io vrouwendag Bij de honderdste Vrouwendag in Nederland een mooi bericht van het Centraal Bureau voor de Statistiek: er werken bijna een half miljoen meer Nederlandse vrouwen dan tien jaar geleden. Toch is het beeld vertekend. „Minder dan de helft van de vrouwen is economisch onafhankelijk. Dat is zorgelijk." donderdag 8 maart 2012 Weg uit het door Joost Bosman en Tanja Kits illustratie Studio Bliq Op papier ziet het er niet be roerd uit: 6o procent van de Nederlandse vrouwen heeft een baan, en zelfs 72 pro cent als je de kleine baan tjes van minder dan twaalf uur per week meetelt Toch wordt professor Esther-Mirjam Sent, hoogleraar economische theorie en economisch beleid aan de Rad boud Universiteit Nijmegen niet vrolijk van de cijfers. „Internationaal gezien, scoren we hoog op het gebied van deelname van vrou wen aan het arbeidsproces. Maar ook op de lijst van parttimers. Vrouwen hebben daar door een relatief klein inkomen, minder dan de helft van hen is economisch zelfstandig. En dat is zorgelijk", zegt Sent. Bovendien: vrouwen verdienen nog altijd maar 80 procent van wat mannen binnenhar- ken, Raden van Bestuur bestaan nog maar voor slechts 9 procent uit vrouwen en is in topmanagementfimcties hun aandeel niet ho ger dan 28 procent. Als. we zo doorgaan, stelt Sent, dan halen we de vereiste 30 procent in Raden van Commissarissen pas in 2039 en in Raden van bestuur in 2050. Ondernemer en schrijfster Marianne Zwager man vindt dat vrouwen veel aan zichzelf heb ben te wijten. De ex-directeur van de Tele graaf Media Groep, medeoprichter van Pow- Ned en eigenaar van een communicatiebu reau schreef eind vorig jaar een boek Een Web shop is geen carrière, ontsnap uit het mutsenpa radijs. Daarin neemt ze stelling tegen de alge hele 'mutsigheid' die volgens haar veel Neder landse vrouwen belet voltijds te werken en carrière te maken. Begrijp haar niet verkeerd: als een gezin het kan rooien met anderhalf of zelfs maar één in komen, is dat ook een verworvenheid van on ze welvaart, iets om trots op te zijn. „Maar te gelijk wordt er een norm gezet die niet klopt", zegt Zwagerman „Als vrouw doe je het al heel goed als je 2,5 dag per week werkt. Terwijl je hoog bent opgeleid en de maat schappij in jou heeft geïnvesteerd. Daar mag best iets tegenover staan." Bovendien, zo zegt Zwagerman, rijdt die 'mutsige' instelling veel seksegenoten die meer willen in de wielen. „Ambitieuzere vrouwen worden niet meer serieus gewor- Arbeidsdeelname van vrouwen Vorig jaar had ruim 60 procent van de vrouwen een baan van 12 uur per week of meer. In 2002 was dat 53 procent. De groei van de arbeidsdeelname van vrouwen kwam volledig door de toename van grote deeltijdbanen (20 tot 35 uur per week). Vorig jaar had bijna één op de drie vrouwen zo'n baan. Tien jaar eerder was dat nog een kwart. Aantal uren per week 70% '02 '03 '04 '05 '06 '07 '08 '09 '10 '11 infographic CRW bron CBS den. En dat vind ik zorgelijk." Volgens Zwagerman is de grote uitdaging voor vrouwen, dat ze zich eens niets meer aantrekken van hoe er op het schoolplein over hen wordt gedacht. „De meeste vrou wen met topbanen hebben veel kinderen, maar regelen dat gewoon goed. Ze brengen hun kinderen naar de opvang, zonder zich er druk over te maken wat andere moeders daar van vinden. Pas dan ruk je je los uit het 'mut senparadijs' en kun je je op je werk richten, in dan zul je zien: het leven wordt er alleen maar leuker op." Vrijwel gelijk met Zwagerman bracht publicis te Elma Drayer (onder meer Trouw en Vrij Nederland) vorig jaar haar boek uit, onder een al even veelzeggende titel Verwende prin sesjes, portret van de Nederlandse vrouw. Ook Drayer is weinig te spreken over de mentali teit van veel Nederlandse vrouwen. Volgens haar hebben veel van hen weliswaar de lusten van de emancipatie zich laten welge