4l o morafl Campveerte Tcnrwi dinsdag 18 oktober 2011 Een stevige bries stuwt het water van het Veerse Meer tegen de kade. Op het land draaien afgewaaide blaadjes ritselend boven de kinderkopjes om zich f later in een hoekje op te hopen. Windvlagen proberen vat te krijgen op de raamluiken van de monumentale panden. Maar de vele bezoekers aan het stadje Veere deert het niet. Zomer ofwinter, het idyllische plaatsje is favo- I riet. Ze snuiven frisse lucht op, wandelen wat f door de nauwe straatjes en laten zich culinair vergasten. In Auberge de Campveerse Tören l bijvoorbeeld. foto's Lex de Meester Dirk jan Koets (1895-1956) Alle schilderijen in De Campveerse Toren dragen een verhaal met zich mee. In de gelagkamer hangt een portret van Hendrina's vader, Henk van Cranenburgh. Hendrina kreeg het van hem toen ze dertig werd. Toen ze de zaak overnam, hing ze het op een prominente plek boven de deur. Het is een werk van de kunstschilder Dirk Jan Koets die ruim 35 jaar in Veere woonde en werkte. Hij maakte portretten en stillevens en schilderde de Veerse vissers met hun hoogaar zen. Vanwege zijn kleurrijke werk noemden de Veerenaren hem soms liefkozend 'de Veerse Van Gogh'. Naast schilderen bedacht en constru eerde Koets allerlei voortstuwings- en bewegingsmethodieken. Hij kreeg zelfs patent op de Koetspropeller, een voortstuwingssysteem voor de scheepvaart. Dat zijn idee geen suc cesvol vervolg kreeg, bracht hem danig in de war. Volgens Hendrina gaat het verhaal als volgt: „Koets z'n vrouw hield het niet meer bij hem uit Toen ze ervandoor ging, raakte hij zijn pen selen niet meer aan. Mijn vader was het daar niet mee eens en wilde Koets weer aan het schilderen krijgen. Hij - vroeg de schilder een portret van hem te maken. Na enig aandringen stemde Koets in. In ruil voor een portret zou hij elke dag een maaltijd van mijn vader krijgen. Toen het schilderij klaar was, bekeek mijn vader het en vond dat het nog niet af was. Koets was niet van plan er nog iets aan te doen, dus het portret verdween naar de kolder. Toch kreeg Koets volgens afspraak da gelijks een maaltijd in de Campveerse Toren. Toen hij op een dag niet k wam Opdagen, lag hij dood in zijn huisje." Maar ook het zicht op de antieke schouw of het buffet, dat voor de helft wordt ingenomen door een romantisch boeket, is een genoegen. „Mijn zus Trijntje zorgt voor de bloemen", zegt Hendrina van Cranenburgh als ze waar derende blikken opvangt. „Meestal kiest ze voor een boeket met bloemen van 't seizoen." Hendrina runt sinds 1999 De Campveerse Toren en wordt daarin bijgestaan door Trijn tje. Ook haar moeder is nog dagelijks in het restaurant te vinden. Die doet de hotelwas en poetst het zilver. Hendrina, van huis uit kok, nam de zaak over van haar vader Henk van Cranenburgh die in 1947 in Veere neerstreek. Ze koestert de sfeer die hij hier achterliet. Op de trappen en in de gangen, overal heeft Hen drina een verhaal. Want al meer dan vijfhon derd jaar biedt de Middeleeuwse toren gasten onderdak en voedsel. Het is misschien wel de oudste herberg van Nederland. De toren stamt al uit 1300. Als Veere stads rechten krijgt is het bouwwerk onderdeel van een verdedigingslinie. In de wijnkelder wijst Hendrina op een restant uit die oude tijd. Een pekgat. Tegenwoordig bewaart de restaurant eigenaar in deze nis een wijn die haar vader aanschafte in 1947. Het restant van die partij ligt naast flessen Madeira uit 1872. Aan het zware balkenplafond van het restau rant hangen koperen kroonluchters met echte kaarsen. Gasten ontbijten hier bij kaarslicht, met klassieke muziek en natuurlijk versge- perste jus d'orange. Of ze genieten bij het diner van een aan tafel gefileerde tong. Wijn wordt geserveerd in kristallen glazen en eten doe je hier met zwaar, zilveren bestek. En dat alles te midden van een verzameling prachtige schil derijen. Werken van Charley Toorop, Vaarzon Morel, en de Veerenaar Dirk Jan Koets. Veelal kunstenaars die zich voelden aangetrokken tot het Zeeuwse licht en de gastvrijheid van de Van Cranenburghs. Sommigen lieten zelfs in ruil voor die gastvrijheid een schilderij achter. Ook de servieskast met blauwwit aardewerk van de Porceleyne Fles behoort tot de erfenis. „Alles wat je hier ziet heeft een verhaal", zegt Hendrina. „Maar de tafels en stoelen zijn nieuw. Dat was hard nodig, want mensen klaagden erover. Twee jaar geleden heb ik ze van de een op de andere dag omgewisseld. Gasten die 's avonds aan het diner op de oude stoeltjes zaten, kregen 's morgens het ontbijt geserveerd in een totaal andere inrichting. Het zitcomfort is sterk verbeterd. Heel belangrijk, wantje zit hier soms wel twee uur aan tafel." Een groepje koffiedrinkers is neergestreken in de aangrenzende herenkamer. Daarom bezoe ken we eerst de torenkamer. Deze ruimte heeft dezelfde sfeer als het restaurant en is geschikt voor vergaderingen. De eikenhouten trap is een aantal jaren geleden deskundig geres taureerd. De treden waren uitgesleten en het Achter de zware voordeur van Auberge de Campveerse Toren schuilt een schatkamer vol verhalen. Om die te ontdekken moet je eerst de uitgesleten, natuurstenen traptre den beklimmen en een plaatsje zoeken in de gelagkamer. De toren is half uitgebouwd in het water van het Veerse Meer. Het liefst zit je dus in een nis vanwaar je uitkijkt over het water.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 60