io I automarkt Emoties zitten autosupermarkt dwars Er komt er niets te recht van de autosu permarkt waarbij dealers meerdere merken verkopen. Alleen tijdens de AutoRai, die mor gen begint, staan verschillende mer ken onder één dak. dinsdag 12 april 2011 door Niek Opten Wat zou dat handig zijn als je een nieuwe auto wilt kopen: een winkel waar ze de modellen van heel veel merken op een rijtje hebben staan. Geen geslenter meer over winderige autoboulevards aan de rand van de stad, maar gewoon een nieuw modelletje uitzoeken in een grote autosupermarkt. Zoals je in een sportzaak keus hebt uit heel veel merken kleding en schoe nen. Alleen vanaf morgen, als de jaar lijkse AutoRai in Amsterdam be gint, staan er in ons land heel veel verschillende merken onder één dak. Voor de rest blijft de autosu permarkt een illusie. De reden: auto's verkopen is voor het grootste deel een kwestie van 'merkbeleving'. Behoorlijk rijden doen alle auto's, het belangrijkste onderscheid is wat de koper met zijn vierwieler wil uitstralen. Die emoties komen niet goed uit de verf als je allemaal verschillende merken op een rijtje zet in een so bere omgeving. Autofabrikanten en -importeurs hebben dan ook een stevige vinger in de pap bij de, door hen uitge zochte, verkopers van hun nieuwe wagens. „Fabrikanten investeren enorm in merkbeleving, dat eisen ze ook van de verkopende par tijen. Elk merk schrijft nauwgezet voor hoe de showroom er precies uit moet zien, tot zelfs de kleur van de vloertegels en het type ver lichting", zegt Harald Bresser van de RAI Vereniging, de brancheor ganisatie van autofabrikanten en -importeurs. „Die drang naar ex clusiviteit zie je ook bij andere be drijfstakken. Zo zal Nike geen schoenen verkopen via de winkels van Zeeman." Hoe dan ook, het mag bij de auto handel allemaal wel wat doorzich tiger, vond de Europese Commis sie enkele jaren geleden. Die kwam daarom met extra regels op de proppen. Om monopolieposi ties te voorkomen staat het autobe drijven vrij om met alle merken contracten af te sluiten. Impor teurs hebben daar geen invloed op, zolang de ondernemer maar aan de standards voldoet die bij een merk horen. Een dealer die de nieuwste model len van meer dan drie verschillen de automerken in zijn showroom heeft staan, komt in de praktijk echter nauwelijks voor. „Het is on doenlijk om zo veel verschillende testauto's voor proefritten op voor raad te hebben en tegelijkertijd aan de presentatieeisen van al die 'Elk automerk schrijft nauwgezet voor hoe de showroom eruit moet zien' merken te voldoen. Zowel finan cieel als wat de omvang van de showroom betreft", vertelt Gijs Bosman, woordvoerder van de brancheorganisatie van autobedrij ven Bovag. Om de onderlinge concurrentie te vergroten heeft Brussel ook de po sitie van onafhankelijke autobedrij ven versterkt. Fabrikanten zijn ver plicht technische gegevens te leve ren aan alle autobedrijven, zodat die adequaat onderhoud kan uit voeren, al in de garantieperiode. Voor die tijd lag het onderhoud van nieuwe auto's exclusiefin han den van merkdealers. In hoeverre die daarmee klanten hebben verlo ren is nog onbekend. „De maatre gel heeft in ieder geval een profes sionaliseringslag teweeggebracht bij de onafhankelijke autobedrij ven. Die hebben vaak geïnvesteerd in betere apparatuur." De ongebonden zaken zijn er meer nieuwe auto's door gaan ver kopen. In 2009 werd 4,6 procent van alle nieuwe auto's, 18.000 stuks, via een van de 3.500 'vrije' ondernemingen verkocht. Voor extra concurrentie bij de verkoop zorgt dat niet: ongebonden exploi tanten kunnen die wagens alleen betrekken via een officiële merk dealer. De door Brussel gedicteerde 'mul- ti-merkdealer' is dus geen succes in ons land. De Europese Commis sie is echter van mening dat de concurrentiepositie genoeg is ge waarborgd. Vanaf 2013 mag een fa brikant daarom weer eisen dat al leen modellen van zijn merk in de verkoopruimte komen te staan. Hoeveel merken van dat recht ge bruik gaan maken is nog ongewis. De Bovag is hoe dan ook niet blij met de maatregel. „Want daarmee krijgt de fabrikant weer meer macht over de autobedrijven", stelt de brancheorganisatie. Los van de Brusselse inzichten moet het roer om bij de circa 2.800 merkdealers die ons land telt. De economische crisis heeft diepe sporen nagelaten in de branche. Het aantal verkochte nieuwe auto's steeg weliswaar vo rig jaar met ruim 20 procent verge leken met het jaar daarvoor, en de afgelopen maanden waren ook suc cesvol. Maar die groei was vooral te danken aan kleine, zuinige au to's. De winstmarges daarop zijn klein. Bosman: „Die groei is na tuurlijk mooi, maar we zijn er nog lang niet. We komen uit een heel diep dal." De verdeling moet anders. 'Sales', de verkoop van nieuwe auto's en 'aftersales', onderhoud, reparatie en verkoop van tweedehans au to's, worden losgekoppeld. In elke plaats een dealer kan allang niet meer uit. Bovag denkt dat meer dan vijf tot twintig dealerbedrij- ven per merk landelijk niet meer nodig zijn. Importeurs denken dat dat aantal hoger ligt. Wie een nieu we auto koopt wil daarvoor best wat kilometers afleggen, is de rede nering. In tegenstelling tot onder houd en reparatie, daarvoor wil een klant dicht bij huis terecht kunnen. „Merkdealers hebben meestal meerdere verkooppunten in een regio. Je ziet nu al dat ze een of meerder showrooms slui ten. Dealerbedrijven kiezen er steeds vaker voor om onderdeel te worden van een holding of keten. Dat levert schaalvoordelen op", zegt Bosman. De RAI Vereniging bestrijdt dat daardoor de onderlinge concurren tie afneemt. „Tegenwoordig is de klant dankzij internet vaak beter op de hoogte van modellen dan de verkoper. Aanbiedingen bij an dere verkopers zijn snel gevon den." Het betekent wel dat auto boulevards met leegte krijgen te maken. In tegenstelling tot een showroom hoeft een servicepunt niet gevestigd te zijn op een dure zichdocatie.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 10