Eerst bejubeld, maar daarna snel afgeserveerd W: Huilen werkt, geïrriteerd gedrag niet II 'Ik was al 62 toen ik aantrad. Met zo'n leeftijd neem je gezag mee' Els Borst, voormalig minister Volksgezondheid vrijdag 11 november 2011 foto Valerie Kuypers/ANP Ze maakten carrière in het veld, stapten over naar het kabinet om daar vervolgens het predicaat brekebeen opgespeld te krijgen. door Laurens Kok en Lianne Sleutjes antrouwen. Dat is wat Els Borst in 1994 aan trof bij haar aantreden op het ministerie van Volksgezond heid. „Die blikken in de ogen van ambtenaren, zo van: 'Dat vrouw tje, dat wordt natuurlijk helemaal niks'", blikt ze terug. Toch hield ze het acht jaar vol, de laatste vier jaar zelfs als vicepremier namens D66. Els Borst heeft op het eerste oog flink wat gemeen met Marlies Veldhuijzen van Zanten. Beiden werkten als arts. En alle twee maakten ze de overstap naar het kabinet zonder enige politieke er varing. Twee vrouwen uit het veld dus. Toch is er een groot verschil. Waar Borst ondanks de voortdu rende wachtlijstproblematiek acht jaar stevig op haar post bleef, is het maar de vraag of het Veldhuij zen van Zanten lukt haar eerste termijn vol te maken. Ze is zeker niet de eerste 'praktijkdeskundige' die het moeilijk heeft in de Haagse slangenkuil. Herman Heinsbroek en Jacqueline Cramer ondervon den aan den lijve dat een geslaag de carrière als ondernemer of we tenschapper niet per se een succes vol ministerschap inluidt. Voorma lig vakbondsvrouw Ella Vogelaar werd zelfs halverwege de kabinets periode gewisseld door PvdA-lei- der Wouter Bos. En het scheelde maar een haar of voormalig Justi tieminister Winnie Sorgdrager was eenzelfde lot beschoren. 'Meis je Sorgdrager', zoals de voormalig officier van justitie en procu reur-generaal smalend werd ge noemd, overleefde slechts ternau wernood haar ministerschap in Paars-I. Waarom wist Borst zich wel te handhaven? „Ik was natuurlijk al 62 toen ik aantrad. Met zo'n leef tijd neem je gezag mee. En je moet niet vergeten dat ik de tien jaar daarvoor een academisch zie kenhuis leidde en vicevoorzitter was van de Gezondheidsraad. Ik begreep en wist meer van Den Haag toen ik de overstap maakte dan mevrouw Veldhuijzen van Zanten. Die had in feite haar ste thoscoop nog in de hand toen Maxime Verhagen haar vroeg staatssecretaris te worden." Ook Ronald Plasterk besloot zijn be staan als gelauwerd wetenschap per in 2007 te verruilen voor het ministerschap van Onderwijs. „Het hielp dat ik als directeur van een instituut al leiding had gege ven aan 250 medewerkers", stelt hij. Maar veel belangrijker nog vindt Plasterk zijn politieke affini teit. Hoewel de PvdA'er in een ver verleden slechts twee jaar gemeen teraadslid was, schreef hij wel mee aan het verkiezingsprogramma van zijn partij. „Je hebt als minis ter wel de 'macht', maar dat moet je nooit laten blijken, zeker niet in de Kamer. Dat is moeilijk, want overal waar je komt wordt de rode loper voor je uitgelegd, behalve in het parlement. De Tweede Kamer is jouw baas. Wie dat niet beseft, krijgt het moeilijk." Borst is het daarmee eens. Of.iemand nu uit het veld komt of niet, doet er in de Kamer uiteindelijk niet toe. Op compassie hoef je niet te rekenen. „Anders had je maar 'nee' tegen het baantje moeten zeggen." Winnie Sorgdrager Elske ter Veld Karin Adelmund Jan Peter Balkenende Jacqueline Cramer door Joost Sijtsma Politiek is emotie, wordt wel beweerd, omdat politi ci een passie hebben, maar in de praktijk blijkt dat vaak niet tijdens debatten in de Tweede Kamer. In het Britse Lager huis is dat wel anders, waar het ge roep van de oppositie regelmatig de speechende premier overstemt. Daarbij vergeleken zijn de opmer kingen van SP-fractievoorzitter Jan Marijnissen ('even dimmen' te gen plaatsvervangend Kamervoor zitter Frans Weisglas en 'flapdrol' tegen minister Bert Koenders van Ontwikkelingssamenwerking) nog al slapjes, maar toch opwindend genoeg om in de Nederlandse pol der rumoer te veroorzaken. Staatssecretaris Marlies Veldhuij zen van Zanten wekt ook opschud ding met haar gedrag. Zij toont haar emotie als zij geïrriteerd haar hand voor de mond van Pauline Smeets, voorzitster van de Kamer commissie Volksgezondheid, houdt. En is vervolgens het ge sprek van de dag. Net zoals staatssecretaris Elske ter Veld die in 1993 huilend een pers conferentie over haar aftreden ver liet toen haar vriendin Jeltje van Nieuwenhoven binnenkwam. Zes jaar later barstte staatssecreta ris Karin Adelmund - in 2005 op 56-jarige leeftijd overleden - in hui len uit tijdens een Kamerdebat waarin volgens haar de positieve kanten van allochtonenonderwijs te weinig werden genoemd. Ex-Minister Hanja Maij-Weggen (Verkeer) werd in 1999 tijdens de verhoren over de Bijlmerramp door emoties overmand en minis ter Karla Peijs (Verkeer en Water staat) overkwam hetzelfde in 2005 tijdens een Kamerdebat over onbe waakte spoorwegovergangen. Niet direct een onderwerp om in hui len uit te barsten, maar Peijs had net een brief gekregen van een moeder wier kind onder een trein was gekomen bij een spoorweg overgang. Niet alleen vrouwelijke politici to nen hun emoties. Minister Jan Pronk (Ontwikkelingssamenwer king) schoot vol tijdens een verga dering van een Kamercommissie over zijn bezoek aan het door oor logsgeweld en hongersnood geteis terde Somalië. „Het is zo erg", sta melde hij, en vroeg om een glaasje water. En dat politiek emotie is toonde ook toenmalig CDA-fractievoorzit- ter Maxime Verhagen tijdens het congres van zijn partij in oktober vorig jaar, waar de samenwerking met de PW werd besproken. „Ik houd van onze partij en ik geloof in onze partij", riep hij uit met tra nen in zijn ogen. Huilende politici kunnen over het algemeen op sympathie rekenen omdat ze een oprechte betrokken heid tonen. Irritatie - zoals bij Veldhuijzen van Zanten - is een emotie die eerder hoon en erger nis oproept. Ook werd de toenma lige premier Jan Peter Balkenende bespot na zijn emotioneel plei dooi in de TWeede Kamer voor een VOC-mentaliteit: „Toch?" Met emotie kan een politicus zich zelf dus ook wegzetten als een - nou ja, flapdrol. Nadat Marijnissen de achter het spreekgestoelte staan de minister Koenders flapdrol had genoemd, keek de onthutste en verontwaardigde minister als een gepest jongetje hulpeloos naar Ka mervoorzitter Gerdi Verbeet en na dat hij geen gehoor bij haar vond beende Koenders vèrontwaardigd naar Marijnissen in de Kamerbank jes. Waarna de SP-leider hem met een wegwuifgebaar de Kamer uit- dirigeerde. De opmerking van Marijnissen be schadigde Koenders niet, maar wel zijn emotionele reactie daarop.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 11