Kamperen tussen reizenis Italië in Polen m De nevels in de straten hier zijn van zuivere kolendampdat is zeker Ver weg is het en dat zul je weten ook. De vogels, de geluiden, de bomen, de stranden: in Australië is alles anders. Ingrid Brouwer ging op kampeertocht van Sydney naar Cairns. Zaterdag 21 januari 2012 reizen@wegener.nl 1 024-3650360 Van de Zuid-Poolse plaats Nowy Targ had ik hele maal geen voorstelling. Ja, grauw dacht ik, en lelijk en koud en nog meet sombers. Zuid^Polen, paard en wagens kraken troosteloos door smalle, modderige stra ten. Kleumende landarbeidérs staari in lompen gehuld bij de vuren die hoog oplaaien in oude olievaten. Vroég in dé ochtend gaat de zelfgestookte wodka van methylalcohol van mond tot mond. Zoiets dus. Nou, dat valt in eerste instantie mee. Of tegen, het is maar net hoe. je gevoel voor romantiek is ontwikkeld. Hoe dan ook is er van mijn idee over stad en streek ryeinig terug te vinden. De mensen zien er wel een beetje apart Uit. Op het Poolse platteland dringen de modetrends duidelijk maar langzaam door. Mannen brengen stoer hun vetkuiven in model, vrouwen kijken trots vanonder een suikerspinkapsel de wereld in. Eind jaren zestig, zou ik zéggen. Gróót voor deel is wel dat de dames de naaldhakken niet schuwen, Hoe hoger, hoe charmanter. De huizen in Nowy Targ worden verwarmd met kolen. Dat gegeven bepaalt de sfeer. Rond de stad liggen centrale op slagplaatsen. De kolenboer is nog actief Ergens moeten hier nog kolenhokken onder de huizen te vinden zijn. 1 loe was liet ook alweer? Met de kolenkit naar beneden. De schuine bek aan de onderkant en scheppen maar. Ik ben net oud genoeg om me her geluid en de geur te herinneren. De nevels in de straten hier zijn van zuivere kolen damp, dat is zeker. Een zoete lucht uit lang vervlo gen, communistische tijden. Bruinkool, kameraad, mooier bestaat niet. We zullen het er een paar dagen mee moeten doen en het heeft ook wel zijn charme. Een zon gaat ner gens zo mooi onder als door de laaghangende slier ten vocht en kolenstook. Ik vrees voor de avondmaaltijd. Bij zo'n sfeer ver wacht ik een plattelandskeuken. Aardappelen en brokken draadjesvlees, met als garnering tot moes gekookte groenten. Veel restaurants zijn er niet. De meeste gelegenhe den sluiten al om 6 uur en wat open blijft, heeft zich toch meer gespecialiseerd in bier en wodka. Op het plein meldt een uithangbord het bestaan van een Italiaanse eetgelegen heid: Villa Toscana. Buiten is niet tc zien wat ons binnen te wachten staat, maar in een zee van onmogelijkheden grijpt men al snel de eerste de beste culinaire reddingsboei. 1 let Is cr nota bene gezellig. Hen nadeel is wel dat de Poolse eters massaal en met smaak zitten te roken. Voor, tijdens en na de maaltijd. De walmen verzamelen zich tegen het pla fond dat daardoor donkerbruin getint is. I Iet menu mag er zijn. Het lijkt Italië wel. En lekkere wijn is er ook. De sfeer klaart op. De zaak blijkt in handen van een echte Italiaan, Paolo. Hij spreekt nauwelijks Pools, maar i kookt als de beste. Tsjonge, wat zitten we hier ineens onver- wacht de vingers af te likken! De avond en het eten is een groot succes. Houd morgenavond maar al een tafel vrij. De volgende ochtend schijnt de zon aarzelend door de rook- i pluimen uit de schoorstenen. We hebben zin in koffie, maar waar moeten we zijn? We vragen ons af of er wel zo iets als lekkere Poolse koffie bestaat. Ah, daar loopt Paolo. Bongiorno, waar drinken we hier een lekker bakje? De kok i wijst naar een onopvallend zaakje waar nog net een koffie- I