boeken41 Jonathan Franzen blijft een gezinsman John le Carré kruipt weer onder de huid van de lezer ONS SOORT VERRADER maandag 15 november 2010 Jonathan Franzen praat niet graag over zijn werk. Hij lieeft een hekel aan aflei dende geuren en geluiden en zijn boeken worden soms veel te ernstig opge vat. Maar als hij schrijft, kan hij soms echt gelukkig zijn. door Arie Storm Jonathan Franzen werd beju beld om zijn roman De correc ties. De roem is niet minder na het recent verschenen Vrijheid. Net als in De correcties, speelt ook in Vrijheid een gezin de hoofdrol. Waarom schrijft hij toch altijd over gezinnen? „Ben jij soms in een fles opge groeid", antwoordt de Amerikaan se schrijver. Franzen vervolgt: „Je moet overal maar de humor van proberen in te zien.Thuis lachen we veel, mijn vriendin en ik. Ik ben een beetje neurotisch. Ik kan niet goed tegen geuren en gelui den. En iedereen heeft wel een geur of maakt geluid. Je moet daar met humor mee zien om te gaan." Franzen vertelt over een apparaat dat hij thuis heeft en waarmee hij bijna al het geluid uit zijn omge ving weg kan filteren. Volgens Franzen is het apparaat zeker geen science fiction: „Al het geluid wordt tot 10 procent gereduceerd. Het wordt een soort zoem. Dat is nog steeds vervelend, maar het is te doen. Zo'n zoem leidt me niet al te veel af." Jonathan Franzen (1959) heeft ne gen jaar aan Vrijheid gewerkt. „Ik kwam eerst niet zo goed op gang. Ik deed niets. Op een gege ven moment heb ik maar een con tract getekend voor het boek. Een jaar geleden of zo moest ik wel aan de slag. Vervolgens is het snel gegaan. Ik begin altijd gewoon bij het begin en dan tik ik door tot het af is. In dit geval was dat zo'n zeshonderd pagina's verder. En daar kan ik dus weinig geluid bij gebruiken. „Schrijven is voor mij een soort luisteren. Ben ik eenmaal goed be zig, dan ben ik zeer geconcen Jomatham Franzen: „Ik heb niets te vertellen, wil via mijn boeken niets veranderen. Ik wil mensen die mij lezen een leuke tijd bezorgen. Dat is het eigenlijk wel." foto Merlijn Doomernik/GPD treerd. Dan luister ik naar wat mijn personages zeggen en den ken. „De stem van Patty Berglund (een van de hoofdpersonen in Vrijheid, red.) kwam in de derde persoon tot mij. Ik hoorde haar over zich zelf zo spreken en schrijven. Op die manier is die vorm, die toon met de stukken over haar in het boek ontstaan. Ze schrijft haar ei gen biografie. Dat geeft een humo ristische afstand. Ze ziet het bela chelijke van haar eigen situatie in." Hoewel zijn romans uiteindelijk een behoorlijke omvang hebben, werkt hij niet met schema's, ver telt Franzen. Ja, af en toe noteert hij een krabbeltje. Maar omdat hij toch in één ruk naar het einde toe stoomt, is dat niet nodig. Om het voor zichzelf een beetje leuk te houden, probeert hij alles zo vermakelijk mogelijk op te schrijven. „Ik schrijf over allerlei ongemakkelijke en problematische zaken. Doe je dat op een recht streekse manier, dan is er niet veel aan. Niet voor mij en niet voor de lezer. Ik heb niets te vertellen, ik heb geen boodschap, ik wil nie mand iets leren. Ook wil ik via mijn boeken niets veranderen. Ik wil mensen die mij lezen een leu ke tijd bezorgen. Dat is het eigen lijk wel. „Ik wil dat mijn boeken gelezen worden en dat je dan dus een fijne tijd hebt. En een paar jaar later lees je een boek van mij opnieuw, het doet weer iets anders met je, maar opnieuw heb je een fijne tijd. Veel meer is het niet." We komen over Charles Dickens te spreken. Franzen legt uit dat Dickens gek moet zijn geweest op zijn