EDITH SCHIPPERS
spectrum 6
Zaterdag 26 februari 2011
Zelfs de broodnodige nachtrust
schiet er soms bij in. „Laatst
kroop Eva (6) voor dag en
dauw bij ons in bed en fluis
terde: 'Mam, ik heb een
nieuw liedje geleerd op school. Zal ik het
voor je zingen?' Om vijf uur 's morgens
kreeg ik een prachtig mini-concert. Die
momenten zijn me heel erg dierbaar."
Nu Edith Schippers is gepromoveerd tot
minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport (VWS) zijn de uren die zij aan haar
gezin kan besteden schaarser dan lithium
of kobalt. Als Tweede Kamerlid voor de
WD en later vicefractievoorzitter lag de
vrije tijd ook niet voor het oprapen. Haar
arbeidsethos, doorzettingsvermogen en ac
curatesse hielden haar meestal tot laat ge
vangen in de parlementsgebouwen. „Ik
heb de afgelopen anderhalfjaar geen va
kantie kunnen vieren. Man en kind zijn af
gelopen zomer zonder mij weggeweest."
Naast haar normale werkzaamheden nam
ze in de onderzoekscommissie-De Wit de
oorzaken van de financiële crisis onder de
loep. Vervolgens secondeerde ze WD-lei-
der Mark Rutte, na de drukke verkiezings
campagne, bij de netelige kabinetsonder
handelingen. Sinds dit najaar heeft ze de
teugels van VWS in handen.
„Het was wel wennen. Als ik 's morgens
op het departement kwam, voelde het een
beetje alsof ik bij mezelf op visite kwam.
In de Tweede Kamer stond mijn deur voor
iedereen open en konden mensen op de
bank ploffen om hun verhaal te doen. Dat
is er nu niet meer bij. Alle dagen zijn van
„De zorg is niet
meer gebaat bij
noodverbandjes,
maar bij
praktische
oplossingen", zegt
Edith Schippers,
minister van
Volksgezondheid,
Welzijn en 'sport
kijken'.
door Ap van den Berg
begin tot eind strak georganiseerd."
Minister worden was niet bepaald haar
meisjesfantasie. Schippers groeide op in
Wachtum (Drenthe) en Driebergen tussen
paarden, honden, kippen, ganzen, konij
nen en ander kleinvee. „Ik had maar één
ding voor ogen: professioneel ruiter wor
den. Daar heb ik letterlijk alles voor opzij
gezet. Zelfs mijn middelbare schooloplei
ding werd tijdelijk op een laag pitje gezet,
van vwo terug naar havo, om te kunnen
slagen in de paardensport. Dag in, dag uit
was ik er druk mee: trainen, concoursen.
Maar mijn ouders hadden niet genoeg geld
om mijn wensdroom te verwezenlijken en
zelf miste ik het benodigde toptalent. Zo
eerlijk moet ik wel zijn." Wat bleef is de
liefde voor paarden. En de wens dierenarts
te worden.
Na de havo pakte ze de vwo-lessen weer
op. Ze werd vervolgens uitgeloot voor de
universitaire studie dierenarts, maar politi
cologie was een tweede passie. „Mijn
ouders waren dan wel geen lid van een po
litieke partij, thuis werd toch veel gespro
ken over politiek en andere actuele onder
werpen. Ook over geloof en evolutie. Over
wat je goede maatschappelijke ontwikke
lingen vond en slechte." Door die opvoe
ding heeft ze geleerd te zeggen waar het
op staat. „Ik ben heel direct".
„Hoe het met de zorg is gesteld? Het afgelo
pen decennium hebben mijn voorgangers
allerlei veranderingen aangekondigd en
doorgevoerd, maar het is halverwege ge
stokt. Mensen in de geestelijke gezond
heidszorg moeten werken met twee ver
schillende administratiesystemen. Gek
worden ze ervan. En gedemotiveerd. De
ziekenhuizen hebben geen goed financie
ringssysteem. We staan voor de vraag:
moeten we ziekenhuizen aan banden leg
gen met een budget of krijgen ze prestatie
beloning? Mogen ze de winst houden of
moeten ze die inleveren? Specialisten wer
ken voor een groot deel verplicht met vas
te prijzen, terwijl vrije prijzen en andere
methoden beter zijn voor instelling en pa
tiënt. Verbeteringen voor de zorg komen
nu niet van de grond."
Ze is vast van plan de sector de sporen te
geven. „Zorg moet gaan werken. We moe
ten de boel van z'n plek trekken. Zorg is
niet meer gebaat bij noodverbandjes of oe
verloze semi-ideologische debatten, maar
met praktische oplossingen. Daar zal ik me
voor inzetten, in samenspraak met de men
sen in de zorg zelf"
De gezondheidszorg komt er in vergelij
king met andere departementen goed van
af. Het budget van haar ministerie, 65 mil
jard euro, mag de komende kabinetsjaren
zelfs flink groeien. Alle andere bewindsper
sonen moeten bezuinigen. „De zorg krijgt
er 15 miljard bij. Dat is ook wel nodig, ge;
zien de vergrijzing. Mensen worden ouder.
Daar werken we elke dag aan, maar het
brengt ook financiële dilemma's met zich
mee. De premies van de zorgpolissen zul
len de komende tijd alleen maar stijgen.
Daar moeten de mensen zich op instellen.
Het is mijn plicht ervoor te zorgen dat ie
dere premie-euro goed wordt besteed."
Intussen is de zorg op het platteland sterk