2
dinsdag 15 maart 2011
PiTMik Hu^Uazje, OAmvturier
Tom Vennink
Dat Frank Husslage niet zomaar een
wandelaar is wordt snel duidelijk.
„Ik kan voor nood wel een satelliet
telefoon meenemen de woestijn in,
maar dan is de lol er af', begint hij zijn
verhaal over de voettocht die hij met
twee vriendinnen maakte door de rotsachtige woestijn
van Jordanië. „Vier dagen zag ik geen mens. Overdag in de
schaduw van gigantische rotsen lopen en 's avonds in een
duizendsterrenhotel slapen, dat is toch geweldig."
Al zijn reizen onderneemt hij op eigen houtje. Met een
groepsreis naar een safaripark in Zuid-Afrika maak je
hem niet blij: „Zo'n park is toch tien keer niks? Zie je een
olifant, scheurt er opeens een stel Volendammers joelend
langs in een jeep."
Nog geen twee maanden terug zat hij diep in de oerwou
den van Tanzania om daar met één van de laatst overge
bleven stammen Bosjesmannen rond te trekken. Hus
slage: „Die mensen leven als het ware nog in het ijzeren
tijdperk."
Wie het nou beter heeft? „Dat weet ik niet. Kijk, iedereen
heeft z'n zorgen. De Bosjesmannen in Tanzania hebben
niet veel méér dan een hut, een pijl en een boog. On
dertussen zit ik moeilijk te doen om m'n
huis te verbouwen. Voor veel te veel
geld bovendien."
Husslage redt zich op de meeste
plekken met Engels, Spaans,
wat Frans en een woordje
Swahili. Hij heeft in
de jaren gemerkt dat
mensen hem vrijwel
altijd verstaan zolang ze
iets aan hem kunnen
verdienen. „Maar als
je dan een keer een
klacht hebt, verstaat
opeens niemand je
De avonturier Husslage lijkt meer op de
natuur te vertrouwen dan op de mens. Een
voorbeeld: „Ik heb leeuwen, hyena's en wol
ven aan m'n tent gehad, maar een stel bezopen
voetbalsupporters rondom m'n tent lijkt me
veel enger. Natuurlijk schrik ik als er een leeuw
naast m'n tent staat, maar ik weet dat-ie weer
weggaat. Dat weet ik van zo'n dronken vent
niet." Husslage vervolgt: „De autosnelweg is
ook veel gevaarlijker dan het wild. Drie keer
heb ik een ongeluk gehad; drie keer in de auto
op weg naar de bergen. Achter het stuur heb
ik de automobilist naast me te vertrouwen; op
een rotswand heb ik alles zeifin de hand."
Z'n hobby toont hem ook een donkere kant
van de relatie tussen mens en natuur. Dat er
steeds meer bossen verloren gaan, stemt Hus
slage somber. „De wereld wordt volgebouwd.
Het is iets van de laatste decennia. Er zijn dom
weg te veel mensen op de wereld." Over hoe
zijn hobby er over honderd jaar uitziet, denkt
Husslage dan ook liever niet na.
Wandelen zal hij altijd blijven doen. En het
hoeft niet per se ver van huis te zijn. Je kunt
hem zomaar tegen het lijf lopen in het duinge
bied van Oranjezon. „Maar echt survivallen in
de Benelux? Ik lach me dood", zegt Husslage
stellig. „Je moet hier nota bene je best doen om
uit de bewoonde wereld te komen."
Nochtans heeft hij, na twijfels om naar Tanza
nia te verhuizen, besloten om in Middelburg
te blijven wonen. Na de verbouwing van zijn
huis trekt hij er weer op uit. Hij droomt ervan
om Oost-Timor te doorkruisen en om Spits
bergen over te steken. Ook wil hij in 56 dagen
van Marokko naar Timboektoe wandelen. Eén
tocht staat vast: in oktober gaat Frank Husslage
terug naar Tanzania, dit keer gaat z'n schoon
moeder mee. „Dat wordt dus een keertje
Afrika-light."
Nèpal,2009 Foto's Frank Husslage
Jï'-
JN I <r- Sfe
WÊËÊS