meer van op Wegvaren uit het leven, de wijde Noordzee op 3 spectrum Zaterdag 19 maart 2011 ten wat ze die dag gaan doen. Weliswaar staan er verspreid over de dag een paar af spraken vast, maar het is vooral reageren op wat zich aandient. En meestal is dat een crisis. Definitie: een situatie die bin nen 24 uur gevaar voor betrokkenen of omgeving kan opleveren. „Als dat niet aan de orde is, komen wij niet in actie", zegt Brigitte. „Wij zijn er al leen voor de crisis." Uw kans op een psychose: 0,4 procent Bij schizofrenie zijn er 'psychotische perioden' waarin men het contact met de werkelijkheid verliest. Symptomen: stem men horen, hallucinaties, onsamenhangend praten, chaotisch gedrag of vreemde lichaamsbewegingen. Een psychotische stoornis is de meest gestelde diagnose bij de spoedeisende psychiatrie. Uit onderzoek in Nederland (Ne mesis) blijkt dat 0,4 procent van de volwassenen (18 tot en met 64 jaar) ooit te maken krijgt met schizofrenie. Voor Zee land zou dat betekenen dat zo'n 1000 Zeeuwen last hebben van een psychotische stoornis. Op 1 september 2007 behandelde Emergis 869 cliënten met een diagnose in het 'psychotisch spectrum'. 52 procent daarvan is man. Bij volwassenen jonger dan 40 jaar is zelfs 80 procent man; bij 65-plussers slechts 25 procent. Hij komt bij in een traumahelikopter. „U bent van de steiger gevallen", zegt iemand. Anderhalf jaar later wil Dennis, fysiek en psychisch aan het eind van zijn Latijn, nog maar één "ding: zelfmoord plegen. Hij is al een hele tijd somber. Als zijn vrouw een bord voor hem neerzet en zegt: „Je moet toch eten", antwoordt hij: „Waarom?" 's Morgens wil hij niet opstaan. Waarom zou hij? Waarvoor? Wat kan hij nog, met zijn kapotte rug, zijn chronische pijnklachten, zijn overgevoeligheid voor prikkels? Geldzorgen en problemen met zijn jongste dochter duwen hem over het randje. „Niks interesseerde me meer. Alles was een opgave. Er kwam niks meer uit mezelf." De crisis komt tijdens een gesprek met de psycholoog van het revali datiecentrum. Dennis Beers zakt in elkaar en vertelt huilend wat er de afgelopen weken door zijn hoofd speelt. Hoe hij het al helemaal uit gedacht heeft, tot in detail. „Ik zei: zo kan ik niet verder. Ik maak er een eind aan. ik vaar met mijn boot de Noordzee op, doe het ankertouw om mijn nek en laat me vallen. Ze vinden me nooit meer. Dat wilde ik mijn familie niet aandoen, dat ze mijn lichaam vinden." Zijn vrouw hoort het ge schokt aan. Dat hij de moed ver loor, ja, dat wist ze wel, maar dit had ze niet verwacht, zo'n uitge werkt plan. Ook de psycholoog is gealarmeerd. Hij belt de Crisisdienst en overlegt, met de psychiater, met Dennis zelf, met zijn vrouw Thea. „Het was heel heftig", zegt zij. „Ik zei: zo neem ik hem niet mee naar huis. Dat zou onverantwoord zijn. Toen moesten we beslissen: of hij toch mee naar huis zou gaan, met medi catie om rustig te worden, of dat het een opname zou worden, bij Emergis." Het wordt Emergis. Als ze daar in een kamertje zitten, gebeurt er iets op de gang. Thea: „Iemand schreeuwde en bonsde op ramen en deuren. Het was een gekken huis, letterlijk. Dat ik mijn man daar achter moest laten, dat vond ik zó moeilijk." Dennis weet even niet wat hij moet doen, als hem gevraagd wordt of hij zich vrijwillig wil la ten opnemen. „De artsen zeiden van alles tegen me, maar ik snapte er geen moer van. Ik dacht: ik ben toch niet agressief? Waarom moet ik me laten opsluiten? Want de deur gaat achter je dicht, al is het een vrijwillige opname." Dennis wordt eerst 24 uur geobser veerd. „Ze kijken of je geen gekke dingen doet en of de medicijnen aanslaan. De valium hielp goed, daar werd ik rustig van. Daarna liep ik een beetje rond door het ge bouw, verstand op nul, knutselde wat, ging naar groepsgesprekken. Verder kon ik niks doen. Alleen maar rusten en nadenken. Ik heb alles op een rijtje gezet. Toen ik een week later naar buiten stapte, was het net of de wereld veran derd was. Een heel vreemd ge voel." Achteraf zegt Dennis: „As ik toen niet opgenomen was, had ik hier nu niet gezeten. Dat ik even mijn verstand op nul kon zetten, de me dicijnen die ik kreeg om me tot rust te brengen, de groepsgesprek ken, dat is mijn redding geweest." De emoties zitten nog steeds hoog. Tijdens het interview loopt hij een paar keer weg omdat de tranen komen. Van frustratie over zijn lichaam, dat sinds hij van de steiger op zijn hoofd viel, van alles mankeert. Van woede over de verzekering en het UWV, die hem met zijn geldzor gen 'lieten stikken'. „Ik dacht gelukkig ben ik goed ver zekerd. Maar toen mijn verzeke ring het ziektebeeld niet goed kon plaatsen, werd de uitkering stopge zet. Ze wilden éérst wel eéns we ten wat er precies aan de hand was. Nou, wist ik het zelf maar." De vooruitzichten zijn nu iets be ter. „Ik mag eindelijk weer auto rij den. Er is zicht op een baan. Einde lijk weer iets omhanden."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 73