zeeland 123
maakt 'spatzuiver' romandebuut
Houding oppositie Sluis te begrijpen
Fragment uit de roman
'De Verzonken Jongen'
Oost-Zeeuws-Vlaanderen
'Er zijn 1,2 miljoen Nederlanders die schrijven,
maar niet worden uitgegeven' jan vantoortelboom
dinsdag 4 januari 2011
Vlietstraat 15,Tcmeuzen
Tel. 0115-614082
Bij ziekenhuis "De Honte"
door Harold de Puysseleijr
Nooit eerder had Jan
Vantoortelboom (35)
uit Ossenisse ook
maar één zin gepubli
ceerd. Toch maakt
hij over enkele maanden zijn offi
ciële debuut als romanschrijver.
Zijn uitgever prijst 'De verzonken
jongen' bij de boekhandelaren aan
als een 'spatzuiver debuut over het
verlies van onschuld'. Zelf was de
bescheiden nieuwbakken auteur
er vooral heel erg verbaasd over,
dat zo'n grote uitgeverij als Con
tact zijn boek in een eerste druk
van 1500 exemplaren in Neder
land en België op de markt brengt.
„Ik heb eens ergens gelezen, dat er
1,2 miljoen Nederlanders zijn die
schrijven, maar nooit worden uit
gegeven. De kans dat je boek gepu
bliceerd wordt, is dus enorm
klein." Hij kwam er terecht nadat
hij twee jaar geleden een ruwe ver
sie met de eerste vijftig pagina's
van zijn boek opstuurde naar een
manuscriptbeoordelingsbureau.
„Daar hebben ze me van advies
voorzien en vervolgens heb ik het
lang laten liggen in verband met
beslommeringen rond de bouw
van ons huis. Vorig jaar heb ik het
herwerkt en opnieuw via dat ma
nuscriptenbureau ben ik bij Con
tact geraakt. Na mijn eerste be
zoek aan Contact in januari 2010
heb ik 'in the flow' in drie weken
tijd de resterende 150 bladzijden
geschreven."
Inspiratie put hij uit zijn rijke fan
tasie, een eigenschap waar hij al
als kind over beschikte. „Ik zat al
tijd met mijn gedachten ergens an
ders. Ze noemden mij op de lagere
school een dromer en een fliere
fluiter en die kwalificaties werden
als zwakke punten beschouwd.
buutroman, een werk dat als ma
nuscript oorspronkelijk 'Mensen
van het heimwee' heette. De keu
ze viel uiteindelijk op de zelfgeko
zen titel 'De verzonken jongen',
o'mdat die vlag de lading toch het
meest compleet dekte. Het zorgelo
ze en beschermde leven van twee
jonge broers uit het West-Vlaamse
dorp Elverdinge wordt ruw ver
stoord als hun grootvader zich ver
hangt en hun moeder door ziekte
komt te sterven. Zo worden ze ge
confronteerd met de rauwe werke
lijkheid van het bestaan en met de
Dat ik juist met die eigenschappen
heb bereikt dat ik nu mijn debuut
als romanschrijver mag maken,
vind ik uitermate grappig."
Natuurlijk las hij altijd al graag,
maar de denkomslag dat hij ook
zelf zou kunnen gaan schrijven,
maakte hij pas zo tegen het einde
van zijn studie. „Hoewel schrijven
ergens altijd wel een stille passie
van me is geweest."
De vroege dood van zijn moeder
en het verlies van onschuld zijn
thema's in Vantoortelbooms de-
waarheid die niet langer verbor
gen kan blijven.
De schrijver haast zich te zeggen
dat de mensen vooral niet moeten
denken dat hij een waargebeurde
geschiedenis vertelt. „De slagers
vrouw in Elverdinge meende zich
zelf al te herkennen in het frag
ment op de website en voelde zich
geaffronteerd. Hier en daar ge
bruik ik natuurlijk waargebeurde
feiten en kenmerken van mensen
die ik heb gekend of nog steeds
ken, maar wat echt of niet echt is
gebeurd, is bij fictie irrelevant."
De liefde bracht de West-Vlaming
naar Ossenisse. Zijn echtgenote Pa
tricia Seij komt uit het nabijgele
gen Kloosterzande en houdt daar
ook praktijk als huisarts. Ze von
den elkaar in Gent, waar zij medi
cijnen studeerde en hij Germaan
se filologie (Engelse en Nederland
se Taal- en Letterkunde). „Ik ben
mijn vrouw gevolgd", verklaart hij
de verhuizing naar Zeeuws-Vlaan-
deren. Bondig en duidelijk. De
West-Vlaamse inborst vertoont
volgens hem veel overeenkomsten
met de Zeeuws-Vlaamse. „De men
sen zijn er doorgaans van weinig
woorden, harde werkers en als je
ze éénmaal goed leert kennen ui
terst meegaand en betrouwbaar."
