221 zeeland Paviljoenhouder blij met warm, droog voorjaar Beroep op het ADRZ Het zijn de kleine dingen die Uitgaan in Zeeland? SCHIPPERS KIJKT TOE BOUWKUNDIGE GIDS Instandhouding van historische elementen in Zeeland donderdag 12 mei 2011 www.pzc.nl/uit terneuzen - Alleen als zorginstel lingen samenwerken kan de zorg in Zeeland op peil blijven. Dat zei minister Edith Schippers van volksgezondheid gisteren tijdens een bezoek aan ziekenhuis Zorg- saam in Terneuzen. Ze doelde daarmee met name op het Admi raal De Ruyter Ziekenhuis. Ze noemde de afdeling verloskun de van Zorgsaam als voorbeeld van hoe samenwerking de zorg kan verbeteren. Daar werken gy naecologen, verloskundigen en huisartsen nauw samen. „Dat is hier natuurlijk uit nood geboren, maar wat hier gebeurt, is in de rest van het land hard nodig. Zorgverle ners moeten de onderlinge strijd vergeten." De minister kan zorgverleners op roepen tot samenwerken, maar af dwingen kan ze niks, gaf Schip pers toe. „Ik ga geen briefje sturen met de boodschap: gij zult samen werken, maar ik wil wel een be roep doen op de zorginstellingen. Je werkt in de gezondheidszorg om patiënten te helpen. Die moe ten centraal staan." Schippers heeft al eerder laten we ten niet te willen ingrijpen in de ziekenhuissituatie in Zeeland: het Admiraal De Ruyter Ziekenhuis heeft het financieel zwaar. Ze ga randeert wel dat de overheid zorgt voor 'cruciale zorg', zei ze gisteren. „Desnoods moeten we mensen neerzetten om te zorgen dat de mensen geholpen worden." Schippers was later op de dag te gast bij een symposium over sa menwerking in de zorg van Zorg saam, de stichting Curamus (oude renzorg) en huisartsenorganisatie Nucleus. Zorgsaam heeft samen met andere instellingen allerlei dwarsverbanden en initiatieven ontwikkeld, zoals de huisartsenkli niek in Hulst, waar zorg geleverd wordt die tussen ziekenhuiszorg, verpleeghuiszorg en thuisverple ging in zit. Wie de Zeeuwse bouwtradi- tie een handje wil helpen, krijgt hulp. Vanaf vrijdag is er een gids voor instandhou ding van historische elemen ten in Zeeland beschikbaar. door Jan van Damme De grap is dat het grote in het kleine zit. In de woorden van architect Frans Rothuizen: je ziet pas hoe groot iets is als er de tails zichtbaar zijn. Hij merkte het bij een bezoek aan de piramide van Gizeh in Egypte. Groots en in drukwekkend, natuurlijk. „Maar", zegt Rothuizen, „ik bleef de hele tijd het gevoel houden dat ze er een fiets of zo tegenaan hadden moeten hangen. Dan zou je ten minste een schaal hebben gehad." Daarmee zitten we meteen bij de kern van de De kleine historische ele menten in Zeeland - een gids voor in standhouding en herstel, die mor gen wordt gepresenteerd. Rothui zen schreef en fotografeerde voor het losbladige boekwerk. Het is be stemd voor iedereen die de Zeeuw se bouw een warm hart toedraagt. Van waterput tot bakkeet, damhek en dakkapel, de gids geeft raad aan wie de slopershamer op afstand van al dat moois wil houden. Frans Rothuizen (75, geboren in Middelburg) is zoon van Arend Rothuizen (1906-1990), die in 1930 Zeeuwse moppen Kelder met opkamer Met koolteer geverfde planken Rieten schuurdak met eeuwenoude dragers het in Zuid-West-Nederland nog steeds fameuze architectenbureau Rothuizen oprichtte. Frans was tot vijftien jaar geleden architect in de Randstad. De bouw van het minis terie van Onderwijs in Zoeter- meer, waar hij met anderen zo'n acht jaar aan werkte, beschouwt hij als één van zijn opvallendste projecten. Sinds hij stopte met werken woont hij met zijn vrouw in een uitgebouwd arbeidershuisje bij Baarland. Hij was actiefin de Stichting Behoud de Zak van Zuid-Beveland, de Boerderijen stichting Zeeland en de Stichting Landschapsbeheer Zeeland (SLZ). Van die laatste is hij nog steeds ad viseur. „Door het bouwkundige advies werk voor al die stichtingen kwam ik veel op boerderijen. En werd het idee voor de gids geboren. Ik heb van jongs af aan al iets met het boerenlandleven gehad. Toen ik een jaar of tien was gingen we naar de inmiddels verdwenen boerderij Arnestein bij Middel burg. Dat was de tijd dat ik boer wilde worden. Ik mocht paarden naar de wei brengen. Via zo'n hal ve staldeur kon ik op hun rug klim men. De dieren wisten zélf de weg naar hun grasland, maar ik had het gevoel dat ik hen leidde. Om boer te worden moet je land heb ben, zei iedereen. En dat had ik niet. Maar ik ben nooit een echt stadsmens geworden." De gids voor instandhouding en herstel is in eerste instantie be stemd voor veldwerkers van de SLZ en gemeentelijke functionaris sen. Maar Rothuizen denkt dat zijn adviezen ook bij particulieren Een traditionele boerderij bij Baarland: woonhuis met daaraan vastgebouwde schuur, links het varkenskot. Dit is deel drie van een kortlopen de serie over de droogte. Vandaag: strandplezier door René Hoonhorst Frank Dhaenens heeft de regen de afgelopen we ken niet gemist. Nou een beetje in zijn tuin mis schien, maar het stralen de weer doet de omzet in strand paviljoen De Piraat in Cadzand- Bad geen kwaad. „Wat is er nou mooier dan 's mor gens de gordijnen opendoen en de zon binnen zien schijnen. Daar wordt iedereen toch blij van." Het voorjaar is perfect begonnen, wil Dhaenens maar zeggen. „De kro kusvakantie en paasdagen vielen laat en er kwam ook nog eens een prachtige meivakantie achteraan. Voor strandpaviljoenhouders kan het seizoen slechter beginnen." Het is overigens niet zo dat een strandpaviljoen alleen draait met mooi weer. Bij een buitje vluchten badgasten en wandelaars vaak naar binnen voor een drankje en een hapje. Als die naar buiten gaan, omdat het weer opklaart, ne men nieuwe gasten, die vanuit het dorp zo het duin oversteken, hun plaatsen snel weer in. Dhaenens was midden jaren negentig een van de trendsetters door van zijn paviljoen niet alleen 'tearoom', maar ook restaurant met een vol waardige menukaart te maken. Veel mensen komen daardoor ook in de namiddag of 's avonds nog naar het strand. Dineren terwijl je naar af en aan rollende golven en passerende zeeschepen kijkt, doet de scampi's, de tong of de tourne- dos toch nog net iets lekkerder smaken. „En bezoekers zien dat het personeel zich het vuur uit de sloffen loopt om het hun naar de zin te maken." De Piraat is minder seizoens- en weersafhankelijk dan een strandpaviljoen twintig jaar ge leden was. Dhaenens: „We zijn vanaf half maart tot half novem ber alleen op dinsdag dicht. En in de winter zijn strandgangers in de weekeinden welkom. Het weer is niet allesbepalend, maar de zon blijft een beste trekker." Frank Dhaenens voor strandpaviljoen De Piraat. foto Mark Neelemans

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 22