Ontwikkeling van winkelgebieden vergt andere aanpak Special isolatieglas binnen 24 uur bij Prins Glas Ondernemer Bouw en bedrijfshuisvesting 19 mei 2012 deOndernemer ES Nieuw beleid is nodig om de winkelstraten vol te houden. Foto: ANP Gemeenten en vastgoedontwikke laars moeten goed nadenken over de invulling van winkelcentra. Oude plannen staan nieuwe initia tieven in de weg, waarschuwt ma kelaar en projectontwikkelaar Paul Fermont. De retail is volop in beweging en dat vergt nieuw beleid, is zijn boodschap. Een slimme gemeente is op de toe komst voorbereid. Tekst: Peter Oggel GOES - Paul Fermont neemt het woord revolutie nadrukkelijk niet in de mond. Liever spreekt hij over evo lutie als het .gaat over recente ontwik kelingen in de retail. Dat klinkt mis schien wat vriendelijker, het laat on verlet dat in de detailhandel het pro ces der verandering in snel tempo ver loopt. Basis is samengevat in drie woorden: het nieuwe winkelen. De detailhan del en daarmee ook winkelcentra on dervinden de consequenties van stij gende verkopen via internet in combi natie met overbewinkeling en econo mische dip. Dat is in twee zinnen een hele mond vol. De klant is kritisch, en verander lijk. Het world wide web opent alle winkeldeuren. Boodschap pen-voor-alledag moeten snel en ge makkelijk, daarnaast is de consument vooral geïnteresseerd in funshoppen in combinatie met een aantrekkelijke horeca. Op zoek naar 'beleving', een temsje hoort erbij. Het zijn ontwik kelingen, is de kern van het verhaal van Feimont, die vragen om een nieu we aanpak. Van alle partijen, voor de goede orde: gemeenten én winkelvast goedmarkt. Paul Fermont is directeur van make laardij Faasse en Fermont in Goes, on der meer gespecialiseerd in bedrijfson- roerendgoed (BOG). Hij is direct of indirect betrokken bij diverse winkel- ontwikkelingsplannen in de Zeeuwse gemeenten. Denk goed rta voordat de eerste spade Paul Fermont. de grond ingaat, is zijn boodschap, en kijk vooral niet vanaf de zijlijn toe hoe de wereld verandert. Het gaat hierom: hoe blijfje als winkelgebied aantrekkelijk? Hij maakt zich enige zorg. Onder invloed van het nieuwe koop- en winkelgedrag zullen stads en winkelcentra zich moeten aanpas sen om in de gunst van de consument Foto: Willem Paterik te blijven. Dat heeft dus direct te ma ken met de bouw en vernieuwing van winkelgebieden. In de binnenste den met name, maar ook in de perife re gebieden. Zie de ontwikkeling van het Middelburgse Mortiere. In zijn maandelijkse column in deze krant waarschuwde Fermont al eer der. Want, legt hij de vinger op de ze re plek, bij verscheidene gemeenten, liggen ontwikkelingsplannen al jaren op de plank, maar anno 2012 zijn die feitelijk achterhaald. Wellicht etger nog is dat die verouderde plannen ook nieuwe, op de markt toegesne den initiatieven in de weg staan. Waarmee hij vooral ook wil zeggen: gemeenten en vastgoedsector, toon (politieke) moed, wees flexibel, durf te vernieuwen en maak duidelijke keuzes. "Gemeentes deinzen soms te rug omdat er in een ver verleden toe zeggingen zijn gedaan. Dan wordt vastgehouden aan een-plan, terwijl dat niet meer levensvatbaar is. Dan dreigt nieuwbouw bouw voor leeg stand te worden." Vastgoedontwikkeling voor de detail handel is in zijn ogen redelijk over zichtelijk. Om te beginnen dit: niet el ke winkel-op-de-hoek kan behouden blijven, en dat hoeft ook niet, vindt Fermont. Hij voorspélt dat de minder attractieve C-locaties in de komende jaren zullen verdwijnen, A- en B-loca ties zullen zich moeten aanpassen. "Er zijn nu nog 2000 winkelconcen traties in Nederland, in. 2050 zullen er nog maar 500 zijn die echt meetellen. Locaties waar weinig traffic is zullen worden gesaneerd, het aantal winkels zal afnemen, maar niet het aantal vier kante meters winkelruimte. De win kelier zal moeten zorgen dat hij zit waar het gebeurt, op de plek waar de consument voor zijn inkopen naar toe wil." Wat dat in de praktijk betekent? Hij schetst een tweesporenontwikkeling. Winkelen in de binnenstad is 'fun', de overige boodschappen zijn vooral noodzakelijk voor levensonderhoud en daarmee ook routine. Bouwmark ten, woonwinkels, supermarkten, elektronicaketens... Die grootwinkel bedrijven kunnen uitstekend aan de rand van de stad -goed bereikbaar, gratis parkeren, prima aanbod. Gemeenten moeten daar de ruimte en mogelijkheden voor scheppen, stelt Feimont. En in de binnenstad? Die moet vooral aantrekkelijk zijn. "Gemeenten moeten investeren irt be leving. In groen, in smalle en gezelli ge winkelstraatjes, met gezellige en in tieme pleintjes,.m goede parkeerfacili- teiten zonder tijdsdruk. De binnen stad is er met name voor het plezier. Voor specialiteitenwinkeltjes, kle ding, boeken, schoenen, een juwe lier. Faciliteer een goede horeca, voor de aantrekkingskracht van een stads centrum van levensbelang. De erva ring leert dat als de gemeente in het centrum investeert, de ondernemers dat ook doen. Het mes snijdt daarmee aan twee kanten." Mensen zoeken beleving, is de rode draad in het betoog van Fermont. Waarmee hij ook wil zeggen: zie web winkelen niet als bedreiging, maar als kans, als extra verkoopkanaal en als etalage voor de fysieke winkel. "Een webshop alleen werkt niet, zonder de beleving van een winkel. Maar maak ook daar gebruik van digitale moge lijkheden. Als ondernemer moet je je aanpassen. Degenen die het meeste -klagen, zijn ook degenen die niet meer ontwikkelen." In deze zin zul len gemeenten en ondernemersorgani saties ook moeten zorgen voor een doeltreffende promotie van de stad, onder meer via sociale media en aan trekkelijke publieksevenementen. Maar, adviseert Fermont, behoud je schaarste, beperk het aantal vierkante meters winkelruimte ter voorkoming van leegstand. "Waak voor revolutie, zorg voor evolutie", noemt Paul Fer mont dat. Vanaf heden weer leverbaar: Ook voor hardglas, figuurglas, glas-in-lood, zandstaalwerk, spiegels e.d. PRINS Tel.: 0118-413351 www.prins-glas.nlinfo@prins-glas.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 117