van
Pim
7 spectrum
Zaterdag 5 mei 2012
Beleidsmedewerkers die 'net van de lagere
school' kwamen, stonden hem bij.
„We waren totaal niet geëquipeerd. Het
was een brug te ver."
Krap zes weken had hij de voorzittersha
mer in handen toen de LPF ten onder
ging. Dissidenten De Jong en Cor Eber-
hard werden uit de fractie gezet. Heins
broek en vicepremier Eduard Bomhoff
vochten om de macht. Een deel van de
fractie beraamde een coup tegen Wijn
schenk die was gewogen en te licht bevon
den. Het kwam tot een dieptepunt, toen
het kabinet-Balkenende de crisis tijdens de
uitvaart van prins Claus probeerde te be
zweren. Er was geen redden meer aan, con
stateerde Wijnschenk. „De .krachten wa
ren te sterk. De boot was dusdanig aan het
zinken dat geen mallemoer meer hielp."
Spijt van zijn politieke avonaiur heeft hij
nooit gehad. Hij heeft zijn oude vak weer
opgepakt en is in Almere uitgever van
00/24 Horloges. Een nichemarkt, zegt hij,
maar wel een bloeiende business met uitga
ven in acht landen. „Zakelijk gezien heb ik
nooit negatieve opmerkingen gehad. Af en
toe houd ik lezingen voor besloten clubs.
Dan vinden mensen de anekdotes juist
hartstikke leuk."
Het was niet voor iedereen zo gemakkelijk
de draad weer op te pakken. Het ontbrak
de LPF aan een netwerk waarin uitgeran
geerde Kamerleden aan een baantje gehol
pen konden worden. De meesten keerden
terug naar hun oude professie. De vermel
ding van LPF-Kamerlid op het cv bleek
vaak geen aanbeveling voor een poten
tiële, nieuwe werkgever zo valt te beluiste
ren. „Dan stelde ik me voor, Gerard van
As, volgde meteen de vraag: 'O, heb je in
de LPF gezeten?' Dan zei ik: ja, én?" Van
As, in 2004 fractievoorzitter, kan zich er
flink over opwinden. „Er zijn veel vooroor
delen over mijn persoon. Maar ik heb een
dikke huid, ik ben een straatvechter. Ik
heb me er niets van aangetrokken."
Na zijn vertrek uit de Kamer is Van As
weer aan de slag gegaan als vastgoedbemid
delaar in Alphen aan den Rijn. „In mijn
werk was het geen probleem. Zakenrela
ties beoordeelden mij op mijn kwaliteiten.
Maar een elite van WD'ers nam het mij
kwalijk dat ik van hun partij was overge
stapt naar de LPF. Het leek net alsof ik be
smet was."
Harm Wiersma herkent dat. „Als ik zei dat
ik van de LPF was, keken ze raar op hun
neus. Nu nog steeds wel. In de damwereld
zijn meer mensen van linkse signatuur.
Daar duwen ze me graag een bepaalde
hoek in... maar ik zou mezelf te kort doen
als ik daar verder op inga."
De Fries heeft zijn oude stiel als topdam-
mer weer opgepakt. Daarnaast schrijft
Wiersma voor De Telegraaf over denk
sport en organiseert hij toernooien. Vanaf
de zijlijn bemoeit hij zich nog met poli
tiek, vooral uit boosheid. De Klokkenlui-
derspartij van zijn zoon scoorde onvol
doende om hem aan een zetel in Brussel
te helpen. „Weet u", zegt hij strijdbaar, „ik
ben nog steeds enorm gedreven. Ik zou zo
die blauwe bankjes weer in kunnen. Politi
ci zouden aan mij een heel zware dobber
hebben."
Voor LPF'ers met een vlekje was het hele
maal over en uit. Philomena Bijlhout jokte
over haar betrokkenheid bij Surinaamse
milities en kon het maatschappelijk wel
vergeten. Bijlhout was op 22 juni 2002 van
Kamerlid gepromoveerd tot staatssecreta
ris Emancipatiezaken, maar moest die por
tefeuille binnen een dag weer inleveren. In
haar autobiografie Meer dan een dag ont
hult ze dat zij overdag de deur niet meer
uitdurfde uit angst uitgelachen te worden
en dat ze zelfs met zelfmoordplannen
rondliep. Initiatieven voor een reisbureau,
workshops, een baan als maatschappelijk
werker, zorgconsulent, het liep allemaal
op niets uit 'Na mijn aftreden in 2002 stop
te mijn werkzaam leven', schrijft zij op
haar website. 'Ik werd nergens meer voor
gevraagd'. Hoe het haar nu vergaat, is niet
duidelijk. Contact met de pers gaat ze uit
de weg.