winkeltje in valt te ontdekken. Deja-vue beet het tamelijk on-Italiaans. Binnen staan twee Toscaanse dames achter blinkende espressomachines. De tent zit bomvol, maar de koffie wordt dan ook bereid alsof het leven ervan afhangt. Nog nooit dronk ik een lekkerder espresso macchiato. Het is een wonder. Voor de deur sta je in een Poolse koolmo noxidevergiftiging, zodra je binnen bent, schijnt de Toscaan- se zon. Ik zal het toeristen kantoor van Nowy Targ een ple zier doen en een bezoek aan het stadje van harte aanbeve len. Een betere reis naar Italië is er niet. Eindredactie: Marcha van Schijndel redactie.reizen@wegener.nl Vormgeving: Marietta de Boer Advertentieverkoop: Wegener Media Nationale Verkoop verkoop.dagbladen@wegener.nl rush turkeys rennen rond over campings en terrassen; een paar ibis sen hengelen met hun lange snavel etensresten uit de vuilnisbakken; een vogel die erg op een gewone duif lijkt, maakt een geluid als een j odelaar. We zijn aan de andere kant van de wereld en toch voelen we ons heel snel thuis in Australië. Zeker in Sydney, het begin van een drie we ken durende kampeerreis. Sydney is een geweldige stad: le vendig, modern en verrassend. Hoge wolkenkrabbers en architec tonische hoogstandjes van de 21e eeuw, afgewisseld met bakste nen gebouwen in Victoriaanse stijl, een overblijfsel van het kolo niale verleden. En natuurlijk dat prachtige Opera House. Zo'n 150 kilometer ten westen van de stad liggen de Blue Mountains, zo genoemd vanwege de blauwige gloed van de eucalyptusbomen. Daar is het attractiepark Scenic World, waar je een tocht met een kabelbaan kunt maken over een ra vijn, met uitzicht op The Three Sis ters, drie spitse bergtoppen naast elkaar. Je kunt er ook de steilste treinrit ter wereld afleggen. In een onwaarschijnlijke hoek suis je in een open treintje 415 meter naar beneden. Daar voert een korte wandeling over plankieren door het regenwoud naar het station van een kabelbaantje waarmee je - over de boomtoppen heen - weer naar boven wordt gevoerd. Als we richting kust rijden, naar het noordoosten, zien we de eer ste wilde kangoeroes. Ze zijn dood, aangereden door het ver keer. Een kangoeroe is in Australië net zo gewoon als een konijn in Nederland. Goed uitkijken dus tij dens het rijden. Want een kangoe roe is een stuk groter dan een ko nijn. Bij Brisbane ligt het zogeheten Hinterland, ruim 20 kilometer landinwaarts, waar je vanaf de heu vels soms een verrassend uitzicht op de Golden Coast hebt. Er is veel te zien, zoals de Glass House Mountains, voormalige vulkanen die sierlijk in de lucht steken. In Maleny kun je in Mary Cairncross Park een mini-jungletocht maken, een educatieve kennismaking met het regenwoud en zijn bewoners, zoals de brush turkey en de pade- melon, een wallabysoort die op zijn hurken tussen de bladeren rus tig zit te knabbelen. Eerder op onze tocht naar het noorden zijn we gestopt in het toe ristenstadje Byron Bay. Vanaf de vuurtoren heb je een schitterend uitzicht op de baai. Soms kun je hier dolfijnen en walvissen spot ten. Die grote zeezoogdieren krijg je zeker te zien in Hervey Bay tus sen juli en november. Dan zogen buitruggen hun pasgeboren kalve ren tot ze sterk genoeg zijn voor de tocht naar de ijzige wateren van de Zuidpool. Tijdens onze whalewatchingtour zagen we spe lende jongen, een groep manne tjes en een walvismoeder die haar jong voedde. Een ander niet te missen reisdoel vanaf Hervey Bay is Fraser Island, een flink eiland van louter zand, begroeid met dicht regenwoud. Verharde wegen zijn er niet; je wordt met jeeps