Een
van een ander in
spectrum 2
Zaterdag 30 juni 2012
Pleegkinderen torsen vaak een 'rugzakje' met problemen met zich mee. Van pleegouders wordt meer gevraagd dan boterhammen smeren en pleisters plakken.
Zo'n 550 Zeeuwse gezinnen hebben hun huis en hart opengesteld voor kinderen
die - al dan niet tijdelijk - niet bij hun biologische ouders kunnen wonen. Van
die pleeggezinnen zijn er altijd te weinig. Van die pleegkinderen te veel. De
kleintjes hebben geluk: die zijn gewild. Een goede 'match' maken is het ideaal,
maar vaak een onhaalbare luxe. Op de komende zes pagina's vertellen gezinnen
wat hen bewogen heeft om pleegkinderen op te vangen en hoe dat in de praktijk
uitpakt. Ook een biologische ouder, een pleegkind en een pleegzorginstelling
komen aan het woord.
door Ondine van der Vleuten
Een klein straatje ineen
grote Zeeuwse stad. Achter de
voordeur van Anna gaat een on
verwacht ruim huis schuil. Op
de oude plavuizen slingert speel
goed rond van pleegzoon Luuk (3) en de
anderhalfjaar oude Maartje, die even een
tukje doet.
Anna is vroeger zelf opgegroeid in een ge
zin met pleegkinderen. Anna en haar man
wilden ook graag pleegkinderen, naast die
van henzelf. Nu weten ze dat die eigen kin
deren er nooit zullen komen, omdat dat
niet mogelijk is.
Vroeger pleegzussen en -broers, nu pleeg
kinderen: het biedt haar een uniek perspec
tief. „Ik denk wel eens terug aan hoe het
vroeger bij ons thuis ging. Ik ben er als
pleegmoeder wel achter gekomen dat er
veel dingen bij komen kijken die ik vroe
ger als pleegzus niet zag. Mijn ouders hiel
den dat voor ons weg. Dat is geen zorg die
kinderen moeten dragen, zeiden ze toen ik
fotografie Mechteld Jansen
ernaar vroeg. Maar pleegzorg is ook veran
derd. Soms vertel ik wat wij nu meemaken
en dan zeggen zij: dat was toen niet, hoor.
Geen lange, uitgebreide onderzoeken. Er
werd veel sneller besloten: dat, dat, dat,
klaar."
Wat ook veranderd is: pleegkinderen wor
den als het enigszins mogelijk is altijd
weer naar hun bij biologische ouders terug
gebracht. „Emotioneel is dat voor ons best
heftig. Je krijgt een kind binnen, ziet het
opknappen, ziet hoe het zich aan je hecht
- en dan gaat het terug. Dat geeft strijd."
Toch hebben ze geen moment spijt gehad
van hun beslissing. „Want het is ontzet
tend leuk om te doen. We genieten er
enorm van." Ze staat op om te kijken waar
Luuk is gebleven. „Aah! Daar ben je. Doe
je voorzichtig, Luuk?"
Sinds een halfjaar is het huis van
pleegouder Grada leeg. Haar eigen kinde
ren waren al eerder het huis uit, een half
jaar geleden ging haar dubbel gehandicap
te pleegdochter begeleid zelfstandig wo
nen. Haar rolstoel staat nog in de gang.
„Ze kwam als baby bij ons voor perspec-
tiefbiedende opvang, zoals dat heet. Bij
langdurige opvang gaat het kind in princi
pe nog terug naar de ouders, als dat weer
mogelijk is. Daar was in dit geval vanaf het
begin al geen zicht op. Zij beschouwt ons
als haar ouders, maar voor ons blijft zij een
pleegkind. Dat heeft niet zozeer te maken
met onze eigen gevoelens, als wel met
rechtdoen aan haar biologische ouders en
familie. Ze heeft eigen ouders, en dat moet
je respecteren. Kijk maar naar program
ma's als Spoorloos: mensen wÜlen altijd
hun eigen familie terugvinden. In mijn op
tiek heeft een plaatsing meer kans van sla
gen als de ouders en de pleegouders op
één lijn zitten. Je moet er als pleegouder
niet in staan van 'dat doe ik wel even',
maar 'we doen het samen'. Hoe moeilijk
soms ook, want je deelt niet altijd dezelfde
achtergrond."
Als zij haar huis en hart niet had openge
steld, was haar pleegdochter waarschijnlijk
in een tehuis gekomen. „Ze heeft een spier
ziekte en is verstandelijk beperkt. Ik zit
zeifin het speciaal onderwijs, dat hielp
wel. Bovendien worden wij goed begeleid,
zowel vanuit Pleegzorg als vanuit een ge
specialiseerde instelling."
Het was haar man die, nu bijna twintig
jaar geleden, met het idee voor pleegzorg
kwam, nadat adoptie niet mogelijk bleek.
Na een halfjaar waarin ze als invaller voor
een andere pleegouder fungeerden, kwam
hun eigen pleegdochter. Van meet af aan
was duidelijk dat het kindje een spierziek
te had, maar pas later bleek het meisje op