Van vijand naar vriend, en
IO
Het einde van een lange
en pijnlijke periode.'
'iHet is nu tijd om de Ons werk is nog
slachtoffers te herdenken.' niet gedaan.'
Hij werd geboren in de woestijn als kind van bedoeïenen en
stierfin de woestijn op de vlucht voor zijn volk. Eens was hij
de belichaming van het bravoure van bevrijde derdewereldlan
den, maar later stond hij te raaskallen bij de Verenigde Naties.
vrijdag 21 oktober 2011
President Barack Obama
Britse premier David Cameron
Nabestaanden van de Lockerbie-aanslag
Gekleed in een
zwierig bruin be
doeïenengewaad
en met een zwar
te baret op ging
'de koning der ko
ningen van Afrika' twee jaar gele
den bij de Verenigde Naties in
New York tekeer tegen alles wat
mooi en lelijk is. Het was de eerste
en enige keer dat Muammar Kad-
dafi de Algemene Vergadering toe
sprak. Hij raaskalde over zijn jet
lag, de varkenspest en de moord
op John F. Kennedy en zei dat de
VN naar Libië zouden moeten ver
huizen, het land dat hij al veertig
jaar met ijzeren vuist regeerde.
Terwijl de zaal gedeeltelijk leeg
liep, brieste Kaddafi dat de naam
van de Veiligheidsraad in 'Terreur-
raad' veranderd zou moeten wor
den en verscheurde hij een exem
plaar van het VN-handvest. De bi
zarre, 96 minuten durende tirade
kan met terugwerkende kracht
worden gezien als de apotheose
van Kaddafi's optreden op het in
ternationale toneel.
Wellicht meer dan welke van de
autocratische leiders uit zijn regio
dan ook was Kaddafi een man van
tegenstellingen. Hij steunde het
terrorisme en veroordeelde de aan
slagen van 11 september 2001 in de
Verenigde Staten. Hij was een wre
de dictator en stuurde een bulldo
zer op een gevangenis af om poli
tieke gevangenen te bevrijden. Hij
was een Arabische nationalist en
beschimpte de Arabische Liga.
Hij zei dat de macht toebehoorde
aan het volk, maar zijn volk keer
de zich tegen hem.
Hij leidde een tumultueus leven,
waarin zijn greep op de macht en
de vijandigheid van het Westen
Kaddafi in 1977 (boven) en 2009
(rechts).
foto AP en Sabri Elmhedw/EPA
twee constante factoren vormden.
Dat hij het zolang heeft uitgehou
den is vooral te danken aan de olie
rijkdom van zijn land en zijn lef
om zo nodig drastisch van koers te
veranderen.
Een van zijn meest spectaculaire
ommezwaaien maakte hij in 2003.
Na dit jaren te hebben ontkend,
gaf Libië toe verantwoordelijk te
zijn voor de aanslag die in 1988 bo
ven het Schotse Lockerbie werd ge
pleegd op een passagierstoestel
van de Amerikaanse luchtvaart
maatschappij PanAm, waarbij 270
doden vielen. Een paar maanden
later meldde het land dat het al
zijn massavernietigingswapens
zou vernietigen.
De beloning liet niet lang op zich
wachten. Binnen enkele maanden
hieven de VS de economische
sancties tegen het land op en her
vatte men de diplomatieke betrek
kingen. De Europese Unie ontving
Kaddafi als gast in Brussel en de
toenmalige Britse premier Tony
Blair zocht hem op in Tripoli.
Maar als de bevolking in februari
van dit jaar, net als eerder was ge
beurd in Tunesië en Egypte, de
straat opgaat om te demonstreren
tegen het dictatoriale regime,
grijpt Kaddafi hard in.
Hij werd in 1942 geboren in de Li
bische woestijn als kind van be
doeïenen. Zijn vader heeft ooit ge
vangen gezeten wegens zijn verzet
tegen de Italiaanse koloniale over
heersers. De jonge Kaddafi wordt
van de middelbare school ge
stuurd, omdat hij een demonstra
tie heeft aangevoerd. In het leger
wordt hij gestraft wegens het op
zetten van revolutionaire cellen.
In 1969 geeft hij als kapitein van
nog maar net 27 jaar leiding aan
een geweldloze staatsgreep, die
een eind maakt aan de monarchie.
Al snel is Kaddafi, een knappe, flit
sende verschijning, de onbetwiste
leider van zijn land. Hij belichaam
de de bravoure die de net van hun
koloniale overheersers bevrijde
derdewereldlanden tegenover het
Westen tonen.
Zijn optreden laat zich al direct
omschrijven als doortastend. 'Hij
zet zo'n twintigduizend Italianen,
de voormalige koloniale machtheb
bers, het land uit, nationaliseert be
drijven, sluit Amerikaanse en Brit
se luchtmachtbases en roept een
Volksrevolutie' uit. Libië is
voortaan een 'jamahiriya', ofwel
een republiek van de massa.
Een grondwet kent deze volksrepu
bliek niet. Als leidraad voor het
landsbestuur geldt het Groene
Boek, waarin Kaddafi zijn politie
ke filosofie uiteenzet. Toen hij aan
de macht kwam, gaf Kaddafi zich
zelf de kolonelstitel, plus de titel
'Broeder Leider'.
