spectrum 10
Slapend rijk
Zaterdag 19 februari 2011
STANDPLAATS
Nummer twee! Sinds maandag is het
officieel: China is na de Verenigde
Staten de grootste economische
macht op aarde. Het land heeft de
gestreste, hardwerkende Japanners naar de
derde plaats verdreven. Hoe hard moeten Chi
nezen dan wel niet werken? Niet bijzonder
hard, is de indruk die je krijgt als je hier stad
en land doorkruist. Overal en op elk moment
van de dag zie je mensen slapen. Terwijl het
mij soms moeite kost het lawaai van een stad
van 23 miljoen mensen te negeren, doet het
de autochtonen blijkbaar niets. Zonder enige
vorm van schaamte slaapt een Chinees waar
het maar kan. Lawaai? Maakt niet uit Geen
hangstoel of bed in de buurt? Geen probleem.
Een beschut plekje ontbreekt? Dan ga je
gewoon lekker in je bakfiets liggen op
de hoek van een druk kruispunt. Dat het
spitsuur is en duizenden voorbijgangers
in je gapende mond turen, is niet jouw
probleem.
Twee jaar geleden zat ik tegenover de
pitsstop tijdens de Formule 1 in Sjang
hai. Er scheurden 20 raceauto's 56 keer
voorbij. Het lawaai was zo luid, dat er bij
de ingang van het circuit oordopjes wer
den uitgedeeld. Wat deed mijn buurman
op de tribune? Slapen. Met oordopjes in,
dat wel.
Kort daarvoor, een filiaal van koffieke-
ten Starbucks in Peking. Op een tafeltje
twee politiepetten. In de fau
teuils eromheen lagen twee
agenten, midden op de dag,
zorgeloos te slapen. Niemand
die er acht op sloeg.
Vorig jaar: de wereldtentoon-
stelling in Sjanghai. Het Neder-
landse paviljoen was uiterma
te populair. Niet in de laatste plaats dankzij de
schaduw van de huisjes die in de lucht hingen
en zorgden voor een koele schaduw op het
kunstgras eronder. Perfecte slaapplek voor
tientallen Chinezen tegelijk, bleek elke dag op
nieuw.
Ik kwam bouwvakkers tegen, die werkten aan
het herstel van afgebrokkelde stukken Chine
se Muur: slapend. Een bewaker langs de be
roemde rivieroever in het centrum van Sjang
hai zit in zijn glazen huisje, slapend. Een me
dewerker van McDonald's sliep leunend op
een tafeltje, niet in de personeelsruimte, maar
gewoon tussen de eters. Niemand die het
vreemd vindt
De Nederlandse baas van Tribal, een bedrijf in
Sjanghai dat websites bouwt, heeft zijn perso
neel expliciet moeten verbieden op kantoor te
slapen. „Meerdere keren kwam ik op het werk
en zag ik mensen met het hoofd op het bu
reau liggen. Ik heb geen flauw idee waarom
ze altijd willen slapen. Je ziet het overal: op
kantoren, in restaurants, overal slapen Chine
zen!"
Misschien is het de 'ye jiao teng', de 'wijnstok
van de nacht'. Het is een Chinees kruid dat
'het hart en de zenuwen tot rust brengt', aldus
de informatie van een apotheek. 'Gebruik met
zorg', wordt erbij vermeld. 'Het medicijn kan
dufheid veroorzaken'. Er is zelfs een website,
sleepingchinese.com, waar al bijna twee mil
joen mensen hebben gekeken naar zevenhon
derd foto's van slapende Chinezen. 'De rust,
de flexibiliteit en het aanpassingsvermogen
van de mensen die samen verantwoordelijk
zijn voor de wederopstanding van China fasci
neert me', schrijft de Duitse fotograaf Bernd,
die in Sjanghai woont
Fascinerender is de vraag: hoe kan een land
economisch zo sterk groeien, terwijl iedereen
ligt te slapen? Wie het over de groei van Chi
na heeft, vervalt makkelijk in clichés als 'de
draak ontwaakt'. Wie er rondloopt, ziet dat
die draak vooralsnog heerlijk slaapt. Het
wordt hier pas echt interessant als de wekker
gaat en de 1,3 miljard Chinezen op jacht gaan
om nummer 1 te worden.
'Wat doet die
stierenvechter
met zijn pistool in
het parlement?'
De stemming over de benoe
ming van de nieuwe premier
Leopoido Calvo Sotelo is
net begonnen als op 23 fe
bruari 1981 een groep mili
tairen schreeuwend en schie
tend het parlement binnen
valt. Het is zes jaar na het ein
de van de Franco-dictatuur.
De Kamerleden zoeken in pa
niek dekking. Ze worden ze
ventien uur lang gegijzeld
door een paar honderd mili
tairen onder leiding van luite
nant-kolonel Antonio Tejero
(foto rechts).
