Het gaat
niet alleen slecht
in Afrika
spectrum 8
Zaterdag 10 september 2011
Vorig jaar stond ik op 11 septem
ber samen met Geert Wilders
op Ground Zero. Dat klinkt ge
zelliger dan het was. Hij kwam
namelijk demonstreren tegen de bouw
van een moskee, ik - krap een week op
mijn standplaats - deed er verslag van.
Wilders sprak er schande van dat mos
lims daar een moskee wilden bouwen,
zo dicht bij de plek waar geloofsgenoten
met dezelfde koran in de hand duizen
den mensenlevens hadden verwoest
Nu is enige islamofobie ook de Amerika
nen niet vreemd, al kijkt de doorsnee
New Yorker niet op van een gehoofd-
doekte vrouw of een man met een islami
tisch gebedsmutsje op. Vrijheid van gods
dienst is de basis van de Verenigde Sta
ten. De puriteinen hebben er Engeland
in de zeventiende eeuw niet voor niets
voor verruild. Liever een religie dan
géén religie, laten opiniepeilingen zien.
Niet de islam, maar moslimterrorisme is
de reden dat vliegen veranderd is in een
spelletje strippoker (met als prijs een
stoel in een vliegtuig) en dat de stem van
Janet Napolitano, minister van binnen
landse veiligheid, om de paar minuten
mensen in de metro van Washington op
roept om verdachte zaken te mel
den. Een mannenstem doet in de
metro's en treinen van New York
hetzelfde. Vroeger was een eenza
me koffer gewoon een koffer, nu is
het een potentiële bom. Uit de nala
tenschap van 9/11.
Op strategische plekken in de stad -
op Grand Central en Penn Station,
de twee grootste stations in New
York en in Wall Street - staan altijd
politieagenten, af en toe militairen.
Soms met een hond (niet het aaiba
re ras) en altijd zwaarbewapend.
Ook staan in de stad verschillende
apparaten die waarschuwen als ze
nucleaire straling detecteren (heus
waar, ik wist het ook niet). En eens
in de zoveel tijd duikt ergens een
verdacht pakketje op. Het is vrijwel
altijd loos alarm, maar je zou er
bang van worden.
Maar New Yorkers zijn er laconiek
onder. Zij maakten na die zwartomrande
zonnige dinsdag 11 september 2001 snel
de omslag. Na de ontzetting en het hevi
ge verdriet kwam de 'doordouwersmen
taliteit'. Hup, de schouders eronder en
verder! Burgemeesters Rudy Giuliani
(toen) en Michael Bloomberg (nu) gaan
er prat op: New Yorkers, dat is een bij
zonder slag mensen.
Ze realiseren zich dat New York het sym
bool is van de westerse wereld en dat de
iconische wolkenkrabbers een doelwit
zullen blijven. Dat is een vanzelfspre
kend onderdeel van het dagelijks leven
geworden, zoals de eeuwige rij bij de
Starbucks en zoals de stomerij die altijd
nét dicht zit als je je kleren op wilt halen.
Bij dat dagelijks leven hoort ook een le
ger aan politieagenten. Burgemeester
Bloomberg klonk bijna trots toen hij bij
een presentatie over het nieuwe World
Trade Center vertelde dat vanuit het
nieuwe politiebureau in één van de wol
kenkrabbers duizend agenten van de
NYPD en de Port Authority (de eigenaar
van het WTC-complex) de veiligheid
gaan bewaken.
Ook tijdens de herdenking zondag zullen
ze weer massaal te zien zijn rond
Ground Zero, maar de agenten hoeven
dit jaar geen orde te houden bij een
anti-moskee-demonstratie. De bouwplan
nen voor het islamitische centrum zijn
er nog steeds, maar je hoort er nu niks
meer over. Ik geloof ook niet dat Wilders
is uitgenodigd.
In de hoorn van Afrika heerst de erg
ste droogte sinds zestig jaar, meer
dan tien miljoen mensen hebben
dringend behoefte aan voedsel en
medicijnen. Hulporganisaties voe
ren massaal actie, met schrijnende foto's
van vluchtende families en stervende kin
deren. De actie leverde tot nog toe 21 mil
joen euro op. Maar onze tegenzin tegen dit
soort actie groeit.
Uit onderzoek van Motivaction blijkt dat
de helft van de Nederlanders niet van plan
is geld te te geven voor hongerend Afrika.
'Steeds meer mensen twijfelen of de hulp
goed terecht komt en vragen zich af waar
om Afrika er maar niet op vooruit gaat.
Lost noodhulp wel iets op? Is het niet be
ter om landen als Somalië, waar de honger
het ergst is, aan hun lot over te laten?
De vragen lijken terecht, maar zijn geba
seerd op een belangrijk misverstand: het
gaat wel degelijk beter met Afrika.
De afgelopen tien jaar zijn de meeste Afri
kaanse economieën hard gegroeid, met ge
middeld 7 procent per jaar. Weliswaar
werd ook Afrika getroffen door de econo
mische crisis, maar het continent herstelde
zich sneller dan Europa. Volgens het Inter
nationaal Monetair Fonds (IMF) groeien
de economieën van zuidelijk Afrika dit
jaar met gemiddeld 5,5 procent. Het IMF
verwacht dat de komende jaren maar liefst
zeven Afrikaanse landen in de top 10 van
de snelst groeiende economieën ter wereld
staan.
Een paar procent groei levert in een straat
arm Afrikaans land weinig op, maar be
moedigend zijn de cijfers in ieder geval
wel. Afrika wordt bovendien steeds veili
ger. In de jaren zeventig en tachtig van de
vorige eeuw werd het continent nog ver
scheurd door tientallen oorlogen en con
flicten. Vandaag reis je van Kenia naar Ma
li of van Tsjaad naar Mozambique zonder
op oorlogen te stuiten. Maar massaal wa
pengeweld is er nog wel degelijk. In het
zuiden van Nigeria, het westen van Soe
dan, het oosten van Congo en het zuiden
van Somalië worden bloedige oorlogen uit
gevochten.
In veel andere Afrikaanse landen wordt
het leven steeds beter. Vooruitgang is er
vooral op het gebied van onderwijs en ge
zondheidszorg. Volgens de Verenigde Na
ties gaan inmiddels acht van de tien Afri
kaanse kinderen naar school. De kinder
sterfte daalt snel. Steeds meer mensen heb
ben toegang tot schoon water en de aids-
epidemie is op zijn retour.
Die hoopvolle ontwikkelingen staan in
schril contrast met de situatie in de hoorn
van Afrika, en dan vooral in Somalië. Dat
de hongersnood juist daar toeslaat, ligt
ogenschijnlijk voor de hand. Het land is
droog en schraal. Grote delen van Somalië
zijn nauwelijks geschikt voor kleinschalige
landbouw, waar het gros van de mensen
van leeft. Een veel groter probleem is ech
ter de politieke instabiliteit. Sinds begin ja
ren negentig woedt in Somalië een burger
oorlog. De hoofdstad Mogadishu, ooit de
'witte parel' aan de Indische Oceaan, ligt er
In Somalië
verhongeren weer
mensen. Een
duurzame
oplossing voor de
honger en
armoede is nog
ver weg, zegt Thea
Hilhorst,
hoogleraar
Humanitaire hulp
en wederopbouw.
Maar hoe kan het
dat het in
Rwanda, een
ander voormalig
crisisgebied, wel
goed gaat?
door Mirjam Vossen