„Hij wilde een ideale staat creë
ren", zegt Saad Djebbar, als
Noord-Affikadeskundige verbon
den aan de Universiteit van Cam
bridge. Uiteindelijk werd Libië vol
gens hem een land dat in geen en
kel opzicht op een normale staat
leek.
Kaddafi schiep er genoegen in te
zeggen wat andere leiders mis
schien wel dachten, maar niet uit
spraken. Met enige regelmaat haal
de hij flink uit naar de Arabische
Liga, bijvoorbeeld omdat die er
niet in slaagde iets te doen aan het
Israëlisch-Palestijnse conflict en de
oorlog in Irak. Hij las anderen
graag de les, maar duldde zelf geen
tegenspraak. Oppositie was in Li
bië niet toegestaan.
Kaddafi moet worden nagegeven
dat hij olieopbrengsten gebruikte
om scholen, ziekenhuizen en hui
zen te bouwen en irrigatiesyste
men aan te leggen. „Hij zorgde er
echt voor dat Libië van een van de
meest achtergebleven en armste
landen van Afrika uitgroeide tot
een rijke oliestaat met een uitge
breide infrastructuur en een land
waar de bevolking redelijk gebruik
kon maken van de belangrijkste
diensten", zegt George Joffe van
de Universiteit van Cambridge.
Maar hoewel Libië voor de op
stand bijna 1,6 miljoen vaten ruwe
olie per dag produceerde, leeft nog
altijd een derde van de zes miljoen
inwoners in armoede.
Kaddafi liet delen van het land, zo
als de hoofdstad Tripoli, bloeien,
maar liet andere delen wegkwij
nen. Dat laatste geldt met name
voor het oosten, waar de opstand
begon.
In de jaren zeventig en tachtig
steunde Kaddafi organisaties die
door het Westen als terreurgroe
pen werden beschouwd, variërend
van het Iers Republikeins Leger
tot radicale Palestijnse groepen en
militante groepen in de Filipijnen.
Een incident dat zich in 1984 voor
deed bij de Libische ambassade in
Londen versterkte het beeld dat
Kaddafi's regime zich niets van de
wet aantrok. Een Britse politie
agente kwam om het leven toen
vanuit de ambassade op demon
strerende tegenstanders van Kadd
afi werd geschoten.
Ook tussen Kaddafi en de Ameri
kaanse president Ronald Reagan
liepen de gemoederen steeds ho
ger op. Libië werd verantwoorde
lijk gehouden voor een aanslag die
in 1986 werd gepleegd op een Ber-
lijnse discotheek waar veel Ameri
kaanse militairen kwamen en
waarbij drie doden waren geval
len. De VS sloegen terug met bom
bardementen op Libië.
In 1988 plaatste een Libische agent
de bom die boven Lockerbie ont
plofte in een toestel van PanAm.
Het jaar daarop pleegde Libië bo
ven Niger een aanslag op een
Frans vliegtuig met 170 doden als
gevolg. Het Westen was woedend
en stelde sancties in tegen Libië,
die jaren werden gehandhaafd.
Dat hij zich met het terrorisme in
liet is volgens Joffe Kaddafi's groot
ste vergissing geweest. Door de
aanslagen op de vliegtuigen kwam
Libië in een isolement te verkeren
dat voor aanzienlijke economische
schade zorgde, zegt Joffe.
In diezelfde jaren stortte Kaddafi
zich in een aantal militaire avontu
ren in Afrika. In de jaren tachtig
viel Libië een aantal keer Tsjaad
GEVLUCHT
GEVLUCHT
GEVLUCHT
GEDOOD
GEDOOD
GEVLUCHT
GEVLUCHT
GEDOOD
Saifal-lslam
(1972)
Vaak genoemd als
opvolger. Is gisteren
opgepakt en zou
gedood zijn.
Muammar Kaddafi (1942)
Tot voor kort langst zittende leider in
Afrika en Arabische wereld.
Was 42 jaar aan de macht.
Saadi Aisha
(1973) (1975 of 1976)
Oud-profvoetballer, Advocaat, maakte
leidt Libische voet- deel uit van verde-
balbond. Zou digingsteam van
naar Niger zijn Saddam Hussein,
gevlucht. Gevlucht naar
Algerije.
Hannibal
(1976)
Arrestatie in
Genève voor
geweld in 2008
leidde tot conflict
met Zwitserland.
Gevlucht naar
Algerije.
Safia
Tweede vrouw
van Kaddafi en
moeder van zijn
zeven kinderen.
Gevlucht naar
Algerije.
Mohammad
(1971)
Oudste zoon is
hoofd van Libisch
Olympisch Comité.
Gevlucht naar
Algerije.
Mutassim
(1977)
Oud-officier in
leger Libië, nu
nationale veilig
heidsadviseur.
Gedood op
20 oktober tijdens
slag om Sirte.
Saifal-Arab
(1982)
Van wapensmokk
beschuldigd in
2008. Aanklacht
later ingetrokken.
Gedood bij NAV4
bombardement
op 30 april 2011.