Na de eerste bange minuten
bestijgt een officier van de
Cuardia Civil het spreekge
stoelte. Hij roept dat ieder
een zich rustig moet hou
den. „Binnen een kwartier, of
TT "TT et ergste was dat het
II volk niet reageerde",
zegt Javier Cercas, au-
I teur van het onlangs
■JL JL ook in het Nederlands
verschenen boek Anatomie van een mo
ment. Daarin schildert hij een aangrijpend
portret van de gebeurtenissen op 23-F
(23 februari 1981), zoals de Spanjaarden de
dag van de staatsgreep noemen.
Het land begon zich voorzichtig te ont
worstelen aan veertig jaar dictatuur onder
generaal Franco. De nieuwe grondwet die
in 1978 per referendum was aangenomen,
bleek voor velen nog onwennig. Deze
kreeg pas echt betekenis toen de nog jonge
koning Juan Carlos in een televisietoe
spraak de militairen terugstuurde naar de
kazernes door zich te beroepen op die
nieuwe constitutie, waarin de democratie
van Spanje was geregeld.
Voor de jongste generatie Spanjaarden is
de staatsgreep niet veel meer dan een feit
uit de geschiedenisboekjes. Ze herkennen
de excentriek uitgedoste luitenant-kolonel
van de Guardia Civil, Antonio Tejero Moli
na, die wild in het rond begon te schieten,
nauwelijks als hun eigen landgenoot. Maar
de omstandigheden waaronder die coup
plaatshad, is voor veel jonge Spanjaarden
wel zeer herkenbaar.
De huidige economische crisis en de rancu
neuze verdeeldheid van de politici, over
welke kwestie dan ook, doen veel Spanjaar
den denken aan die roerige periode, dertig
jaar geleden.
„De dictatuur was natuurlijk niet goed,
maar de democratie heeft ons ook weinig
goeds gebracht", zegt de teleurgestelde
42-jarige loodgieter Andreu Hernandez uit
Catalonië. Hij is niet de enige. Het volk
heeft de buik vol van het eeuwige geruzie
van de bestuurders. De waardering voor
de twee belangrijkste politieke voorman
nen, premier José Luis Rodriguez Zapatero
(socialist) en oppositieleider Mariano Ra-
joy (conservatief), is nog nooit zo laag ge
weest.
Tijdens drie decennia democratie is het
Spanje niet gelukt zijn verleden te verwer
ken. De bloedige burgeroorlog die in 1936
het land in tweeën scheurde en de veertig
jaar rechtse dictatuur die daarop volgden,
blijven de Spanjaarden ook nu nog achter
volgen. De scheidslijn loopt dwars door fa
milies, vriendenclubs en dorpsgemeen
schappen heen: je was republikein of natio
nalist. Politici gebmiken die tegenstellin
gen als brandstof voor hun campagnes.
Elk jaar met de herdenking van 23-F dui
ken de controverses weer op. Het postmo
derne fascisme leeft volop en breidt zich
uit als een epidemie, schrijft publicist en
journalist Jesüs Ruiz Mantilla. „Twee keer
heb ik me geschaamd dat ik Spanjaard
ben. De ene keer was toen Tejero het parle
ment binnenviel. De andere keer toen on
derzoeksrechter Baltasar Garzón vorig jaar
werd aangeklaagd door de ultrarechtse Fa-
lange en aanverwante groeperingen, om
dat hij een onderzoek wilde instellen naar
de slachtoffers van de burgeroorlog en de
oorlogsmisdaden van het Franco-regime."
Garzón kreeg internationale bekendheid
door de arrestatie van de Chileense dicta
tor Pinochet. Zijn hele loopbaan al pro
beert hij de waarheid over de donkerste pe
riode uit de Spaanse geschiedenis boven
water te halen. Vorig jaar werd hij op dra
matische wijze buitenspel gezet door een
breed complot van intriges, waarbij zelfs
hoge rechters waren betrokken.
Volgende maand moet Garzón zelf voor
de rechter verschijnen op beschuldiging
van machtsmisbruik. Ook zou hij illegaal
telefoons van verdachten hebben laten af
luisteren en zou hij bepaalde inkomsten
niet hebben opgegeven aan de belasting
dienst. Het zijn verdachtmakingen die in
stelling zijn gebracht door het meest recht
se deel van de natie onder leiding van de
Madrileense media. Het blijft niet bij ver
baal geweld. Hij en zijn familie worden
voortdurend met de dood bedreigd. Sinds
zijn schorsing werkt Garzón als adviseur
bij het Internationaal Gerechtshof in Den
Haag. Ook daar is hij niet veilig. Een half
jaar geleden moest hij, na een tip van de
FBI, onderduiken omdat de internationale
neofascistische organisatie Combat 18 hem