vallen (zoals goed onderwijs), maar verzaken ze de plichten die daarbij horen: jezelf kun nen bedruipen, zeker op momenten dat het misgaat en door echtscheiding of overlijden van de partner het inkomen grotendeels weg valt. „In die zin zijn Nederlandse vrouwen verwende prinsessen. Ze beschouwen veel dingen als een privilege en zien werken als een keuze. Onzin! Als je echt gelijkheid tus sen mannen en vrouwen wilt, dan moet het voor de man ook een keuze kunnen zijn." Drayer erkent dat in Scandinavische landen de overheid veel meer stimuleert dat vrou wen aan het werk gaan, onder meer door een goed geregelde kinderopvang. „Maar uit SCP- onderzoek blijkt, dat zelfs al zou de overheid de kinderopvang goed regelen, Nederlandse vrouwen nog niet meer willen werken." Professor Sent vindt het verwijt van verwend heid te gemakkelijk. „Het is begrijpelijk dat ze liever niet altijd fulltime willen werken. Kwa liteit wordt nog altijd door een seksebril beke ken, waardoor systematisch vrouwen lager worden gewaardeerd", stelt ze. Ze maakt de vergelijking met honden en katten: „Als kat kun je je proberen aan te passen tussen hon den, maar ben je niet jezelf Blijf je kat tussen de honden, dan zul je er nooit bijhoren. In die zin zitten vrouwen altijd klem in een mannenwereld." Dat is jammer, vindt Sent. „Want daardoor benut je de helft van het potentiële arbeidspo tentieel niet optimaal. Met de toenemende vergrijzing kunnen we ons dat niet verloorlo- ven. Ook blijkt dat gemengde teams beter presteren." De oplossing om vrouwen meer aan het werk te krijgen? Sent pleit voor een paarden middel: een quotumregeling. „Uit onderzoek blijkt, dat pas als er meer dan 35 procent vrou wen bij een bedrijf werken, ze niet meer als vrouw worden gezien maar als individu. Ken nelijk is zo'n quotum nodig om de kritische massa in het bedrijfsleven in beweging te krij gen. In Noorwegen bestaat zo'n regeling al en de bedrijven presteren er beter door." Quotumwetgeving zou wel gepaard moeten gaan met andere maatregelen, stelt Sent, zo als verruimde openingstijden van instellin gen, meer brede scholen en het bevorderen van flexibele werktijden en -plekken En van één gedachte moeten we af, zegt Sent: dat kinderopvang alleen maar een kostenpost is. „Deens onderzoek heeft aangetoond dat het geld dat in kinderopvang wordt gestoken een rendement van 43 procent heeft door het inkomen dat de vrouw verdient. Immers, ze kan door de kinderopvang na een bevalling weer sneller aan het werk." Naan\: Marieke Dekker Leeftijd: 36 Kinderen: 6 (in de leeftijd van 0 tot 18) Werk: 40 uur per week neuroloog „Het is soms zwaar, ja, dan loop ik op mijn tandvlees. Maar ik ben net klaar met mijn op leiding als specialist, ik kon niet minder wer ken. En dat wilde ik ook niet. Mijn moeder heeft ook altijd fulltime gewerkt. Dat arbeids ethos krijg je gewoon mee en dat geef je zelf ook weer door. Ik heb als kind niets gemist. We hebben oppas aan huis, mijn man werkt net als ik vier dagen. Dagen zijn in het zieken huis minstens 10 uur. Vandaar dat ik wel aan 40 uur zit. Misschien ga ik in de toekomst naar drie dagen, dat zou fijn zijn." „Voordat de kinderen er waren, werkte ik fullti me, maar toen de oudste werd geboren ging ik terug naar 24 uur, later werd dat 16 uur en nu zit ik weer op 20 uur. Het is wel druk ja. Vooral doordat mijn man veel in het buitenland zit, komt alles op mij neer. In mijn omgeving wer ken de meeste vrouwen, fifty-fifty. Nee, ik hoef me nooit tegenover hen te verantwoorden dat ik werk. Wel moet ik altijd verdedigen waarom mijn man in het buitenland zit en hij alles aan mij overlaat." Naam: Nicole van der Steen Leeftijd: 46 Kinderen: 3 zonen (18,17 en 12) Werk: 20 uur per week administratief mede werkster op een school

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 10