eigen personage Little Dorrit, uit de gelijknamige verhalenreeks. „Daar moet hij echt verliefd op zijn geweest, op een seksuele ma nier. Zoals hij haar beschrijft! Ja ren geleden, ik was bezig met mijn tweede roman, dat was vóór De correcties, had ik een erotische droom over een vrouwelijk perso nage in dat boek. Ik werd wakker naast mijn eigen vrouw. Dat was vreemd." Vanaf dat moment had de toen nog niet beroemde schrijver dus een huwelijksprobleem. „Ja!", zegt Franzen. „Dat is precies wat ik tegen haar zei toen ik wak ker werd na die droom: we heb ben een probleem. Niet lang daar na zijn we uit elkaar gegaan. „Het echte leven is niet genoeg voor ons, schrijvers. Misschien is het voor niemand genoeg, maar voor ons zeker niet. En daarom schrijven we. Als je schrijft, kun je soms gelukkig en vrij zijn. Mijn ro mans worden vaak zo ernstig geno men. Er moet wat meer worden gelachen. Ook als ik voorlees, is het vaak doodstil. Dat is vreemd. Literatuur is niets als het niet op de een of andere manier geestig is." Jonathan Franzen: Vrijheid Vertaald door Peter Abelsen, Prometheus, 19,95 euro. Q) John le Carré - Ons soort verrader (Vertaling Rob van Moppes), Sijthoff, 19,95 euro. door Hans Knegtmans Bij elke roman die John le Carré uitbrengt, sta ik perplex dat ie mand zo prachtig kan schrij ven. Mijn enige verklaring hiervoor is dat elke nieuwe Le Carré, ook door dat de schrijver in zijn latere werk geen vaste hoofdpersoon gebruikt, volstrekt uniek is. Thematisch en sti listisch, al worden zijn boeken ge makshalve als spionageroman gepre senteerd. Zelfs binnen één en hetzelf de boek varieert hij, beter dan welke collega ook, zijn schrijfstijl. Afhanke lijk van wiens perspectief hij han teert en het soort gebeurtenis dat hij onder de loep neemt. In Ons soort verrader beschrijft hij de natte tennisfinale van Roland Garros in 2009. Federer wint in straight sets van Söderling. Het is een ongelijke strijd: God tegen iemand van vlees en bloed. Die paar bladzijden illustre ren perfect het verschil tussen een sportjournalist en een begenadigde romancier. Roland Garros is de plaats waar Per ry Makepiece heeft afgesproken met de Russische zakenman Dima, naar eigen zeggen de beste witwasser ter wereld. Tijdens een tennisvakantie op Antigua raakten de universitair docent en zijn vrouw, advocate Gail Perkins, in de ban van de hartelijke Rus en zijn familieschare. Zozeer zelfs dat ze een goed woordje voor hem wilden doen bij de Britse gehei me dienst. Dima's plan: met zijn gezin een veilig heenkomen zoeken in En geland, waar de Russische maffia, die hem wil ver moorden, geen greep op hem heeft. Als tegenpresta tie kan hij bewijsstukken overleggen van frauduleu ze samenwerking van Rus sische gangsters, de rege ring in Moskou en een handvol prominente leden van de Britse elite. Geheim agent Hector en zijn rechter hand Luke - die op elke mooie vrouw verliefd wordt, dus ook op Gail - zien wel heil in de onderne ming, waarna Perry en Gail naar Pa- rijs vertrekken om daar on der leiding van Luke Di ma's desertie voor te berei den. Le Carré laat zien hoe je een goede misdaadroman schrijft. Het is een bizarre gewaarwording hoe hij in een montere, soms bijna baldadige schrijftrant on der de huid van de lezer kruipt. We weten dat Di ma's leven aan een zijden draadje hangt en we zouden het hem en zijn familie gunnen als ze gelukkig kon den worden in hun nieuwe vader land. Toch is Ons soort verrader in al zijn opgewektheid een onnoemelijk treurig boek.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 79