De ontwerper als probleemoplosser Tweehonderd zielen in een Luxemburgs dorp wonen32 SS Lampion U W werper is een probleemoplosser die echt iets moet toevoegen aan de wereld. Mooie meubels zijn er al genoeg", aldus Antonio Citterio. De Italiaanse ontwerper is klein van stuk, maar groot van naam. Tijdens zijn lezing voor een grote groep studenten van de Design Academy in Eindhoven vallen de woorden 'problem solver' en 'solu- Een krukje van karton wonen@wegener Zaterdag 8 oktober 2011 Veel lezers hebben hem vast wel eens op hun bord gehad: de vrucht van Physalis peruviana. Ananas- kers wordt hij meestal genoemd, hoewel je ook namen als Kaapse kruisbes en Golden Berry tegen- Lampionplant. foto RvdK komt. Het is die kleine, oranjege le bes ter grootte van een flinke knikker die je in restau rants soms als garnituur op je bord krijgt. Wie wijs is, laat het ding liggen, want erg lekker smaakt de ananaskers niet. Maar omdat sommige mensen nu eenmaal hebben geleerd altijd hun bord leeg te eten, stoppen ze de knikker braaf in hun mond. Hij bevat veel vitaminen. Dat is tenminste iets. Ananaskers is gemakkelijk zelf te kweken: je laat de vrucht van het bord in je zak of handtas verdwijnen, en thuisgeko men prak je hem fijn om de kleine zaden te verzamelen. Die bewaar je tot volgend jaar maart. Dan zaai je ze in een bloempot op de vensterbank. Na een week zullen de zaden ontkiemen. Als de plantjes een centimeter of 5 hoog zijn, kunnen ze worden verspeend: ieder plantje wordt voorzich tig geplant in zijn eigen potje. Die potjes houd je binnen tot eind mei, waarna je de jonge planten in ,N de tuin uitplant op een zonnige plaats. Houd er rekening mee dat de ananaskers uitgroeit tot een forse, vertakte plant van zeker 1 meter hoog. Erg stevig is hij niet. Het is dan ook aan te raden er bijtijds een stok bij te zetten. Vanaf juli rijpen de j vruchten die in een lampionachtig omhulsel zitten en bij rijpheid vanzelf op de grond vallen. De ana naskers is een vaste plant, maar omdat hij niet win terhard is, kom je daar nooit achter. Tenzij je hem in de kamer of in een kas kweekt. Een tweede lampionplant die gegeten wordt, is de tomatillo, Physalis philadelphica. Ook deze vormt een eetbare bes die opgesloten zit in een papierach tig lampionnetje. De bes is tot 5 centimeter in door snede en wit- of geelachtig van kleur, al dan niet met paarse vlekken. In Mexico wordt de tomatillo gemengd met chilipepers en verwerkt tot salsa ver- de. Ook deze plant is zelf te kweken. Het zaad is bij specialis tische zaadhandels te koop. De tomatillo wordt op vrucht bare grond tegen de 2 meter groot. Een stok is aan te raden. Een plant die op de lampionplant lijkt en spontaan in tui nen opduikt, is Nicandra physaloides. Met 'spontaan' bedoel ik dat hij door vogels wordt verspreid die van de vruchten snoepen en de zaden elders weer uitpoepen. Nicandra phy saloides is een mooie plant met donkerpaarse, bijna zwarte stengels en lila bloemen. De vruchten zijn niet eetbaar. Wél eetbaar zijn de vruchten van de gewone lampionplant, Physalis alkekengi, de bekende droogbloem met de knaloran je lampionnen. Ik vind ze even oneetbaar als de ananaskers en de tomatillo, maar ze schijnen te helpen tegen bedplas sen. De lampionplant woekert, maar kan na een strenge winter ook zomaar wegvallen. Hij groeit op alle grondsoor ten en wordt op vruchtbare grond tot 1 meter hoog. Men sen die beducht zijn voor het woekeren, planten hem in een emmer of een metselkuip. Maar daarin gaat hij binnen de kortste keren dood; hij kan niet tegen gevangenschap. Het tafeltje aan de Suita Sofa is een praktische oplossing voor kleine ruimtes. Topdesigner Antonio Citterio staat met beide benen op de grond. Een groot ontwerper word je niet door sterallures te hebben. „De ontwerper is de vader, de opdrachtgever de moeder en ze kunnen niet zonder elkaar." door Suzanne Dijkstra m m et zomaar iets 9 ML leuks ontwer- MW pen, ben je er niet. Een ont- Een krukje van karton dat 'met gemak' 200 kilo kan dragen: dat geloof je niet. Dat wil je zien, voe len, uitproberen. Dat deden veel mensen dus ook met de Dutch Design Chair, vorige week één van de blikvangers op de Woon beurs. Ook ik ben erop gaan zit ten: zonder gênante gevolgen (al weeg ik ook geen 200 kilo). Nu gaat het er bij een zitmeubel niet alleen om dat-ie je 'houdt'. Com fort en design zijn ook relevant. Om bij het eerste te beginnen: comfortabel is anders. Maar dat is krukjes eigen. Qua design: top! Dit meubel, voor 19,95 euro te koop in zes uitvoeringen (onder meer in 'sloophout', 'kiezel' en 'Holland'), staat gezellig en kan bovendien ook als bijzettafel of als nachtkastje worden gebruikt. Voor verkoopadressen en een filmpje van het zelf bouwen en vouwen van het krukje, zie: www.dutchdesignchair.com Emigreren is een ingrijpende keuze. Familie, werk, cultuur: de emigrant laat veel achter, maar verwacht in zijn nieuwe land ook veel terug te krijgen. Bijvoorbeeld het huis van zijn dromen. Drauffelt LUXEMBURG door Jan van Mullem Luxemburg is nog behoorlijk dichtbij. Wilde je de banden met Nederland niet helemaal doorsnijden? Sandra Gerberink: „Nee, dat is het niet. Natuurlijk mis ik mijn fami lie soms en vind ik het jammer dat mijn ouders en grootouders vaak niet bij een sporttoernooi of schooluitvoering van hun kleinkin deren kunnen zijn. Maar voor het overige ligt Nederland echt achter me. Dat is een gesloten boek. Ik blijf in Luxemburg, voor altijd." Was je zo klaar met Nederland? „Nee, ik ben zo gelukkig in Luxem burg! De natuur, de rust, de vrij heid, onbetaalbaar. Werkelijk." Je woonde tot je 19e in Enschede. Het mooie Twente, daar is het toch ook rustig wonen? „Relatief, ja. Ons dorpje Drauffelt in het noorden van Luxemburg, in de uitlopers van de Ardennen, telt zo'n 200 inwoners, van wie 55 kin deren. Toen wij hier een huis koch ten, in 2001, woonden er 130 men sen. En nauwelijks kinderen. Je merkte dat de dorpelingen echt blij waren met de komst van iede re nieuweling. Vooral met gezin nen. Die brengen wat leven in het dorp. Maar goed, het blijft klein." Klinkt als zo'n Stephen King-dorpje. Hoe ben je er verzeild geraakt? „Nou, heel toevallig eigenlijk. Het was in 1990. Vrienden van mij gin-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 100