Daar in de polder is hij behalve
echtgenoot en vader tevens 'half-
tijds huisman, keuterboer, kuiken
kweker en kasseienbeuker'. Boven
dien geeft hij enkele dagen Engelse
les aan de Hogeschool Zeeland.
„Dat later als ik er niet meer ben
mijn kinderen toch mijn boeken
nog kunnen vasthouden", noemt
hij een van de drijfveren van zijn
schrijverschap.
'De Verzonken Jongen' kost 9,95
euro en is al te reserveren, onder
andere via bol.com.
Dit is een fragment uit de debuutroman
'De Verzonken Jongen' van Jan Vantoortel
boom uit Ossenisse:
Ik fietste op mijn gemak verder door de
dreef, tot ik in de Vlamertingestraat eindig
de, om daar een scherpe bocht naar rechts
te pakken. Een grijze Jeep claxonneerde on
gedurig toen ik net iets te veel naar het mid
den van de weg zwenkte. De chauffeur stak
zijn vuist op en ik zag zijn lippen woorden
vormen toen hijvoorbijraasde. Een soort
van nijdig onderwaterlied van een bebaar
de zeemeerman, een ballade voor dove
mensen. Even later parkeerde ik mijn fiets
vloekend tegen de zijgevel van de beenhou
werij. Er stonden wel zes vrouwen te wach
ten. Het koper van de deurbel klingelde
overdreven en alle hoofden wendden zich
om.
'Ah, Stoffeltje!' zei de slagerin.
Ik bloosde. Ik wilde geen schelle boeren-
worst.
'Wil je een schelle?'
Mijn tanden knarsten.
'Dank u wel,' zei ik.
'Is dat nu een ja of een nee?' zei ze voor ie
dereen.
Ik vond dat ik weeral lang genoeg in het
brandpunt van de belangstelling had ge
staan en antwoordde met een volmondig
ja. 'Het lijkt wel alsof er een dweil in je
mond zit vandaag, Stoffeltje,' zei ze breed la
chend.
Haar gouden tand blonk in het zonlicht. De
vrouwen gniffelden. Ik voelde me belaagd
door een stel heksen en durfde amper om
me heen te kijken. Er was een natte grijze
vlek zichtbaar op haar slagersschort, precies
daar waar haar linkertepel had moet zitten.
Heksenmelk uit haar borsten gekneed door
de duivel. Haar ogen waren vlijmscherp.
'Is je pépé nog altijd ziek?' vroeg de heks in
de hoek.
De proefdruk van De Verzonken Jongen' verschijnt de
ze maand. foto uitgeverij Contact
De Sluise oppositie is het
beu, en laat dat weten. Of
het verwijt nu terecht is of
niet; coalitie en college heb
ben die reactie grotendeels
over zichzelf afgeroepen.
De Sluise oppositiepar
tijen Nieuw Gemeente
belang, Lijst Babijn en
Helder Zeeuws zijn de
houding van coalitiepartijen en
college zat. Ze verwijten de twaalf
raadsleden van de coalitie en ook
burgemeester en wethouders dat
ze niet naar hen luisteren en een
door Martijn de Koning
arrogante houding aannemen. Die
reactie is best te begrijpen. Tijdens
de vergadering over de begroting,
een paar maanden geleden, weiger
den de vijf coalitiepartijen om
voorstellen van de oppositie in be
handeling te nemen. De leden van
de drie fracties hadden er vooraf
heel wat werk van gemaakt, en
dus hun taak als politici serieus ge
nomen. Maar de coalitie stelde
droogjes vast dat er later een kern
takendiscussie volgt en dat het de
bat dan pas wordt gevoerd. De 'be
langrijkste vergadering van het
jaar' was daardoor na drie kwar
tier klaar. Het zou fatsoenlijk ge
weest zijn vooraf de oppositie op
de hoogte te stellen van die opstel
ling. Die had dan wat anders kun
nen doen dan kansloze en nuttelo
ze voorstellen schrijven.
Ook in persoonlijk opzicht kan de
houding van een aantal coalitiele
den wel wat verbeteren. Als raads
lid Francois Babijn nog maar het
woord neemt, beginnen sommige
mederaadsleden al te zuchten of
meesmuilend te lachen. Je zou om
minder geloven dat je niet hele
maal serieus wordt genomen.
Begin vorige maand was er vervol
gens het verzoek van de oppositie
aan B en W om de provincie een
brief te sturen met de mening van
de Sluise raad over onteigening in
het plangebied Waterdunen. Dé
kans voor coalitie en college om
het sluimerend wantrouwen van
de oppositiepartijen de kop in te
drukken. Een brief naar Middel
burg met de mededeling dat de
Sluise raad liever geen onteigening
in het plan Waterdunen ziet, had
niemand kwaad gedaan. Het colle
ge liet het na en versterkte daar
mee onnodig het gevoel van de op
positie dat ze niet serieus wordt ge
nomen.
ANALYSE