Liefdewerk,
streng papier
io dierenopvang
Burgers die thuis
dieren in nood
verzorgen en terug
zetten in de natuur,
worstelen met een
streng Haags
protocol. Ze haken
af of gaan stilletjes,
illegaal, door.
donderdag 16 augustus 2012
door Wilma de Cort
Laatst kregen ze bij de
dierenambulance
Zuid-West Veluwe een
uil met hersenschud
ding en gebroken vleu
gel.
Normaal hadden ze de vogel "met
een naar een mevrouw 7 kilome
ter verderop gebracht, uilenspecia
list sinds jaren. Ze gaf weinig
ruchtbaarheid aan haar privé-asiel,
maar alle dierbeschermers in de re
gio kennen haar en ze staat goed
aangeschreven. Nu is ze gestopt.
Reden: strengere eisen in de flora-
en faunawet waar alle opvangcen
tra voor beschermde inheemse die
ren sinds 1 juli aan moeten vol
doen.
„Toen hebben we de bewuste uil
30 kilometer vervoerd naar Wou
denberg, waar nu de dichtstbijzijn
de gespecialiseerde opvang zit",
zegt woordvoerster Dorien Beuse
van de dierenambulance. „Dat is
op en neer 60 kilometer. Wij drei
gen dus onnodig veel tijd te verlie
zen met van A naar B rijden en
maken dure kilometers. Terwijl
het jarenlang goed ging met de
uilenopvang in onze buurt."
Er voltrekt zich een stille opstand
in de wereld van burgers die, vaak
al jarenlang, thuis bepaalde dieren
uit de natuur opvangen en verzor
gen om ze terug te kunnen bren
gen in de natuur. Ze zijn gespeciali
seerd in ooievaars of weten alles
van egels en steken liefde, vrije tijd
en ook spaarcenten in hun zelfver
kozen rol.
Met het nieuwe kwaliteitsprotocol
is voor sommigen de lol er vanaf
Terwijl het protocol juist was be
doeld om expertise te borgen, zo
dat die overgedragen kan worden.
Ook eenduidige handhaving stond
het ministerie voor ogen. Maar on
danks geboden hulp, voldoet ruim
de helft van de opvangcentra, na
drie jaar voorbereiding, nog steeds
niet aan de nieuwe eisen.
„Ik ben gekke Henkie niet", zegt
John Snoeren van het Vogelasiel
in Tilburg. „Mijn hart ligt bij de
dieren. Ik ga echt niet voor boek
houder spelen. Ik heb een schat
van een vrouw, kinderen en nog
wel ander hobby's. Als ze me er
toe dwingen, houd ik ermee op."
Snoeren, die al twintig jaar de vo
gelopvang voortzet die zijn vader
.ooit begon, wacht af of er controle
komt. Volgens het ministerie ligt
dit in handen van politie en Nieu
we Voedsel en Waren Autoriteit.
'Mijn hart ligt bij de
dieren. Ik ga echt niet voor
boekhouder spelen'
Bij het dierenopvangcentrum in
Tilburg houden ze hun hart vast.
Als Snoeren met z'n asiel stopt,
moeten vogels in nood voortaan
40 kilometer verderop naar het
grote Vogelrevalidatiecentrum in
Zundert worden gebracht. „We
hebben nu vijf tot tien vogelritten
per dag. Tel maar uit wat dat aan
brandstofkost", zegt woordvoer
der Hajo Horvers.
Een optie is 'dieren opsparen' en
samen aan het einde van de dag in
één rit naar een verder weg gele
gen opvangcentrum brengen.
Maar dieren die er erg slecht aan
toe zijn, kunnen zo lang niet wach
ten, stelt Horvers.
„Dat zouden we eens tegen zieke
mensen moeten zeggen: 'Sorry, u
moet wachten tot het busje van
avond vol is'. Dan is de wereld te
klein", zegt Jos Custers uit Maas-
bree. Ook hij is vanwege 'de hele
bureaucratie en papierkraam' ge
stopt met zijn vogelopvang die hij
vijftien jaar thuis had. 'Dierenmis
handeling', noemt hij het beleid.
Voorzitter Cobie Janssens van de
dierenambulance Noord-Limburg,
3 kilometer 'om de hoek', voorziet
een 'ramp'. „Dit broedseizoen heb
ben we nog vier- tot vijfhonderd
vogels bij Jos gebracht. Ik moet er
niet aan denken hoe dat volgend
jaar gaat."
Voortaan gaat Janssens alleen ern
stig gewonde vogels ('bloedende
wond, ademhalingsprobleem')
meteen naar de specialisten, 40 ki
lometer verderop, brengen. De rest
wordt een dag opgespaard.
En gemeenten in haar regio kun
nen een brief verwachten. „Zij zul
len de ritten moeten betalen."
Beuse van de dierenambulance
Zuid-West Veluwe: „Wij krijgen
normaal geld voor een ambulance-
rit van de dierenbescherming.
Maar nog niet voor de rit met de
uil, toen we buiten onze regio kwa
men." Oplossing: ze brengt de die
ren naar collega's van de dierenam
bulance in Arnhem, die geregeld
naar een groot opvangcentrum rij
den. Oswin Geuskens van dit asiel
in Arnhem vindt het kwalijk dat
er onrust is gezaaid bij de kleine
opvangcentra. „Ze doen dit uit pas
sie en zijn ook professioneel. Dit
verdienen ze niet. Als er veel een
lingen wegvallen, zullen de grote
centra op den duur dichtslibben."
Grotere opvangcentra zoals in Zun
dert en het Achterhoekse Halle
hebben het druk, maar kunnen
het aan, melden ze. Het Vogelreva
lidatiecentrum in Zundert ving 2,5
jaar geleden 2.000 tot 2.500 dieren
op. „Nu het dubbele", zegt een
woordvoerder.
Kees Vos voert jonge ooievaars op zijn ooievaarbuitenstation in Herwijnen.
Bij de Vogelbescherming Nederland staat hij goed aangeschreven. Toch
heeft het ministerie hem tot vier keer toe een ontheffing geweigerd.
foto William Hoogteyling
Een jong konijntje krijgt warm water uit een spuitje bij de Fügelhelling in
Ureterp in Friesland, een asiel dat ontheffing heeft. foto Jan de Vries