reizen4 B Langlaufen reizen@wegener.nl 024-3650360 Zaterdag 29 oktober 2011 Na verloop van tijd viel aan de wintersport niet te ontkomen. Ervaren collega's stellen een verblijf in een sneeuwrijk gebied in het vooruitzicht en dus ga je mee. Wat mij betreft met frisse tegenzin. Zij kunnen namelijk allemaal skiën als de besten en ik ben een onbe schreven blad. Dat is geen fijne uitgangspositie. Maar goed, je hebt 'ja' gezegd er dat zul je weten ook. Omdat ik nog nooit op ski's gestaan heb en ook wel bang ben iets te bre ken, bedenk ik een list. Ik kies voor langlaufen. Omstandig leg ik uit dat dit verreweg het beste is voor de conditie, maar daar trapt men niet in. Mijn langlaufonderneming komt me te.staan op een vrijwel onverholen minachting van mijn reisgenoten. Een vage collega laat geen moment onbenut om mij en mijn eenvoudige outfit te bespotten. Zelf zie ik natuurlijk ook wel dat ik een buitenbeentje ben. Wanneer het hele team na het ontbijt vertrekt, blijf ik al leen achter. Zij gaan de berg op, ik blijf in het dal. In Sankt Anton zijn een paar langlaufloipes uitgezet. Een soort tramrails in de verse sneeuw. Daar kan men op de lan ge latten doorheen schuiven. Ik kies in eerste instantie voor het traject van 20 kilometer. Dat is een behoorlijke afstand voor de ongetrainde langlaufer. In mijn eentje ploeter ik voort. Met steeds grotere tegenzin. Omdat de lauglaufloipe in het dal ligt, verdwijnt de zon al snel. Het wordt koud. Dit bevalt mij helemaal niet. Na 10 kilometer houd ik het voor gezien. Met de onhandig lange latten schuifel ik door de rulle sneeuw naar een bushalte en ben ver voor de après ski terug in Sankt Johann. Na ver loop van tijd verschijnen de uitgelaten collega's, die maar niet ophouden met hun praatjes over adembenemende afdalingen. Naar mijn langlauf- avonturen wordt niet geïnformeerd. De volgende dag verdwijnt het skivolk opnieuw rap na het ont bijt richting felbegeerde pistes. Ik meld dat er voor mij ook weer een mooie tocht wacht. Wat nie mand weet, is dat ik heel andere plannen heb. Ik kies een berg waar zij niet zullen komen en ver dwijn op een rustig moment naar boven. Midden op de dag lig ik in een comfortabele strandstoel in de zon. Op de pistes om mij heen glijden kleurig geklede wintersportbeoefenaars als levende zuur tjes af en aan. Het is genieten. Niet alleen vanwege de glühwein die onder handbereik is, maar ook omdat voortdurend mensen tegen elkaar opbot- sen. Dit leidt niet zelden tot een handgemeen of op z'n minst een scheldpartij. Na een paar uur vertrek ik richting Edelweiss-appartement om op het balkon een beetje na te sudderen in de alpenzon. Van langlaufen komt niets meer. Ik heb mijn ideale wintersportvakantie gevonden. De schamperende collega heeft elke dag wel een paar denigre rende opmerkingen, maar het deert mij niet meer. Ik word alleen maar bruiner en bruiner. Wel houd ik de schijn op dat ook mijn dagen gevuld zijn met het beoefenen van een wintersport, al is die dan niet zo stoer als de hunne. Op de vijfde dag lig ik weer eens te luieren op het brede bal kon. Het is bloedheet. Met ontbloot bovenlijf geniet ik alsof het de Canarische Eilanden zijn. Wat is wintersport toch fijn. Het duurt even voor ik in de gaten krijg dat de colle ga's vandaag veel eerder terug zijn dan normaal. Betrapt trek ik snel m'n fleecejack aan. Maar niemand heeft aan dacht voor mijn overduidelijke bedrog. In het kielzog van de groep is een auto met blauwe zwaailichten gearriveerd. Bedrukt wordt mij medegedeeld dat iets is misgegaan. Mijn vage collega heeft een bochtje te weinig genomen. Buiten de piste lelijk gevallen. Been op twee plaatsen gebroken. Met de banaan van de berg gehaald. Wanneer ik in de ambulance kijk, zie ik zijn van pijn ver trokken gezicht. Beleefd informeer ik naar de toedracht van het ongeluk. Dit komt mij weer te staan op diverse steken onder water. Een langlaufer zal hem in elk geval nooit kun nen begrijpen. Een nieuwe pijnscheut snoert hem de mond. Tevreden zie ik de ambulance verdwijnen, op weg naar de eerste gipsvlucht van het jaar. Ik zoek mijn balkon maar weer eens op en overdenk de zin van het leven. Mijn eerste wintersport is meteen ook mijn laatste. Skiën is mij te gevaarlijk, langlaufen niet stoer genoeg. En de zon? Ach, die schijnt in het Caraïbisch gebied gelukkig ook volop. Eindredactie: Johan Bosveld redactie.reizen@wegener.nl Vormgeving: Erna van Eerdewijk Advertentieverkoop: Wegener Media Nationale Verkoop verkoop.dagbladen@wegener.nl U-' fjWiètitgtg fUlSt! -

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 82