Bèta-types met een beetje idealisme
werken 3
zaterdag 17 maart 2012
Wendy Wöston: „Je helpt toch de wereld een stukje te verbeteren. Dat geeft me een goed gevoel."
foto's Ruben Oreel
BAquatische ecotechnologie.
Probeer het maar eens snel
uit te spreken en je breekt
er je tong over. Het is ook
niet een studie waarvan je denkt:
'Zo ik ga eens lekker aquatische
ecotechnologie studeren.' „Als je
goed bent in wiskunde, dan ga je
wiskunde studeren. En vind je eco
nomie interessant dan ga je wel
licht economie studeren. Onze stu
denten zijn echter bewust op zoek
gegaan naar een studie. Ze hebben
rondgekeken en er goed over nage
dacht. Je moet de nodige research
doen om tegen onze opleiding op
te lopen. Dat betekent dat het wel
zeer gemotiveerde mensen zijn,
die weten wat ze willen", legt do
cent Michiel Michels van de HZ
uit.
Maar er is nog iets 'aan de hand'
met die aquatische ecotechnolo-
giestudenten. Het zijn namelijk
niet alleen bèta-types en groene
jongens en meiden, ze hebben alle
maal wel iets van idealisme in
zich, meent Michels. Want naast
water staan ook natuur en milieu
centraal tijdens deze opleiding. Af
gestudeerde studenten helpen de
wereld een stukje beter te maken.
Ze helpen bijvoorbeeld bij het her
stellen, beheren en ontwikkelen
van oppervlaktewateren, kusten
en oevers. Ze bedenken oplossin
gen voor een betere leefomgeving
voor waterdieren en -organismen.
Ze zijn betrokken bij de aanleg en
verbetering van kustverdediging
of natuurvriendelijke oevers. Of ze
zijn te vinden in de waterzuive
ringssector. „Ik ken zelfs een stu
dente die in de ontwikkelingshulp
wil gaan werken en wat wil doen
aan de slechte sanitatie en water
voorziening in ontwikkelingslan
den", zegt Michels.
De vierjarige opleiding biedt stu
denten een brede kennis. Ze krij
gen vakken op het gebied van bio
logie, chemie en de civiele tech
niek. Een van de vakken is bijvoor
beeld fluid dynamics, ofwel bereke
nen hoe snel water stroomt door
onder meer buizen met een be
paalde diameter. Je moet behalve
interesse in de natuur hebben, dus
ook technisch zijn. Het is een pitti
ge studie die in het eerste jaar heel
wat afvallers ziet. Maar de belo
ning is uiteindelijk groot. Je doet
niet alleen allerlei interessante on
derzoeken, je kunt je stage ook in
het buitenland lopen. Studenten
komen over de hele wereld te
recht. Van Nepal tot Australië en
van Antarctica tot Curasao. De
grootste beloning wacht echter
misschien wel helemaal op het
eind. Het diploma geeft namelijk
een grote garantie op een baan. „Je
ziet dat onze studenten binnen
een half jaar wel werk hebben ge
vonden. Een derde tot een kwart
van de studenten gaat na deze op
leiding nog verder studeren en
van de rest hebben veel studenten
al meteen een baan via hun stage",
zegt Michels. „Dat laatste zie je ei
genlijk steeds meer. Bedrijven we
ten wat ze in huis halen als ze een
oud-stagiair in dienst nemen. Bo
vendien bespaart het ze de kosten
van het uitzetten van een vacatu-
Wat levert het op en wat kost het?
Tijdens je studie doe je allerlei
boeiende onderzoeken. Die zijn
zeer praktijkgericht omdat bedrij
ven vragen of onderzoeksopdrach
ten neerleggen bij de HZ. Zulke on
derzoeken staan natuurlijk goed op
je CV.
Als je bent afgestudeerd mag je de
titel 'Bachelor of Water Manage
ment' of ingenieur gebruiken.
Je hebt keuze uit vele beroepen in
vele sectoren. Daarom is het moei
lijk een gericht startsalaris te ge
ven. Bij een ingenieursbureau kun
je in elk geval rekenen op zo'n
2400 euro.
Het collegegeld bedraagt 1713 eu
ro
J Verder ben je geld kwijt aan studie
materiaal (560 euro), excursies (50
euro) en de veldstudieweek (240
euro).
In het vierde jaar van de studie kie
zen de studenten uit een van de
richtingen groen, zilver of rood.
Groen staat voor beheer van na
tuur. Rood is het waterbeheer en
-zuivering. En zilver is de tak aqua-
cultuur. Die laatste branche is op
dit moment booming business.
„Het is de toekomst en in Zeeland
wordt er volop mee geëxperimen
teerd. Je hebt in Zeeland nog niet
veel banen, maar ook weinig con
currentie. Vandaar dat ik bij onder
zoeksinstituut NIOO in Yerseke de
helft van de mensen ken omdat
het oud-studenten van me zijn."
Behalve bij onderzoekinstituten
komen afgestudeerden ook terecht
bij ingenieursbureaus, de over
heid, natuur- en milieuorganisa
ties en drinkwatermaatschappijen,
maar ook in het onderwijs of de
industrie. Het beroepsperspectief
is ook voor de nabije toekomst
goed denkt Michels. Al loopt het
aantal vacatures bij de overheid
wel wat terug. „De overheid is
toch flink aan het bezuinigen. En
bij een fusie van waterschappen
zoals laatst in Zeeland zie je helaas
een vacaturestop."