was.
Wereldwijd was Bhagwan (zie ka
der) te zeer de spil in zijn organisa
tie. Toen hij in 1990 overleed, bleef
er geen schim meer over van wat
de Bhagwan-beweging ooit was.
„Nu geven ze nog af en toe een
cursusje op de hei, maar het stelt
weinig meer voor", verklaart Singe
lenberg.
Ook de Moon-sekte hing sterk aan
de peroon van oprichter en leids
man Sun Myung Moon. Wat een
sekte of religieuze beweging op de
lange duur overeind houdt, is
(naast volgelingen natuurlijk) geld,
zegt Singelenberg. Het gaat om
aanhang en investeren in de bewe
ging. En dat heeft Moon goed ge
daan, zijn organisatie is één groot
zakenimperium geworden. „Maar
dat geldt voor alle kerkgenoot
schappen. Heb je geen middelen,
dan ligt je beweging binnen de
kortste keren op z'n kont."
Toch had ook Bhagwan miljoenen
aanhangers en geld als water. Hoe
komt het dan dat zijn beweging
het toch niet heeft gered? Singelen
berg grinnikt: „Bhagwan heeft zijn
inkomsten niet echt slim geïnves
teerd. Want wat moet je nou met
99 Rolls Royces?"
Naast geld mag ook de missie van
de sekte zelf niet worden onder
schat, zegt Singelenberg. „De aan
hang moet blijven geloven. De
boodschap moet niet verstenen.
En bovendien aan de kinderen
worden doorgegeven, zodat er con
tinuïteit ontstaat."
Overigens houdt Singelenberg niet
van de term sekte. Volgens hem
kun je een sekte overwegend aan
duiden als een 'beginnende gods
dienst'. „Wat dat betreft is het ge
donder tweeduizend jaar geleden
al begonnen, want het christen
dom werd aanvankelijk ook gezien
als een sekte. De vraag is: waarom
noem je iets een sekte? Laten zien
dat ze niet deugen? Er ligt veel on
heil besloten in de term. Wees er
daarom voorzichtig mee."
Singelenberg heeft de indruk dat
het aantal sekten of nieuwe, reli
gieus getinte bewegingen wereld
wijd afneemt. Hij denkt dat dat
ook met de tijdgeest heeft te ma
ken. „In de jaren '50 en '60 lag al
les vast, de samenleving was ver
steend en jongeren kwamen daar
tegen in verzet. De revolutie van
'68, de bezetting van het Maagden
huis, de jeugd wilde er tegenin.
Ook in religieuze zin. India, flower
power, die kant ging het uit en
daar heeft iemand als de Bhagwan
handig munt uit geslagen."
Het verzet ziet Singelenberg als