9 spectrum Zaterdag 26 februari 2011 Foto links: Patricia Navarrete-Davids (midden) met lokale bewoners op de Comoren. Foto rechts: Kelly McCormack (links) legt haar vrouwengroep in Guatemala de werking van het vrouwelijk lichaam uit. klamme deken over me heen kwam. Ik pakte mijn spullen uit, regelde iets te eten - de beste zeevruchten die ik ooit heb gege ten - en viel als een blok in slaap. Twee dagen later werd ik wakker. 'Patri cia', zei mijn kamergenoot, 'het is tijd om op te staan'. We leerden in zes weken Swa- hili en daarna werd ik officieel ingezworen als vrijwilliger. Een dag later ging ik naar het noordelijkste puntje van het eiland om daar Engels te geven op een middelbare school. Lesgeven was uitdagend. Het is een islamitisch land en tijdens de ramadan vie len leerlingen flauw tijdens de les. De meis jes droegen wel spijkerbroeken, maar ook prachtig gekleurde Afrikaanse hoofddoe ken. Ze schreven spiekbriefjes op hun ar men en gebruikten de doeken om dat te verbergen. Ik woonde in een huis met spinnen en gek ko's. De stroomvoorziening was onbe trouwbaar en water moesten we zelf op pompen. Contact met thuis was er mond jesmaat. Er waren zes telefoonlijnen op het eiland en als de president moest bel len, werd jouw gesprek gewoon afgebro ken. Ik sprak veel bandjes in, gesproken brieven, en kreeg ook tapes terug. Het was zo fijn eens per week naar het postkantoor te gaan om zo'n pakje op te halen. Het was de bedoeling dat ik twee jaar zou blijven, maar na een jaar ben ik terugge gaan. Ik had mijn man ontmoet, een Zuid-Afrikaan. Spijt heb ik niet In die tijd werd er zoveel gestaakt door eilandperso- neel, dat ik vaker niet dan wel les kon ge ven. Dat was frustrerend. Ik hoop dat onze dochter, een tiener, over een jaar of tien ook overweegt als Peace Corps-vrijwilliger de wereld te bekijken." Kelly McCormack (27) uit Washington. In 2007 uitgezonden naar Guatemala. „In de twee jaar dat ik in Guatemala zat, had ik eens een hele maand geen stro mend water. Gelukkig was het regensei zoen, dus kon ik zelf water uit de rivier ha len. Als eerstejaars student hoorde ik voor het eerst over het Peace Corps. Ik wilde altijd al een andere taal leren en omdat je als Peace Corps-vrijwilliger ondergedompeld wordt in een andere wereld, leek me dat een perfecte kans. Na mijn studie internationale betrekkin gen ben ik eerst aan het werk gegaan, als journalist bij The Hill, hier in Washington. Maar het buitenland bleef lonken. In 2007 pakte ik mijn koffers en verhuisde naar To dos Santos, een dorpje in Guatemala. Ik kwam in een heel andere wereld terecht. Als stadsmeisje, geboren en getogen in Washington, woonde ik ineens in de middle of nowhere, waar elektriciteit schaars was, een werkend toilet niet be stond en de bevolking Mam sprak, een Ma ya-dialect. Spaans sprak ik toen door de training in Guatemala Stad al vloeiend, maar voor mijn werk had ik door dat dialect alsnog een tolk nodig. Ik werkte bij het gemeente bestuur, waar ik vooral bezig was met vrouwenzaken. Ik heb een vrouwendubje opgericht. Die vrouwen leerde ik hoe ze hun handtekening moesten zetten. De meesten kunnen niet lezen of schrijven. En ik leerde ze waarom ze iedere maand ongesteld werden. Dat wisten ze gewoon niet. Ik opperde het idee een broeikasje te ma ken, zodat ze zelf hun groente konden ver bouwen. Na acht maanden plannen, trok ken ze de stekker eruit Ze wilden niet ie dere dag de heuvel op lopen. Dat vonden ze te zwaar. Maar er zijn veel ergere din gen. Een vrouw wier man alleen maar dronk, bijvoorbeeld. Zij was zo graag met mij meegegaan naar de VS. Nu ik terug ben, ben ik blij dat hier water uit de kraan komt en ik weer gewoon naar een schone wc kan. Maar wat was het moeilijk mijn vrienden daar achter te la ten. Mijn tijd in Todos Santos herinner ik me als de gelukkigste uit mijn leven. Het leven is daar niet hectisch, er is een heel an der besef van tijd. Dat relaxte mis ik hier wel. Als ik ouder ben, wil ik nog wel een keer als Peace Corps-vrijwilliger op pad. Misschien wel als ik oma ben. De oudste vrijwilliger is nu 86." a reageren? spectrum@wegener.nl Patricia Navarrete-Davids (47) üit Stafford. fn 1991 uitgezonden naar de Comoren. „Als je honderd Amerikanen vraagt waar de Comoren liggen, heb je geluk als eentje het weet. Ik moest het ook opzoeken toen ik als 27-jarige hoorde dat het Peace Corps me naar dat land aan de zuidoostkust van Afrika ging uitzenden. Toen ik eindelijk mocht vertrekken, vroeg ik me op het vliegveld af of ik daar wel tampons kon ko pen. Stom eigenlijk, dat je je daar druk om maakt. Na een reis van 36 uur kwamen we aan in de hoofdstad Moroni. De Comoren wor den ook wel het kruideneiland genoemd. Ik vergeet de indringende geuren nooit meer. Net als de tropische hitte, die als een uit New Orleans. In 1961 uitgezonden naar Tanzania. „Ik hoorde bij de allereerste lichting van het Peace Corps. We werden door Kenne dy persoonlijk uitgezwaaid in de Rose Gar den van het Witte Huis. Ik was 23 en stond ineens naast de president. Dankzij hem had ik me ook aangemeld. Kennedy zei: 'Ask not what your country can do for you, but what you can do for your country'. Zijn woorden waren erg motiverend. Ik ging erdoor nadenken: misschien kan ik ook helpen. Ik was de VS nog nooit uit ge weest en sprak geen woord over de grens, maar ik had wel civiele techniek gestu deerd. Een vriend van me haalde me over me aan te melden. De beste beslissing uit mijn leven. In Tanzania leerde ik Swahili. Ik woonde in een buitenwijk van Dar es Salaam en werkte bij openbare werken. Daar leerde ik Tanzanianen hoe ze wegen moesten aanleggen. Daar moet je je niet te veel bij voorstellen hoor, maar ik probeerde het werk naar een iets hoger niveau te tillen. De mensen hadden onze hulp ook echt nodig. Tanzania was een Britse kolonie, maar toen ik er was, werd Tanzania onaf hankelijk. Toen de Britten waren vertrok ken, werkte er bij openbare werken nog maar één lokale bouwkundige. Er werd niet op me neergekeken omdat ik maar een snotneus van 23 was. Ze realiseerden zich dat ik verstand van zaken had. Twee jaar lang bleef ik weg. Zo ging dat toen, we waren pioniers, deden iets compleet nieuws. Toen ik terugkwam, heb ik jaren voor het ministerie van Buitenlandse Za ken gewerkt. Later werd ik directeur van het World Trade Center in New Orleans. De internationale blik heb ik altijd gehou den. Al had ik niet verwacht dat het Peace Corps zou blijven bestaan. Mijn oudste zoon is uiteindelijk ook Peace Corps-vrij williger geworden. Helemaal uit eigen be weging. Hij is als biologieleraar naar Kenia uitgezonden." Gene Schreiber(72)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2011 | | pagina 81