A.F.TH VAN DER HEIJ PIJN spectrum 8 Zaterdag 25 juni 2011 Bovenstaand portret van A.F.Th, van der Heijden werd gemaakt door zijn zoon Tonio. Schrijver A.F.Th, van der Heijden was bereid een interview te ge ven naar aanleiding van zijn boek over het overlijden van To nio, enig kind van hem en zijn vrouw Mirjam Rotenstreich. Maar alleen schriftelijk. Omdat schrijven erover je makkelijker af gaat dan praten? „Sinds Tonio's dood heb ik nauwelijks con tact gehad met andere mensen. Het begon al met zijn begrafenis. Meer dan een hand vol mensen. Naaste familie, een enkele vriend van Tonio, kon ik er niet bij heb ben. Dat gold ook voor Mirjam. De klap was te groot, te zwaar. Na de begrafenis hebben we, voorzichtig één voor één, de vrienden uitgenodigd met wie Tonio in zijn laatste levensdagen nog dingen had ondernomen. De bezoeken putten ons uit, maar we wilden per se weten wat hij kort voor het fatale ongeluk gedaan en gezegd had. Hierna hebben we ons binnenshuis teruggetrokken. Vrijwel zonder nog be zoek te ontvangen. Ik raakte aan het schrij ven. Pas toen het boek klaar was, besefte ik dat het niet op de gewone manier de we reld in kon worden gestuurd. Ik zag me zelf niet in een kermisachtige talkshow zit ten om mijn verhaal over Tonio te doen. En wat de reguliere kranteninterviews be treft: ik wilde niet dat mijn nog altijd zicht bare verdriet als een troebele wolk tussen mij en de ondervrager kwam te hangen. Dat zou alleen maar afleiden. Voor een Nooit had A.F.Th, van der Heijden Tonio willen schrijven, de requiemroman over zijn verongelukte zoon. Toch moest het. Het boek kreeg zoveel lof en zoveel mensen willen het lezen dat het een groot succes is. door Peter van Vlerken roddelblad zou dat natuurlijk een buiten kansje zijn: 'Zijn handen trilden nog van de alcoholhoudende pijnstiller; hij was nauwelijks tot spreken in staat'. Maar zul ke bladen sta ik niet te woord, ook niet schriftelijk." Hoe is het met jou en Mirjam een jaar na het overlijden van Tonio? „De pijn is niet gesleten en zal ook nooit slijten. In de loop van het afgelopen jaar kwamen Mirjam en ik tot de conclusie dat we helemaal niet van het verdriet om het verlies af wilden. Integendeel, we moesten het gemis in ere houden, willens en we tens in de ontstane leegte blijven staren. Als je de pijn wilt blijven voelen, dien je de zenuw open te houden. Die open ze nuw, dat is onze directe verbinding met Tonio. Zeg maar gerust: een hotline. Hoe het verder met Mirjam en mij gaat... We zijn niet aan Tonio's teloorgang ten on der gegaan, al scheelde het op zeker mo ment niet veel. Misschien wilden we, heel primitief geredeneerd, Tonio in zijn graf niet opzadelen met het ondraaglijk slechte geweten dat hij zijn ouders in zijn val had meegesleurd. We hebben besloten te blij ven leven voor hem, hoe paradoxaal het ook klinkt. Niemand draagt zoveel herinne ringen aan hem mee dan Mirjam en ik sa men. Wij vormen het bewijs van zijn be staan, ook al is dat vroegtijdig afgebroken." Heeft de publicatie van je boek iets veranderd? „Het schrijven van mijn requiem was zo'n manier om Tonio in leven te houden. Of misschien moet ik zeggen om zijn korte le ven levendig te houden. De publicatie zelf heeft aan ons huidige welzijn weinig ver anderd." Heeft het zoeken naar de exacte toedracht van het ongeluk van Tonio je geholpen? „Ik denk niet dat zo'n proces helpt het ver driet te verwerken. Daarvoor kom je te veel pijnlijke details tegen, die om zo te zeggen alle verse hechtingen weer lostrek ken. Ik vermoed dat het eenvoudig onmo gelijk is niet alles te willen weten. Ook al zou je bij sommige ontdekkingen het liefst de andere kant op kijken." Op de ultieme vraag - waarom- is geen antwoord. Heeft het stellen van die vraag toch zin gehad? „Een of andere Duitse maniak spoedt zich de laatste jaren naar elke rampplek die zich in Duitsland of Nederland voordoet en plaatst een bord met 'Warum?' of 'Waarom?' Ik wil maar zeggen, sinds de mensen niet meer naar de kerk gaan om God zelf de vraag te stellen, is het 'Waar om?' een sandwichbord geworden rond de nek van een monomane aandachttrek ker. Het 'Waarom' is verworden tot een lo ze kreet, waar nog wat emokitsch vanaf vonkt. Ik sluit niet uit dat de 'Waarom'- vraag hier en daar in mijn requiem op duikt. Maar over het algemeen heb ik me er het afgelopen jaar niet mee gekweld. De

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 76