en 4X4-bussen vervoerd naar attracties als Lake McKenzie - dat uit louter regenwa ter bestaat - en het cruiseschip Ma- heno dat sinds 1935 op het strand ligt. Met een beetje geluk zie je hier dingo's. Tijdens de rit over het strand zien we vlakbij de kust een haai zwem men. Het lijkt wel of op alle stran den in Australië gevaar dreigt. Vaak zie je bij de strandopgang bordjes met waarschuwingen: pas op voor krokodillen, pas op de box jellyfish, een kwal met lange tenta kels die dodelijk kan zijn. In het hoogseizoen wordt bij drukke stranden een net in zee gespan nen, dat engerds buitensluit. Maar daarbuiten onbekommerd de zee inspringen, is er dus niet bij. De eerste levende kangoeroes zien we als we de volgende ochtend naar de ferry naar Fraser Island rij den. Ze hupsen door een weiland, gewoon tussen de koeien. Later, als we op een stille camping staan, zien we ze bij de rand van het woud rustig grazen. Op weg naar Kuranda stoppen we bij een uitzichtpunt van de Kuran da Falls, een mooie waterval. Ku randa is een klein plaatsje.dat leeft van het toerisme. Er rijdt een in ere hersteld, oud mijnwerkerstrein tje naar de kust en er is een kabel baan. Het treintje vervoert ons in een ouderwets laag tempo door de bergen, langs de plaatsjes die ten tijde van de goldrush bloeiden. Na de treinrit voert de kabelbaan ons over 7,5 kilometer terug naar Kuranda, een paar meter boven de boomtoppen van het regenwoud. Als we gefascineerd naar beneden turen, zien we ineens boven in een boom een familie koala's. Hoewel Kuranda zelf niet veel voorstelt, is de camping een aanra der. Je kampeert midden in het tro pisch regenwoud en midden tus sen de wilde dieren. Zo zie je 's ochtend een wallaby voorbijko men en loopt een brush turkey rond je camper. Als je 's avonds in het donker nog even buiten zit, staat daar ineens onder je camping- tafeltje een grote, groene loopvo gel. Hij staart je met enorme ogen aan, voordat bij in een ongelooflijk snel tempo wegrent. Van de campingbaas krijgen we de tip naar Daintree Rainforest te gaan, zo'n 110 kilometer ten noor den van Cairns. In dat gehucht zijn een stuk of wat bedrijven die een krokodillensafari over de ri vier aanbieden. De boottocht is ze ker de moeite waard. Gids Gary weet precies waar de 'crocs' kun nen zitten en al snel ontmoeten we het eerste exemplaar, dat op een zandbank ligt te zonnen. Het beest ziet er vervaarlijk uit. Een andere krokodil komt uit de schaduw gewandeld en glijdt het water in. Even zwemt hij langszij, in een prachtige gestroomlijnde be weging, alleen zijn ogen en een stukje staartvin boven water, dan duikt hij onder. Verdwenen in het water. Cairns is het eindpunt van onze tocht. Slenterend langs de boule vard van dit toeristenstadje zie je schepen met snorkelaars en dui kers vertrekken, op weg naar het Great Barrier Reef Omdat het strand niet te gebruiken is (modde rig bij eb, krokodillenrisico, kwal- lengevaar) heeft Cairns pal achter de boulevard de Lagoon aange legd, een gratis zwembad in de vorm van een langgerekte drie hoek, omringd door sanitair, kleed ruimtes en horeca. Hier zoeken jong en oud de koelte van het wa ter op. Zwemmen met uitzicht op zee, midden in de stad, het blijft een bijzonder land. Reageren? redactie.reizen@wegener.nl Grote foto rechts: In Mary Cairncross Park wandel je door het regenwoud. Foto links: De stranden in Australië zijn prachtig, maar er loert ook gevaar: kijk uit voor haaien, kroko dillen en kwallen. foto's Ingrid Brouwer

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2012 | | pagina 64