Detailhandel zucht
onder meer dan de crisis
BOG moeilijke tijden voor detailhandel
25 augustus 2012 deOndernemer m
Volle winkelstraten, misschien verdwijnen ze wel door de revolutie in koopgedrag. Foto: ANP
Willem Jonkmans: 'Nederland koploper internetverkoop.'
De jaren dat we de tijd namen
om onze boodschappen op vast
staande momenten te doen, lij
ken voorbij. Zeker, er zijn nog
steeds mensen die elke zaterdag
ochtend hun boodschappen voor
de hele week in huis halen. Maar
steeds vaker doorbreekt men
dit patroon. De detailhandel in
ons land zit midden in één van de
grootste en snelste marktverande-
ringen, die de sector ooit gekend
heeft. De oorzaak is volgens Wil
lemjonkmans, voormalig part
ner bij DTZ ZadelhofF, vastgoed
adviseur en zelfstandig onderne
mer, niet alleen de crisis.
Tekst: Peter de Jong
ETTEN-LEUR - Als oorzaak denkt
iedereen meteen aan de verkoop via
internet. Maar volgens Jonkmans
gaat het veel verder. "Vele experts
spreken over een ware revolutie. Van
wege de toename van de welvaart na
men we steeds meer zakelijke en so
ciale verplichtingen op ons. Tijd voor
saaie repeterende verplichtingen zoals
winkelen kwam steeds meer onder
druk te staan. De oplossing: kopen
via internet. De webwinkel werd
steeds populairder."
De schroom maakte al snel plaats
voor meer vertrouwen, constateert
Jonkmans. "Ons betalingsverkeer via
internet bleek beter te vertrouwen te
zijn dan gedacht werd. De snelle
leveringen, 'terugneemgaranties' van
webwinkels en een lagere prijs ten op
zichte van de reguliere winkels maak
ten het nog populairder. De angst om
slechte producten geleverd te krijgen
of geen service te hebben, werd ook
weggenomen. De consument kan via
social media als Facebook, Hyvës,
Twitter, Linkedln en zelf opgezette
discussieblogs, de leverancier
van slechte producten of slechte servi
ce geheel de markt uit bekritiseren.
Ook bleek dat webwinkels via dezelf
de social media aan populariteit kun
nen winnen."
De regie
Nederland hoort nu bij de koplopers
als het gaat om internetverkopen, con
stateert Jonkmans. "De detailhandel
bepaalde eerder in hoge mate wat in
de winkel te koop werd aangeboden
aan de consument. Het vreemde was
dat veel winkeliers nauwelijks hun ei
gen consument kenden. En voor zo
ver zij dat wel wisten, werd deze in
formatie nauwelijks gedeeld met de
producenten. Totdat de eerder ge
noemde social media ontstonden en
Verkoop via de webwinkel
In de leeftijd tussen de 12 en 74
jaar koopt inmiddels 77 procent
via internet. Dat zijn zo'n kleine
9,3 miljoen mensen. 50 procent
daarvan is zelfs zeer frequente
e-shopper. In 2005 kocht onge
veer 43 procent van de mannelijke
bevolking tussen de 25 en 44 jaar
weieens via het internet, dat per
centage was in 2010 al gestegen
naar 70 procent. Ook de e-shop-
pers ouder dan 65 namen in die pe
riode toe van 21 tot 39 procent.
Uit onderzoek van het CBS in
ze via die social media hun wensen,
opmerkingen, ideeën en suggesties
openbaar gingen uitwisselen", vertelt
vastgoedadviseur Jonkmans. "Produ
centen maakten snel gebruik van deze
middelen om met consumentengroe
pen in contact te treden en zo te we
ten wat hun wensen zijn. De detail
handel bleef echter doorgaan op de
weg die toch altijd al goed was ge
gaan. En raakte daarmee in korte tijd
de regie over de markt kwijt. De con
sument bepaalt in hoge mate wat hij
wil via het rechtstreekse contact met
producenten. En zo krijgen de produ
centen meer invloed op de
detailhandel en startten zij hun eigen
webshop."
