spectrum 4 'L 1 1 Een kleine bezuiniging met grote gevolgen Herfstgasten Zaterdag 26 november 2011 SBHSBSSI De Canadese gans. Kolganzen. foto's Chiel Jacobusse I i ft 11 v fitf De nijlgans. Het winterse polderland ligt er verlaten bij, maar stil is het allerminst Je hoort overal pas serende ganzen en het gefluit van smienten in het buitengebied. Na jarenlang stringente bescherming lijkt met de komst van de nieuwe natuur wet een einde te komen aan de rust voor deze soorten. Als het aan staatssecretaris Bleker ligt mogen ze straks weer volop bejaagd worden. Vrijwel iedereen die zich bezighoudt met beheer van buitengebied weet dat er een ganzenprobleem is. Of ei genlijk een aantal ganzenproblemen. Er wordt onder scheid gemaakt tussen winterganzen en zomerganzen die elk hun eigen problematiek met zich meebrengen. Voor een deel gaat het om exact dezelfde soorten, maar de indeling draait om de vraag of de vogels in Neder land broeden of dat ze wegtrekken naar het noorden. Het probleem met winterganzen betreft eigenlijk al leen schade aan de landbouw. De ganzen doen zich te goed aan bijvoorbeeld wintergraan en graszaad en kun nen zo zorgen voor een fikse inkomstenderving voor de boer. Wettelijk is het al lange tijd geregeld dat een boer zoveel mogelijk moet ondernemen om ganzen- schade te vermijden. Het belangrijkste middel bestaat uit verjagen op de ene plaats en gedogen op de andere plaats, in zogenaamde opvanggebieden. In die opvang- gebieden wordt, voor zover het om agrarische grond gaat, de schade aan gewassen vergoed. Maar ook buiten de opvanggebieden betaalde de overheid, mits de boer voldoende gedaan had om de schade te vermijden, het overgrote deel van de landbouwschade. Die regeling is ingegeven door het feit dat Nederland voor overwinte rende ganzen van internationaal belang is. Nederland heeft zich via internationale verdragen verplicht om die verantwoordelijkheid te dragen. Het is logisch dat de overheid die verantwoordelijkheid op zich neemt en daar niet de individuele boer voor laat opdraaien. De be dragen die daarmee gemoeid zijn, zijn de laatste jaren nogal opgelopen omdat het aantal ganzen, mede dank zij verbeterde bescherming, toegenomen is. Maar be schouwd op de totale landbouwbegroting gaat het nog steeds om een flutbedragje. Zomerganzen geven veel meer problemen. Niet alleen is de schade aan gewassen in het groeiseizoen groter, maar onder de zomerganzen zitten ook soorten die schadelijk zijn voor andere vogels. De zomerganzen zijn van origine veelal afkomstig van dieren die uit ge vangenschap ontsnapt zijn. Het kan gaan om vogels uit watervogelcollecties, parkvogels, of gewoon ganzen van het boerenerf. Onder de zomerganzen schuilen en kele exotische soorten die concurrentie betekenen voor inheemse vogels. Zo is er de nijlgans, die erg onver draagzaam is tegenover bergeenden en die vaak ver drijft Van Canadesche ganzen zag ik het afgelopen voorjaar dat ze tijdens een territoriumgevecht een groot aantal net geboren kluutjes onder de voet liepen en daarmee een compleet slagveld achterlieten. Het hoeft geen betoog dat geen enkele natuurbeheerder blij is met dergelijke 'aanwinsten'. Er is de afgelopen jaren veel overleg gevoerd om uit de impasse te komen. Daarbij is een scala aan maatregelen ingezet, variërend van beperkt afschot tot eieren schud den en het doorvoeren van landschappelijke verande ringen. Afgelopen zomer leek het erop dat eindelijk een aanvaardbaar, evenwichtig akkoord was bereikt Totdat de nieuwe natuurwet in beeld kwam. Daarin worden de ganzen weer volop be jaagbaar en tegelijkertijd wordt de mogelijkheid voor schadevergoeding vrijwel opgeheven. Daarmee is het moeizaam bereikte even wicht verloren en moeten boeren, jagers en natuurbe heerders het verder onderling maar uitzoeken, al of niet via de rechter. De praktijk heeft in het verleden al lang bewezen dat dat niet werkt. Ik de laatste tijd in de achtertuin aan het werk. Niet zozeer om de tuin op te ruimen, maar de pergola en andere bouw sels zijn aan onderhoud toe. Het weer werkt mee, het is rustig, typisch herfstweer. Mistroostige periodes worden afgewisseld door heldere, zonnige dagen. Het opvallendst is dat er op saaie, grijze dagen weinig leven te bespeuren valt. Des te sterker valt het vrolijke gebeuren op zonovergoten da gen op. Vogels leveren daaraan een grote bijdrage. In de buurt zingt een roodborst zijn korte strofen die worden beantwoord door een rivaal uit enkele tuinen verderop. Het liedje heeft nog steeds iets weg van de uitbundige voorjaarszang maar over en kele weken zal het veranderen in het rikketikkende geluid wat typisch is voor onze populairste wintergast Kool-en pimpelme zen laten zich ook niet onbetuigd al zijn ze niet zo uitbundig als in het voorjaar maar daarentegen zijn ze op hun voedsel- strooptochten met meerdere soortgenoten gelijktijdig aanwe zig. Voor wie de hoge, fijne toontjes herkent en het beweeglijk zoeken naar voedsel van een groepje goudhaantjes observeert is het duidelijk dat de winter nadert De heggenmus lijkt soms het voorjaar in de bol te hebben gezien het uitbundige liedje wat hij vertolkt Merel, spreeuw, mus en niet te vergeten ons klein jantje, de winterkoning, laten zich horen. De laatste tot op het brutale afl Wie zou de vogels, die alle jaargetijden onze omgeving bevolken en verlevendigen, willen missen? mm#* - §j|pj Wg

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 120