W I M
spectrum 8
Zaterdag 17 maart 2012
Lang leve Wim. Het is de titel van
een van de bijna honderd boe
ken die Wim Daniels op zijn
naam heeft staan. Het boek ver
scheen in 2009. Ruim drie jaar
later heeft de titel nog veel meer geldig
heidswaarde. Het gaat de Eindhovense
schrijver en taalkundige voor de wind. Ofj
om een van zijn eigen Wim-grapjes te le
nen: er is hier overduidelijk sprake van een
Wim-Wim-situatie. Drie weken geleden
verscheen Kom Komma, een verzameling
columns waarvan hij er wekelijks een voor
las in het Vara-radioprogramma Spijkers
met koppen. In dezelfde week mocht hij
aanschuiven aan de borreltafel van Pauw
Witteman, met wie hij de afspraak maakte
dat hij dit seizoen vaker mag opdraven.
Hoejijn is dat voor een schrijver?
„Mijn eerste optreden bij Pauw Witte
man heeft er ongetwijfeld voor gezorgd dat
de eerste druk van Kom Komma binnen
vijf dagen was uitverkocht. Er keken 1,3 mil
joen mensen. Ik had honderden mailtjes
toen ik 's nachts thuis kwam."
Straks kun je niet meer rustig over straat.
„Helemaal niet erg. Even snel een praatje
met iemand maken, daar hou ik van."
Eigenlijk ben je taalkundige, maar allengs is
de cabaretier in jou opgestaan. Hoe is dat ont
staan?
„Dat ligt aan de taal, niet aan mij. In de
taal zitten zoveel grappige dingen. Dan had
Schrijver Wim
Daniëls heeft de
wind in de rug.
Van zijn onlangs
verschenen boek
Kom Komma is al
de derde druk
verschenen.
„Ik probeer het
absurde
aannemelijk te
maken."
door René van der Lee
foto's Maikel Samuels
ik ergens een voordracht gehouden en zei
den mensen tegen mij: het leek wel een ca
baretvoorstelling. Dat was helemaal niet de
intentie, maar de taal herbergt fantastische
verhalen. Bijvoorbeeld over de oorsprong
van het vraagteken. Een monnik heeft in
het jaar 800 een teken bedacht dat schuin
omhoog wijst: daarmee wilde hij aangeven
dat je stem aan het einde van een vraag
omhoog moet: 'Weet je dat zeker?' In een
gewone zin ga je juist met je stem omlaag:
ik denk van niet. Maar het is natuurlijk
hartstikke stom om dat vraagteken achter
de zin te zetten, want dan denk je op het
eind: verdorie, ik had met mijn stem om
hoog gemoeten. Daarom zetten de Span
jaarden het vraagteken aan het begin van
een zin. Prachtig toch?"
Wat is typisch een Wim Daniëls-column?
„Ik probeer het absurde aannemelijk te ma
ken. Ik wil mensen in verwondering ach
terlaten. Iemand schreef ooit over mijn co
lumns: alsof je in een achtbaan zit. Dat
vind ik mooi."
Maar af en toe maak je je kwaad en krijgt ie
mand er van langs.
„Soms moet dat. Paul de Leeuw die grap
pen maakt over Chinezen die uit een bran
dend flatgebouw springen. Of over de seks-
advertenties in de Wegener-kranten. Of de
pastoor van Reusel die een homofiele
prins carnaval de hostie weigert: Daar kan
ik met mijn verstand niet bij. Dat moet ik
dan kwijt. Maar dat moet je wel met verve
opschrijven, anders overtuigt het niet."
Is het belangrijk dat mensen je boodschappen
oppikken? Of gaat het er vooral om dat je het
kwijt bent?
„Mijn hoop is niet zozeer dat de luisteraar
het met me eens is, maar dat degene over
wie ik schrijf het met me eens is."
Je. houdt van 'humor die geen pijn doet'.
„Ik ben nu een boek aan het schrijven over
scherts. Dat is humor die geen pijn doet.
Dat past het meest bij mij. Maar soms
moet humor wél pijn doen. Als het slacht
offer het ernaar gemaakt heeft. Zo'n Mut-
saerts bijvoorbeeld. Maar ik vind het niet
prettig te scoren met grappen over mensen
die het totaal niet verdienen."
Een grap over prins Friso kan niet?
„Nee, daar houd ik niet van. Youp van 't
Hek zei in zijn oudjaarsconference dat
Andreas Breivik in Noorwegen weinig
slachtoffers had gemaakt voor iemand met
twee machinegeweren. Dat zou-ie zelf be
ter hebben gedaan. Dan zet ik meteen de
tv uit. Dat hoefik niet te zien."
Hans Teeuwen en Theo Maassen zijn ook niet
zachtzinnig.
„Hun humor is vaak ook pijnlijk, maar ze
richten hun pijlen wel op mensen die het
verdienen. Ik ben daar heel voorzichtig in.
Ik las pas iets over de spinazie-academie.
Zo noemden ze vroeger de huishoud
school. Dat vond ik wel grappig. Toen ik
het daar met mensen over had, zei iemand