Productkennis
De consument heeft via het internet
de beschikking gekregen over alle in-
2011 bleek dat internetgebruikers
die 3 maanden voor onderzoek on
line aankopen hebben gedaan: 58
procent boekte een reis, 49 pro
cent, kleding sportartikelen, 45
procent een kaartje voor een eve
nement, 43 procent boek/ tijd
schrift of krant, 26 procent elektro
nica, 10 procent levensmiddelen,
cosmetica en schoonmaakproduc
ten. Het MKB becijferde dat in
2010 de internetomzet 8,2 miljard
euro bedroeg. Dat was 11 procent
meer dan 2009.
formatie van een product, zoals tech
nische gegevens, de prijs of ervarin
gen met het product. "Gevolg: de
consument hoeft zich alleen te rich
ten op het product dat hij wenst en is
via het internet beter geïnformeerd
dan de verkoper in de winkel. Die
moet zich immers bekommeren om
allerlei verschillende producten.
Voorts staat zijn prijs onder druk, om
dat de kosten van een webwinkel nu
eenmaal lager zijn dan die van de fy
sieke winkel."
Daardoor heerst de consument steeds
meer over de detaillist, wiens toege
voegde waarde zo steeds kleiner
wordt, legt Jonkmans uit. "In veel ge
vallen komt de consument in de win
kel om het product te voelen en te be
kijken om deze vervolgens via het in
ternet te bestellen.
Als de winkelier geluk heeft, verge
lijkt de consument ter plaatse op zijn
mobiel de prijzen op het internet en
gaat hij hierover in onderhandeling
met de detaillist. Die daarmee in ieder
geval een kans krijgt om in te spelen
op de actuele situatie."
De volgende grote verandering is de
consument. "Er is geen algemeen
beeld meer van de consument. De be
volkingsopbouw verandert snel door
het technologische ontwikkelingstem
po. De scheidslijnen tussen de groe
pen zoals de digitale wondeijongeren,
de internetgezinnen, de babyboomers
en de senioren worden minder
scherp. Binnen iedere groep zijn
weer verschillende denkpatronen en
gewoonten, dus ontstaan er steeds
meer kleinere marktsegmenten (ni
ches) ontstaan met hun eigen karakte
ristieken."
En, nu?
De detailhandel moet een manier vin
den om zich tegen deze veranderin
gen te wapenen. "Meebewegen met
deze dynamische markt lijkt het
meest voor de hand te liggen.
Maar hoe doe je dat? Het is niet te
verwachten dat alle winkels zullen
verdwijnen. Zelfs een webshop kan
niet zonder een fysieke presentatie
van haar producten. De detaillisten
moeten het winkelen weer leuk ma
ken. De winkelier moet beter naar
zijn consument luisteren en kiezen in
welke deelmarkt hij wil opereren.
Daarvoor moet hij ook actief zijn
op de sociale netwerken en in contact
staan met de producenten. Hij moet
zijn formule zo inrichten dat hij snel
kan inspelen op de consequent veran
derende situatie."
"Doordat de marges van de fysieke
winkels onder druk staan, moet men
meer en beter met de eigenaren van
de winkelruimte samenwerken. De ei
genaar moet mogelijk een stukje on
dernemersrisico van de winkelier mee
dragen om niet voor een langere pe
riode met leegstand te zitten", stelt
Jonkmans.
"En er zullen winkels zijn die moeten
overwegen om alleen nog in de grote
re steden een fysieke vestiging te heb
ben waar ze consumenten
kunnen laten kennismaken met hun
producten, om deze vervolgens ter
plaatse of later via het internet aan te
schaffen. Kortom, in veel gevallen zul
len zij zelf een fysieke - en een
digitale shop moeten hebben."
Daarin moet volgens Jonkmans wor
den geïnvesteerd. "En dat in een tijd
waarin het geldcircuit in Nederland
aanzienlijk is gekrompen. Misschien
komt het dan toch allemaal
alleen door de crisis."
ppaBQ
I feol letter