9 spectrum
Zaterdag 14 januari 2012
hun wijn niet lekker zijn. Maar ik heb niet
de behoefte me te verdedigen. Als je echt
aan de drank wilt, is een B-merk wodka
wel zo goedkoop en effectief."
Hij heeft collega-wijnschrijvers die vertel
len hoe ze op hun tiende thuis al wijn aan
gelengd met water kregen. Als zijn ouders
al wijn dronken, dan was dat spotgoedko
pe Pinard uit literpakken. Zijn vader was
kerkredacteur bij Trouw, afkomstig uit een
gereformeerd Gelders dorp waar veldwach
ter en burgemeester de boel bestierden en
opa Klei schoolhoofd was. „Hij wist alles
over alle soorten dominees, maar zelf ge
loofde hij niet veel. Ik ben ook niet streng
in de leer opgevoed. Geen Wolkersachtige
achtergrond waar je je tegen moest afzet
ten. Ik was een braaf jongetje dat met lego
speelde. Al heb ik wel eens met rotjes mijn
Dinky Toys opgeblazen. Daar is mijn
vrouw nog altijd verbaasd over."
Zijn moeder, dochter van een Schiedamse
jeneverhandelaar, vond de wijn verkennin
gen van haar studerende oudste zoon wel
spannend. Als hij vertelde wat voor lek
kers hij weer had geproefd, mocht hij van
haar geld zes flessen kopen om op zondag
met z'n allen te drinken. „Iets simpels proe
ven uit Zuid-Frankrijk dat ik lekker vond,
en dan ontdekken: er is nog zo veel lekker-
ders. Namen herinner ik me niet, maar
geuren en smaken nog wel."
Klei bleef altijd in het ouderlijk
huis. „Ik mag zelf ook graag
grapjes maken over zielige,
scheef dichtgeknoopte vrijge
zellen die eeuwig bij hun moe
der blijven wonen. Ik ben een huismus,
krijg al heimwee als ik een koffer zie. Maar
het was niet helemaal uit braafheid, het
was ook praktisch."
Nkoiaas Klei
Geboren op 6 januari 1961
in Amsterdam, gehuwd.
Opleidingen:
Gymnasium, diploma 1979.
Rechtsgeschiedenis en Ro
meins recht, Vrije Universi
teit Amsterdam 1979-1988.
Schrijfwerk:
1994: Over de tong, anekdo
tes over het fenomeen wijn.
1996: (met Marieke Cobe-
lens) De man in zijn hemd,
over kleren voor heren (his
torie van het mannenpak).
1997: Onder de kurk (weg
wijs in wijn in korte stukjes).
1998: Achter het etiket.
2000-2012: Supermarktwijn
gids.
2001De lekkerste wijn van
elke druif: beste wijnen van de
Nederlandse wijnwinkels.
2005: Tot op de bodem, wijn-
encyclopedie, onlangs als
dwarsligger uitgebracht on
der de titel Dwars over wijn.
2007: Slavink Chardonnay,
recepten en ontnuchterend
advies (met Sylvia Witte-
man).
2008: Wijnagenda 2009.
2009: Van druif tot dronk,
ABC voor de wijnliefhebber.
2010 Een doos vol wijnkennis.
Columnist voor AD, Elsevier
en website By the Grape.
Zijn vrouw Marieke trok 23 jaar geleden
bij het gezin in en samen mantelzorgden
ze voor zijn ouders tot hun dood. Het be
gon ermee dat zijn vader zeer slechtziend
werd. „Hij kon blind tikken en ging tot het
laatst liefst nog op de fiets naar de krant,
wat iedereen doodeng vond. Maar hij zei:
'De omtrek van auto's zie ik nog.' Later
kreeg hij een aan Parkinson verwante
vorm van dementie. Maar het was een
schatje, hij overleed op zijn 84-ste verjaar
dag. Met mijn moeder was het lastiger. Zij
was depressief en in de war en dat werd
de laatste tien jaar heviger. Daar kwam
kanker bij. Daar word je ook niet vrolijk
van."
Maar hij kon thuis in de keuken zijn werk
doen. Zo speelde zijn hele leven zich af
binnen de paar honderd vierkante meter
tussen het toenmalige Diaconessenhuis in
de Van Eeghenstraat in Amsterdam waar
hij werd geboren en zijn monumentale be
nedenwoning in het Museumkwartier. De
originele details in de woning zijn behou
den dankzij zijn vader. En zoals ze kleren
nog altijd tweedehands kopen, scharrelden
Nicolaas Klei en zijn vrouw hun inrichting
in stijl bijeen op rommelmarkten en het
Waterlooplein. „In de jaren tachtig wilde
iedereen zijn huis strak en modern heb
ben. Wij wisten precies wanneer en waar
er spullen op straat werden gezet."
Dat doet hij dus echt 'voor de leuk', bena
drukt Klei. „Ik heb jasjes in rare kleuren.
De lol zit in de verrassing. Je ziet iets han
gen. Pas ik erin? Ja, jottem! Ik hoef er niet
per se onconventioneel uit te zien, al heb
ik wel eens een periode gehad dat ik van
die Engelse tweedjasjes droeg alsof ik op
het platteland woonde en in James Herriot
meespeelde. Ik doe nu net of ik straatarm
ben. Ik kan na een leuke opdracht best een
duur jasje kopen, maar ik vind het zonde."
Zo eet hij ook het liefst lekker thuis. Of als
hij dan met zijn vrouw bij wijze van vakan
tie op een korte stedentrip is: om de hoek
iets simpels. Hij houdt geen lijsten bij van
nog te bezoeken sterrenrestaurants. „Als je
voor de presentatie van een of andere wijn
met een lunch in een sterrenrestaurant
wordt uitgenodigd, denk ik altijd: het is
wel heel knap, maar vind ik het nou ook
echt lékker? Als je elke hap en slok moet
analyseren, krijg ik iets recalcitrants en bal
origs. Zo roep ik ook altijd dat het niet
duurder hoeft dan 10 euro. Als ik al meer
betaal voor wijn is dat 15 euro, 20 hooguit.
Want duur hoeft niet beter te zijn."
Hij woont niet boven een wijnkelder met
een stoffige voorraad dure flessen. Die kel
der heeft hij wel. Maar wat er ligt, is 'ge
woon drinkvoorraad'. „Het woord
bourgondiër klinkt cliché, als een oude me
neer die de godganse dag vreet en zuipt. In
zekere zin klopt het wel. Alleen ben ik een
bourgondiër met een huis-, tuin- en keu
kenvoorkeur. Laatst zei ik tegen een colle
ga dat ik niet zo van prikwijnen houdt.
'Maar daarbij zitten echte schoonheden',
riep hij. Klopt, maar die schoonheden van
hem kosten dan wel minstens 50 euro."
reageren?
spectrum@wegener.nl