io overheidsfalen
Door laks ingrijpen van de overheid kon het asbestmonster
veertig jaar te lang zijn gang gaan. Dat concludeert Bob Ruers,
dé asbestadvocaat van Nederland, in het proefschrift waarop
hij gisteren in Rotterdam is gepromoveerd.
vrijdag 16 maart 2012
Blind voor het asbest
door Anne Boer
illustratie Ronald Visser
Het lijkt het scena
rio van een span
nende thriller. In
ruim 500 pagina's
legt de Utrechtse
advocaat Bob
Ruers bloot hoe de asbestindustrie
de overheid in de macht hield.
Met als gevolg duizenden onnodi
ge doden.
De hele trucendoos ging open om
het imago van asbest - een vulka
nisch product - overeind te hou
den. Dat gebeurde onder meer via
persoonlijke contacten met minis
ters en arbeidsinspecteurs, beïn
vloeding van het politieke debat
en pr-firma's.
Zo kon het tot 1993 duren voordat
er in Nederland een algeheel ver
bod op toepassing van asbest
kwam. Al in 1898 werden voor het
eerst gezondheidsklachten door as
best vastgesteld in Duitsland en
Engeland. Vervolgens werd in de
jaren twintig bij asbestwerkers het
optreden van asbestose geconsta
teerd, een vorm van stoflong door
langdurige blootstelling aan asbest.
Pas in 1938 werden in Nederland
maatregelen voorgeschreven om
werknemers te beschermen tegen
stof bij werken met asbest, zoals
ventilatie en adembescherming-
smiddelen. In 1949 werd asbestose
ook in Nederland als beroepsziek
te erkend. Het internationale as-
bestkartel SAIAC hield nog steeds
vol dat het asbestrisico niet of nau
welijks bestond.
In 1951 schiep de Silicosewet de
mogelijkheid via de wet het ge
bruik van asbest te beperken.
Maar volgens de regering was het
risico van asbest 'nog niet geheel
doorvorst'.
Snel bleek dat asbestose in vrijwel
alle bedrijfstakken voorkwam. In
de jaren vijftig en zestig werden
nieuwe asbestgerelateerde aandoe
ningen vastgesteld: longkanker en
mesothelioom (long- en buikvlies-
kanker), waarvan de laatste alleen
door asbest wordt veroorzaakt.
Tegenover de onafhankelijke we
tenschappers die het kankerrisico
hadden aangetoond, bracht de Ne
derlandse asbestindustrie eigen
deskundigen en mantelorganisa
ties in stelling om de risico's te be
twisten. „Ze zaaiden twijfel op zo
wel medisch als technisch gebied."
Hoever de macht van de industrie
reikte, blijkt uit een voorlichtings
blad dat in 1971 is uitgegeven door
het ministerie van Sociale Zaken
en Volksgezondheid.
De inhoud werd, ontdekte Ruers,
grotendeels door de industrie ge
dicteerd. „De vervuiler betaalt dus
niet, maar bepaalt de wet."
Toen medische en technische argu
menten niet meer werkten, zette
de industrie met succes de argu
menten van het economisch be
lang en werkgelegenheid in om
het politieke debat te beïnvloeden.
Het beeld kantelt pas als het slacht
offer in beeld komt. Dat gebeurt
vanaf de jaren tachtig steeds meer.
Mensen van vlees en bloed laten
Nederland zien wat er met ze ge
beurt. Ze spannen rechtszaken
aan. Vorderen schadevergoeding.
Ruers: „De slachtoffers waren ge
wone mensen die altijd in goed
vertrouwen op hun werkgever had
den gehandeld en nu ineens bin
nen korte tijd een soort verstik
kingsdood stierven."
Slachtoffers organiseerden zich. Er
kwam steeds meer media-aan
dacht en ook de politiek kwam -
met de SP voorop - in actie.
