4\
Wmdei aft -v-erumuler
LtUUj op üuuj
'dinsdag 28 augustus 2012
infographic Donja O
foto re
Foto's: 1Kanonskogel uit 1809 in de gevel van Kaai 77 Veere. 2) Zolderraam met bom in glas in lood. 3) Hek dat herinnert aan Engelse invasie 1809.4) Bomvrije doorgang
met schietgaten. 5) Kanonnen uit 1811.6) Trekschuit over de gracht tussen twee wallen. 7) Inundatiebeeld van David Vandekop, met uitzicht op de Kreek van Veere.
Het inundatiemonument van David Vandekop
op de Polredijk bij Veere: het start- tevens eind
punt is robuust. Gestapelde onverzettelijkheid,
met helder geglazuurd groen, blauw en wit.
Een beetje fantasie en je ziet een inktvis, die
met zijn tentakels betonnen blokken omarmt.
Op elke zijde van de vierkante sokkel is een
datum in het beeld gefreesd: 3,7,7 en 11 okto
ber 1944 - de bombardementen op de dijken
bij Westkapelle, Vlissingen, Ritthem en Veere.
Vernietiging bracht bevrijding.
De ochtend voelt nog
augustus. Op weg van
Middelburg naar Veere is
er veel haast om op tijd
te komen, naar school
en naar het werk. Bij het
kleurige beeld op de dijk tussen het Veerse
Meer eade Veerse Kreek slaat de ontspan
ning toe. Niet alleen door het picknickbankje.
Zeil- en motorboten spiegelen in het water
van Oostwatering. Twee hardlopers passeren
op het fietspad - zij rennen omdat ze de tijd
hebben.
De oude zeedijk richting Veere is het domein
van grazende koeien. Ze staan waar ze staan,
zetten bij nadering geen stap opzij - even laten
zien wié hier het eerst was. Door de hoog
opschietende bomen en struiken aan beide
zijden is het uitzicht beperkt. Dat moet be
schutting geven als het hard waait. Halverwege
richting Veere verlaten we via een veewerend
hek de dijk. Het meer ontvouwt zich in een
panoramaview. Getemde zee: het gekabbel te
gen de keirand langs het wandelpad heeft niets
meer met branding te maken. Het verderop
aangelegde strandje zou bijna zand in de ogen
strooien. Maar inmiddels is het water toch
maar weer mooi zout. Het inzicht kwam laat,
het Veerse Meer was na de afdamming in de
jaren zestig van de vorige eeuw in een brakke
soep met veel zeesla veranderd. De in 2004 in
gebruik genomen doorlaat in de Zandkreek-
In Zeeland zijn veel din
gen niet wat ze lijken. Of
anders gezegd: onder de
ene werkelijkheid schuilt
nog een andere. Net als bij
een appel of een ui: om bij
de pit of kern te komen moet je steeds weer
een nieuwe laag afpellen of schillen. Zo vergaat
het mij ook bij het zoeken en onderzoeken van
Zeeuwse boerderijen en de grond waarop ze
gelegen zijn. Als je de bouwgeschiedenis van
een oude hoeve hebt ontrafeld ben je blij, en
ga je die historie boekstaven. Dan ben je ermee
klaar, denk je dan. Maar vaak blijkt dat het
tegendeel waar is. Dan is er nog een eerdere
situatie en/of geschiedenis.
Neem nu de boerderij waar ik zelf geboren
en getogen ben; de hoeve Torenzicht in
Wolphaartsdijk. Een mooie traditionele,
met riet gedekte en met geteerde planken
gepotdekselde schuur uit 1768. Dat jaartal is te
vin den op de dikke balk boven de middelste
mendeur. Compleet met een volledige datum
en initialen van de bouwende timmerlieden.
Als je dat weet, ben je klaar. Totdat je ontdekt
dat er voor die tijd op datzelfde erf ook al een
hoeve stond. Alleen iets meer naar achteren.
Al langer-had het me een beetje verbaasd dat
de oude drinkput (te) ver achter de gebouwen
lag. Dat er nog een oude mestvaalt was geweest
achter (de resten) van de huidige. Dat het
oude boerenhuis (afgebroken rond 1900) meer
naar achter stond. De schuur die er nog steeds
in oude glorie staat, heeft opvallend dunne
gebinten. Die waren, dacht mijn opa, destijds
afkomstig van een rank gebouwd schip; in
ieder geval waren ze niet nieuw bij de bouw
van de hoeve in 1768. Als je al deze gegevens
op een rijtje zet, is de logische conclusie dat
de gebinten afkomstig waren van een eerdere
schuur, met bouwjaar begin 17e eeuw. Toen
werd er vaak zuiniger gebouwd. Het hout-
aangevoerd uit de Baltische staten en/of Scan
dinavië - was nog duur. Want er werd nog niet
zoveel aangevoerd. De Zeeuwse vloot was nog
in opbouw, en ook waren veel schepen nodig
voor de oorlog en voor de vaart op Indië en
Amerika door de pas opgerichte VOC en WIC.
Heel anders dan in de 18e eeuw, toen er hout
plenty was uit het Noorden, en de Zeeuwse
vloten naar de Oostzee een soort veerdienst
uitvoerden.
Onze schuur uit 1768 is dus logischerwijze
gebouwd met hout dat al meer dan ander
halve eeuw eerder dienst deed in de vorige
schuur, gebouwd op datzelfde erf. Er werd
een nieuwe schuur gebouwd waarin de oude