Snuffelen aan bergbeklimmen
Als je bergen wilt
gaan beklimmen, is
het verstandig een
cursus bij de
Nederlandse
klimbond te volgen.
Bram Hulzebos
ontdekte dat je na
zo'n cursus echter
niet moeten denken
dat je kunt klimmen.
f
mmm
jSjg| reizen@wegener.nl 2,1 reizen
PI 024-3650360
IlSSsi Zaterdag 28 april 2012
foto
Agaath Hulzebos
Door touwen aan
elkaar verbonden,
passeert een
groep klimmers
de gletsjer aan
de voet van de
top van de
Wildspitze.
De punt van mijn berg
schoen rust op een ri
cheltje van 3 centime
ter. Ik moet even een
paar tellen nadenken
over mijn volgende stap, maar dat
wordt bemoeilijkt door Jan Wil
lem, de instructeur van de Neder
landse Klim- en Bergsportvereni
ging (NKBV). Hij sjort onophou
delijk aan mijn lijn en brengt me
voortdurend uit mijn evenwicht.
„Ik wil zo snel mogelijk van die
berggraat af', zegt hij.
„Dat kan op deze manier nog wel
even duren", bijt ik hem toe.
Een paar meter boven me zie ik
de top van de Wildspitze, de op
een na hoogste berg van Oosten
rijk. Onder mij een gapende af
grond. Achter me een van de
meest adembenemende land
schappen van Europa. Hoe kom ik
hier in vredesnaam terecht?
Het begon met mijn zus. Zij wilde
de bergen in, maar wel een beetje
pittig. Voordat we het wisten,
boekten we een beginnerscursus
bij de NKBV in Solden, in het
zuidwesten van Oostenrijk.
Als we de eerste dag vanuit Vent,
een dorp bij Solden, met tien an
dere cursisten naar boven lopen,
is de stemming opperbest. Voorop
loopt onze gids Stephan, een 2 me
ter lange Oostenrijker die het le
vende bewijs is dat testosteron bo
ven de 1.500 meter nog prima
werkt. Stephan gidst over de hele
wereld groepen door de bergen,
maar hier, in de Alpen boven het
Oetztal, heeft hij het allemaal ge
leerd. „Komm, Schatzi", zegt hij té
gen mijn zus als hij een veld met
gigantische rotsblokken over
steekt. In de staart van de groep
loopt Jan Willem, de instructeur
van de klimbond. De Vernacht-
hütte is de komende nachten on
ze uitvalsbasis. We slapen in slaap
zalen. Dat vond ik bij het boeken
een minpuntje, maar nu ben ik-zo
moe, dat ze me ook in het toilet
hadden kunnen leggen.
De volgende ochtend is het grijs
en bewolkt. Stephan zegt aan het
ontbijt dat we drie toppen gaan
beklimmen die, verbonden door
een zogeheten graat, in eikaars ver
lengde liggen. Na een uur wande
len over een smal pad door een
moreneveld, verlaten we het pad
totdat we voor een ander met rots
blokken bezaaid stuk staan. Step
han begint te klimmen. Wij gaan
er achteraan. Tegen de middag be
reiken we de kartelige graad die
we vanuit de hut hadden zien lig
gen. Hoog, grillig en onherberg
zaam leek het vanuit de hut, maar
eenmaal boven blijkt het een paar
meter brede bergrug. Als je geen
rare bokkensprongen maakt, lijkt
het niet erg gevaarlijk.
Die avond na het eten overlegt
Stephan met de huttenwaard en
een aantal collega-gidsen. Hij wil
morgen de Wildspitze al beklim
men, want dan is het nog mooi
weer. De voorspellingen voor de
rest van de week zijn slecht. Jan
Willem schudt zijn hoofd. We
hebben net één dag geklommen.
Onverantwoord, meent hij.
De volgende ochtend om 05.00
uur hijsen we onder een bleke
maan onze rugzakken op. Step
han is kort van stof. „Ich gehe",
zegt hij. Tegen de tijd dat het licht
wordt, bereiken we de gletsjer.
We binden onze 'Schneekammas-
sen' om, een soort beenwarmers
die verhinderen dat er sneeuw in
je schoenen komt als je tot je knie
ën wegzakt. Stephan legt ons uit
hoe je een touwgroep maakt,
want op een gletsjer hoor je in
touwgroepen te lopen. Mocht ie
mand in een spleet zakken, dan
kan hij relatief eenvoudig worden
opgehesen. Zonder touw de glet
sjer op is nog dommer dan autorij
den zonder gordel.
We sjokken voort door de sneeuw
op de gletsjer. Stephan coacht ons
over een lastige graat, onze touw
groep gaat als een tierelier, de
stemming is opperbest. Zeker als
we de Wildspitze zien, aan de
overzijde van een reusachtige glet
sjer. Aan het eind van de ochtend
staan we aan de voet van de top
van de Wildspitze. We wachten
op de andere touwgroep en eten
Wenen
OOSTENRIJK
Solden
Klimmers volgen het pad van hun
voorgangers op een gletsjer.
onze broodjes en chocoladerepen
en drinken thee. Intussen genie
ten we van het indrukwekkende
landschap. Er ligt sneeuw op de
graat. Na de lunch maken we
twee touwgroepen en beginnen
met de toppoging. Een steile klim
over gladde rotsen. Het enige mo
ment dat we het een beetje be
nauwd krijgen, is op de richel van
enkele centimeters breed, onder
een massieve rotswand die weinig
houvast biedt. Ineens staan we on
der het stalen kruis op de top. Jan
Willem kijkt moeilijk. „Ik moet
nog zien hoe we terugkomen",
hoor ik hem zeggen.
Maar Stephan is een man van de
praktijk, hij weet wat hij doet. Hij
haalde al heel wat bevroren lijken
uit gletsjerspleten, zat in een com
missie die bergongelukken onder
zoekt en is lawinedeskundige. Hij
weet dat ongelukken in onwaar
schijnlijk kleine hoekjes kunnen
zitten. Je kunt nog zoveel knopen
en technieken leren, het idee dat
je daarmee veilig kunt bergbeklim
men, is volgens Stephan een illu
sie. „Jullie snuffelen alleen nog
maar aan de bergen", zegt hij.
Alle informatie over klimmen en
cursussen op www.nkbv.nl
Reageren?
redactie.reizen@wegener.nl