mm 'Maintenance niet zichtbaar als sector' NAUTICAL SERVICE INT. discussie DMNGAND MARINE CONTRACTORS Rutger van der Male (Economisch Impuls Zeeland). Foto: Aad Meijer Stefan van Seters (Rewin). Foto: Aad Meijer Michel Weeda (BOM). Foto: Aad Meijer Nederland moet een wereld wijde speler worden op het gebied van onderhoud. Het pro gamma World Class Maintenan ce moet daarvoor zorgen. De ba kermat van dit masterplan ligt in Noord-Brabant en Zeeland. De ontwikkelingsmaatschappijen BOM, Rewin en Economische Impuls Zeeland werken nu een kleine drie jaar nauw samen om het programma van de grond te krijgen. In die periode is er enorm veel gebeurd. door Peter de Jong BREDA - Ze komen elkaar zeker nog frequent tegen: programma-ma nager Michel Weeda van de Brabant se Ontwikkelings Maatschappij, pro jectmanager Rutger van der Male van Impuls en Stefan van Seters, project manager van het Rewin. Nu zitten ze op verzoek van de Ondernemer sa men aan tafel in het pand van het Dut ch Institute World Class Maintenance in Breda. "Het begon --eigenlijk allemaal in 2006 met de nota Pieken in de Delta, waarin Zuidwest-Nederland werd aangewezen als een van de nationale speerpuntregio's voor economische ontwikkeling", legt Stefan van Seters uit. "De sterkte regionale procesindus trie gaf aan dat onderhoud als speer punt moest worden uitgewerkt. Daar uit kwamen de thema's logistiek en duurzaamheid in de procesindustrie (bio-energie en onderhoud) naar vo ren. Michel en ik zijn vanaf het begin betrokken bij het thema onderhoud. Parallel daaraan startte vanuit de lucht vaartsector Maintenance Valley voor onderhoud aan helikopters en vlieg tuigen met de basis Woensdrecht als 'brandpunt'. Wij hebben toen met een gekeken of we dat konden combi neren en of dat de economische ont wikkeling in West-Brabant en Zee land kon versterken." Hoger plan "Probleem was dat maintenance niet echt zichtbaar was als sector", vertelt Michel Weeda. "Eerst moest in kaart worden gebracht hoeveel mensen in het onderhoud werkten en hoeveel geld daar werd verdiend. Er werden vier projecten gestart: kennisontwik keling, het onderwijs moet naar een hoger plan worden gebracht, kennis deling tussen de diverse sectoren (luchtvaart, maritiem, inffa, procesin dustrie, energie) en business develop ment door bijvoorbeeld bedrijvenpar ken te creëren." In het Maintenance Competence Center kwamen bedrijven bijeen om kansen en knelpunten te bespreken en uit te werken. Van Seters merkte dat er enthousiasme leefde bij de be drijven. "Ze waren meteen heel open en bespraken problemen, zoals het aantrekken van goed personeel. Een van de eerste nieuwe deelprojecten lag dan ook op het gebied van onder wijs. We hebben snel diverse instellin gen gemobiliseerd. Vijf ROC's en twee hogescholen hebben zelf een stichting opgezet. De rijen zijn geslo ten. Dat heeft geresulteerd in het hui dige Maintenance Education Consor tium." "Zo zijn er losse 'pilaren' naast elkaar opgewerkt", vult Weeda aan. "Er kwam samenwerking in het onder wijs en daarnaast hebben we het Com petence Center en een industriecon sortium opgetuigd, dat bedrijven bij elkaar brengt die willen investeren in samenwerking op het gebied van maintenance. Zo ontstonden in sa menhang meerdere deelprojecten met als rode draad kennis-kunde-kas- sa." Van Seters: "Kansrijke technologieën werden besproken door de bedrijven, zoals bijvoorbeeld de inzet van onbe mande vliegtuigen voor inspectiedoel einden. Deze ideeën worden nu via samenwerkingsprojecten van bedrij ven uitgewerkt en zullen bij succes een extra impuls geven aan de BV Ne derland. Doordat dit initiatief in het buitenland niet onopgemerkt is geble ven, neemt ook direct de zichtbaar heid van het Maintenance-program- ma toe." Wereldwijd Rutger van der Male van Impuls con stateerde dat het besef bij bedrijven dat onderhoud efficiënter moest wor den, steeds belangrijker werd. Ook werd het Nederlandse specialisme in onderhoud wereldwijd steeds meer gewaardeerd en ontstond bij produc tiebedrijven steeds meer het idee dat ze niet alleen een machine konden le veren, maar ook daarbij voor langere tijd het onderhoud. "Een dergelijke ontwikkeling ziet ook het logistiek topinstituut Dina- log, dat servicelogistiek als speerpunt heeft", stelt Stefan van Seters. "Zo is er ook een samenwerking ontstaan tussen World Class Maintenance en Dinalog." En Rutger van der Male zag in Zeeland samenwerking van Im puls met de BOM aan een logistiek project. De coöperatie tussen de pro vincies Noord-Brabant en Zeeland werd daardoor versterkt. Ook Lim burg werd erbij betrokken. "Het Maintenance-programma werd in korte tijd steeds breder. Onderne mers gingen erin geloven. En er is door World Class Maintenance een sa menwerkingsovereenkomst met de drie TU's, Nederlandse Defensie Aca demie en de Universiteiten van Til burg en Groningen gesloten over na tionale samenwerking op Onderzoek en Onderwijs", zegt Weeda. Van Set ers ziet daarin een positief teken voor de toekomst. "Dat is een van de suc cesfactoren. Met kennis en goed opge leide mensen kunnen we straks het te kort aan goed personeel aanpakken. Zij kunnen ondernemingen energie zuinig maken en de uitstoot beper ken." "Zij kunnen straks ook 'intelligente' machines bouwen die over de hele wereld kunnen worden geïnstalleerd, maar vanuit Nederland kunnen wor den bestuurd. Bedrijven die samen werken zullen daarbij het meest suc cesvol zijn", verwacht Weeda. Van der Male ziet die ontwikkeling nu al. "Kijk maar naar het windturbinepro ject in Zeeland. Ondernemingen ont wikkelen dat samen. Daar zijn nu ook partijen bij betrokken uit de kop van Noord-Holland en ook uit Vlaande ren. Zo wordt de ontwikkeling grens overschrijdend." Het drietal ziet wat samenwerking be treft nog grote uitdagingen voor het MKB. "De hogere overheid houdt de regie en op een kleinere schaal wer ken Rewin, BOM en Impuls de plan nen uit. Maar zonder die ontwikke lingsmaatschappijen valt er veel stil. Het zijn natuurlijk de ondemerriers die DI-WCM uiteindelijk tot een suc ces maken. Wij fungeren meer als ver snellers of als de smeerolie", stelt Van der Male. "Het is inderdaad een paradox", vindt Weeda. "Het Dutch Institute World Class Maintenance is een feit en dan zijn wij eigenlijk klaar en kun nen we aan nieuwe dingen beginnen. Maar in de praktijk ben ik nog altijd twee dagen per week met Maintenan ce bezig." Van Seters: "Nog steeds steek ik veel tijd in de acquisitie voor dit program ma. Daar zal volgens mij steeds een rol voor de ontwikkelingsmaatschap pijen in blijven. Maintenance biedt voor de komende jaren nog heel veel kansen." ----S3 AA T~: -3" <$n

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 133