„Sommige LPF'ers hadden een slecht track
record en raakten daarom uit de gratie.
Maar er spelen ook andere dingen mee",
zegt Joost Eerdmans. Zijn eigen curricu
lum vitae ziet er wel gezond uit: hij is wet
houder in Capelle aan den IJssel, heeft een
radioprogramma, schreef een boek, is dag
voorzitter. Maar ook Eerdmans kreeg niets
voor niets. „Voor velen in het maatschap
pelijke middenveld was de LPF de verkeer
de partij. Populistisch, te rechts. Iemand
als Marco Pastors heeft daar ook last van
gehad, terwijl die man veel in zijn mars
heeft. Triest."
Het was oud-PvdA-Kamerlid Marjet van
Zuijlen die hem uit zijn 'zwarte gat' trok.
Ze haalde hem in 2007 naar accountants
kantoor Deloitte, waar hij aan de slag ging
in de public affairs.
Spijt heeft Eerdmans nooit gehad. „Ik
schaam me er ook niet voor dat ik Kamer
lid was voor de LPF. Ik schaam me wel
voor de chaos die destijds is ontstaan. Dat
was totaal onnodig."
Bij anderen zit de weerzin dieper. Fred
Schonewille, destijds een van de meer ta
lentvolle Kamerleden, laat zijn verleden bij
de LPF onvermeld op zijn cv. Schonewille
werkt tegenwoordig als universitair docent
bij de Universiteit Utrecht en heeft een
praktijk als scheidingsbemiddelaar in De
venter. Praten over die periode wil hij niet:
„Het voegt niets toe."
Mat Herben heeft zo zijn eigen redenen
om te zwijgen. De kleine generaal met de
vlotte babbel die nu zijn brood verdient
als lobbyist, wil zich alleen nog bezighou
den met 'eerherstel van Pim'. Hij is som
ber over wat er van het fortuynisme is ge
worden. „Het gaat altijd maar weer over
de franje, de randverschijnselen, daar heb
ik mijn buik van vol", foetert hij. „Het is
allemaal ruis, om moedeloos van te wor
den." Ook Ton Alblas,'oud-ambtenaar van
Verkeer en Waterstaat en nu met pen
sioen, wil zijn LPF-verleden niet oprake
len. Zijn echtgenote, destijds zijn fractieme
dewerkster, beantwoordt de vraag of hij
mee wil werken aan een gesprek. „Ton,
willen wij dat nog? Nee, dat willen wij
niet. Het is al zo lang geleden. Het was een
erg, eh, interessante tijd. Maar nu genieten
we van onze rust."
5 reageren?
f spectrum@wegener.nl
Hoogendijk treft zijn oud-collega's zelden.
„Het zijn mijn vrienden niet geworden."
Over politiek praat hij alleen nog met zijn
buurman in Laren, de voormalige LPF-mi-
nister van Economische Zaken Herman
Heinsbroek. Grijnzend: „We zijn het nog
altijd helemaal met elkaar eens!"
Oud zeer is er nog steeds. Harry Wijn
schenk speelde met de gedachte een reü
nie te organiseren. „Maar toen ik die lui
weer zag opduiken in de media met hun
zure opmerkingen, heb ik er maar vanaf
gezien." Ook voor hem is politiek een ge
sloten boek. „Hoe zeg je dat ook alweer?
Een ervaring rijker, een illusie armer."
Hij praat er zelden nog over. „Ik heb het
allemaal snel achter me gelaten. Ik heb er
destijds veel energie in gestoken, maar het
ging fout. Het was ook helemaal niet de be
doeling dat ik in de Kamer zou komen. Ik
had Fortuyn aangeboden te helpen met
het opzetten van een secretariaat. Ik kwam
op plek 28 van de lijst. Maar ja, het lot be
paalde anders. De nummer één werd dood
geschoten en nummer 27 wilde niet."
Nadat Mat Herben zich had teruggetrok
ken als fractieleider, werd Wijnschenk ge-
J kozen tot zijn opvolger. Stond hij daar
daags na Prinsjesdag 2002, 'met nul erva
ring', de Algemene Politieke Beschouwin
gen te doen, het belangrijkste parlementai
re debat van het jaar. „Het was een
belachelijk pandemonium. Moest je 48
beleidsterreinen uit je hoofd kennen. Nou,
dat was een beetje te veel gevraagd. Het
was nota bene mijn maidenspeech."
Links: Joost Eerdmans. Boven: De handtekening van Pim Fortuyn in zijn stad Rotterdam.
foto's ANP