io scheepswrak en
Honderden scheeps
wrakken in Neder
landse wateren zijn
onderdeel van ons
cultureel erfgoed,
beseft Nederland
steeds meer. Maar
commerciële schat
zoekers liggen als
kapers op de kust
om waardevolle la
ding op te duiken.
zaterdag 25 februari 2012
Schatten met
door Dewi Gigengack
infographic Mark Reijnijens
Het is een apart
idee. Wie vanuit
het Texelse dorp
Oudeschild de
Waddenzee over
kijkt, ziet in eer
ste instantie alleen maar water.
Maar in dat water bevinden zich
tientallen scheepswrakken die
roerloos op de zeebodem liggen,
als stille getuigen van een ver verle
den. Zeventiende-eeuwse koop
vaarders die met hun handel op
weg waren naar de Oost. Oorlogs
schepen uit Duitsland, Frankrijk
en Zweden. Wrakken met daarin
wijnflessen, koffiebonen of graan.
Wie dat beseft, krijgt direct een an
der gevoel bij die plek.
In de Waddenzee en de Noordzee
liggen duizenden scheepswrak
ken. Wereldwijd liggen er zelfs
drie miljoen scheepswrakken op
de zeebodems, schat VN-cultuur-
organisatie Unesco. En er worden
nog steeds nieuwe wrakken ont
dekt Gezonken schepen zijn po
tentiële schatkamers, voor kennis
én in materiëel opzicht. Eerder de
ze maand meldde een Amerikaans
bedrijf van schatzoekers een Brits
schip te hebben gevonden voor de
kust van de Amerikaanse staat
Massachusetts. Het zou gaan om
de in de Tweede Wereldoorlog ge
zonken SS Port Nicholson, die een
voorraad platina ter waarde van
2,3 miljard euro vervoerde. Oor
logsschepen zijn eigendom van
een staat en de buit kan nog wor
den opgeëist.
De Nederlandse overheid heeft
eeuwenlang niet omgekeken naar
Nederlandse scheepswrakken. In
de jaren tachtig werd onderwater-
archeologie belangrijker. Maar
zelfs sindsdien konden commer
ciële bergers meer dan eens schat
ten uit Nederlandse schepen op
duiken, waarbij ze zelf het groot
ste deel van de opbrengst hielden.
Een aantal van die vondsten staat
tentoongesteld in Nederlandse mu
sea. Het historisch belang van die
wrakken is pas de laatste jaren
meer onder de aandacht gekomen.
Nu staat de Rijksdienst voor het
Cultureel Erfgoed (RCE) een grote
klus te wachten. De maritiem ar
cheologen van de dienst gaan alle
scheepswrakken in Nederlandse
wateren in kaart brengen. „Er is al
wel wat over bekend, zoals in
oude VOC-archieven, buitenland
se databases en oude zeekaarten",
zegt maritiem archeoloog van de
RCE Martijn Manders, „maar dat
moet allemaal worden gecombi
neerd en gedigitaliseerd. En het be-
'Scheepswrakken zeggen
veel over hoe we dachten
en handelden'
langrijkste: wat is de archeologi
sche waarde van die wrakken?
Welke wrakken kunnen prangen
de vragen beantwoorden over on
ze maritieme geschiedenis?"
Schepen zijn cruciaal geweest voor
de Nederlandse geschiedenis, bena
drukt Manders. „Het waren tech
nologische hoogstandjes. Zonder
schepen geen handel, geen oorlog.
Het was lange tijd de enige manier
om verre afstanden te overbrug
gen. Scheepswrakken zeggen veel
over hoe we dachten en handel
den. Maar we weten eigenlijk heel
weinig van de verhalen erachter."
Manders vindt het jammer dat er
commerciële 'kapers op de kust'
zijn die uit zijn op financieel ge
win. „Schatzoekers zien scheeps
wrakken als economische bron.
Wie het eerst de spullen kan op
duiken, heeft in hun ogen recht
op de opbrengst. Omdat hun drijf
veer het geld is, moeten ze alles zo
snel mogelijk bergen, want hoe
langer het duurt hoe duurder."
Een 'truc' is om de opbrengst van
de opgedoken potten, borden of
munten te verhogen door er een
historisch kader bij te schetsen.
„Dan is het niet zomaar een potje,
maar een potje met een verhaal.
Vaak is dat verhaal al bekend uit
historische bronnen en wordt er
minimaal archeologisch onder
zoek gedaan. Wetenschappers zo
als wij werken juist andersom: die
bestuderen objecten om nieuwe
inzichten en verhalen te krijgen."
Historische bronnen zoals geschre
ven verslagen en prenten kunnen
daarbij helpen, maar die zijn wel
subjectief „Zo had je vader en
zoon Van de Velde die in de zeven
tiende eeuw schilderijen maakten
van zeeslagen", vertelt Manders.
„Bij oorlog tussen de Engelsen en
de Nederlanders voeren ze uit in
hun boot en maakten ze vanaf het
water de mooiste, meest gedetail
leerde schetsen. Daar kon je veel
informatie uit halen. Maar altijd
waren het de Nederlandse sche
pen die de Engelse aan flarden
schoten. Totdat de Engelse koning
hun schilderkunsten begon te
waarderen en de Van de Veldes
vroeg voor hem te komen werken.
Sindsdien wonnen op het doek de
Engelsen altijd."
Maritiem archeologen van de RCE
zien scheepswrakken als cultureel
erfgoed, niet als economische
bron. „Cultureel erfgoed is heel
waardevol. Het zegt iets over onze
identiteit. Door objecten uit het
verleden kun je zaken in perspec
tief zien en krijg je een bredere
kijk op dingen."
Archeologen als Manders zouden
het liefst willen dat scheepswrak
ken op de zeebodems blijven lig
gen. Commerciële bergers, schat
zoekers dus, willen de 'buit' juist
naar boven halen. Manders: „Op
graven doen we alleen als het echt
niet anders kan. Bijvoorbeeld als
het wrak in de weg ligt bij infra-