9 spectrum De lindeboom bloeit vakantieduik RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE Zaterdag 30 juni 2012 Ondanks het meest eigenaardige zo merweer van de afgelopen weken, waarbij je 's ochtends niet weet wat je moet aantrekken, je in een och tendblad leest dat de moeder van Amon Gran- berg een vieze navel heeft, de moeder van Al- bert Verlinde nog steeds de was voor haar zoon en zijn man doet, en je de neiging hebt te den ken dat de wereld te veel trivialiteiten aan ons meedeelt, dan is daar de hemelse geur van de bloeiende lindebomen onder je balkon. Zo'n zoe te liefelijke geur die nog in juni thuishoort, net als de jasmijn en de rozen, die dankzij al die re genbuien die wij verwensen, uitbundig bloeien. Ook de liguster doet zijn best, de bloeiende ligus ter ruikt al even bedwelmend als de lindeboom. Er is een parfum, Joy van Patou, gemaakt van echte rozen en jasmijn, bijna niet meer te koop. Misschien nog ergens in Parijs, in een oud win keltje waar achter op een plank een vergeten fles Joy staat... excuus lezer, ik word sentimen teel, dat komt allemaal van die bloeiende linde boom onder het balkon. Ik ben te gast bij Radio i, vertellen over mijn nieuwe boek Bedvrienden, en doe mijn uiterste best kort door de bocht live uit te leggen waarom deze erotische fragmenten uit dertig jaar schrijven bij elkaar zijn gezet Ook luister ik naar Ferry Mingelen, de zojuist met de Dr. Anna Vondelingprijs gelauwerde commenta tor van ons televisienieuws. Ik kijk altijd naar hem, ook vaak 's nachts in de herhaling. Altijd een beetje tongue in cheek, en toch serieus, een aangenaam vriendelijk wezen op de buis, die geen ergernis opwekt en naar wie je wel wilt luisteren. Ik word voor de uitzending gehaald door het taxibedrijf, dat voor de omroepen rijdt De chauf feur is een alleraardigste heer van 74, Amster dammer van geboorte, die dertig jaar in Zuid-Afrika les gaf op een technische middelba re school en nog steeds thuis Afrikaans spreekt Ik vertel hem, dat het Afrikaans baie veel over eenkomst heeft met het Zeeuws. En mijn chauf feur vertelt mij, dat de taal die door de mensen in Oostende wordt gesproken, bijna Afrikaans klinkt! Ook verhaalt hij van een tocht op de Con- gorivier, in een eersteklas hut op een toeristen boot, waar het licht het niet doet, de kraan droog blijft en hij op zijn vraag waarom hij zo veel geld moet betalen voor een tocht in een hut, waarin niets functioneert, van de Congole se steward het volgende antwoord krijgt: „Wij hadden vroeger geen licht, geen stromend water, niks. Toen kwamen de kolonisten met het comfort. Die zijn nu weg. En nu hebben we weer niks. Dat geeft niet, we hebben dat alle maal niet nodig, vroeger deden we het ook zon der!" Tijdens de rit van Amsterdam naar Hilversum leer ik iets over het Zeeuws en het Zuid-Afri kaans en over de filosofische instelling van een ver volk midden in Afrika tegenover moderne ongemakken. Het is de veelheid der dingen, waarover schrijver Malraux het had, die mij be zig en gaande houdt En bovenal de verrukkelij ke geur van de bloeiende lindebomen, die mij te vreden met het leven maakt Ik wens alle lezers een heerlijke zomer!

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 69