De eerste civiele procedure van
een asbestslachtoffer (Janssen uit
Oosterhout) tegen zijn werkgever
Nefabas dateert uit 1984. Dat leid
de in 1990 tot een baanbrekend, ar
rest van de Hoge Raad dat de kans
op schadevergoeding wegens een
asbestziekte flink vergrootte. Het
ging niet langer om de kennis die
'De overheid heeft
onverantwoord lang
gewacht met ingrijpen'
Belangrijke lessen
Advocaat Bob Ruers trekt in zijn
proefschrift vier belangrijke lessen
over de in zijn ogen dramatische
aanpak van de asbesttragedie:
1. Regulering van de veiligheid van
burgers is een publieke taak en ver
eist een actieve en alerte overheid.
2. De ontdekking van het slachtof
fer bracht de regulering in een
stroomversnelling.
3. Wetenschappelijke contra-exper
tise tegenover informatie van de in
dustrie is onontbeerlijk.
4. Toegang tot het recht moet laag
drempelig zijn: financiering, toe
gang tot relevante bedrijfsgegevens
waarover de werkgever/producent
kan beschikken, zodat slachtoffers
meer bewijsmateriaal kunnen aan
dragen.
een bedrijf zei te hebben, maar
om de kennis die een bedrijf had
behóren te hebben.
Volgens de rechters stond vanaf be
gin jaren zestig onbetwistbaar vast
dat werkgevers bekend hadden
moeten zijn met het gevaar van as
best en beschermende maatrege
len hadden moeten nemen.
De overheid verbood uiteindelijk
in 1993 het gebruik van asbest. Dat
betekent echter niet het einde van
de gevolgen van de jarenlange
blootstelling aan het goedje. Van
wege de lange tijd die er zit tussen
blootstelling en ziekte bij mesothe
lioom, loopt het jaarlijks aantal
slachtoffers verder op.
En er zitten nog tonnen asbest ver
scholen in gebouwen. Asbest is
toegepast in meer dan driedui
zend producten waarvan asbestce-
ment de belangrijkste was.
Na het verbod wist de industrie
achter de schermen nog een slag
te winnen. Ze kreeg het, met hulp
van verzekeraars, voor elkaar de
Wet Verjaring Personenschade te
ontdoen van de voor slachtoffers
essentiële terugwerkende kracht.
Dat betekende voor ongeveer de
helft van de mesothelioomslachtof-
fers weinig of helemaal geen scha
devergoeding.
Ruers' conclusie is keihard: „De
overheid heeft onverantwoord
lang gewacht met ingrijpen. Het
polderen werd lange tijd gezien als
een essentieel onderdeel van het
succesvolle Nederlandse overleg
model. Maar polderen kan ook lei
den tot eindeloos beraadslagen
zonder dat iemand een beslissing
durft te nemen."
De slachtoffers en hun kritische
bondgenoten in de wetenschap,
de rechtshulpverlening en de poli
tiek voerden jaren een ongelijke
strijd. Ze stonden aanvankelijk al
leen, zonder kennis, zonder geld.
Pas tussen 1973 en 1983 wisten ze
de krachten te bundelen. De eer
ste vorm van georganiseerd verzet
kwam uit Twente, vanuit de toen
malige Technische Hogeschool. De
inzet was een stortplaats in Borne,
waar open en bloot asbest werd ge
dumpt. Wethouder Ensink noem
de de actie van de studenten toen
'kwajongenswerk en een vorm
van milieubederf.
Bob Ruers is al ruim twintig jaar
bij het asbestdrama betrokken, als
actievoerder, onderzoeker, me
de-oprichter en juridisch adviseur
van het Comité Asbestslachtoffers,
publicist, deelnemer aan interna
tionale congressen, lid van de
Raad van Toezicht van het Insti
tuut Asbestslachtoffers en als ge
meenteraadslid (Utrecht) en lid
van de Eerste Kamer voor de SP.