io I overwinteraars Zodra er ganzen Nederland is een ganzenland. Het gaat goed met de vogel: het aantal ganzen stijgt nog altijd. Dat zorgt voor dilemma's over natuurbehoud en schadebeperking. Afschieten helpt niet. Ze merken het als er ruimte is voor meer soortgenoten Dio Hornman (62) is al twaalf jaar vrijwillig 'ganzen- teller'. „Tussen twaalf en twee is het tijd voor pauze, dan slapen ze." vrijdag 24 september 2010 Wat doen we met de gans? door Dewi Gigengack Het wordt kouder en dus duikt een typisch Neder lands verschijnsel weer op: de gans. De vogel komt vanaf volgende maand in groten getale vanuit het hoge Noorden naar hier om te overwinteren. Hoewel de overvliegende V-forma- ties en de massa's ganzen op wei landen voor velen een prachtig ge zicht zijn, zorgt de vogel vooral bij boeren ook voor veel ergernis en frustratie. Het dier veroorzaakt na melijk forse schade aan landbouw gewassen. Elk jaar vertrekken bijna drie mil joen kolganzen, brandganzen, riet ganzen, grauwe ganzen en rotgan zen uit het poolgebied om in Euro pa te overwinteren. Bijna twee mil joen vogels vliegen naar Neder land, vanwege het goede voedsel (vooral gras) en het platte land schap waardoor ze vijanden als de vos kunnen zien aankomen. Maar ook omdat er in Nederland veel water is, en water betekent veilig heid voor ganzen. „Nederland heeft een grote inter nationale verantwoordelijkheid voor het voortbestaan van de gans", zegt Marieke Dijksman van de Vogelbescherming. Niet dat het slecht gaat met het dier, er komen er juist steeds meer bij. „Maar het huidige beleid om ganzen op te vangen en schade aan boeren te vergoeden, werkt niet. Er worden onnodig veel ganzen gedood, zo'n ïoo.ooo per jaar. Dat is zelfs meer dan toen de jacht op ganzen nog geopend was." Sinds 2003 mogen ganzen in be paalde gebieden niet gestoord wor den. Boeren die hun land beschik baar stellen als 'foerageergebied', krijgen een vergoeding. Schade krijgen ze ook vergoed. Buiten de opvanggebieden mogen ganzen wél verjaagd en gedood worden. Schade wordt alleen ver goed als eerst alles is gedaan om die te voorkomen. Het is een duur systeem: de over heid is er jaarlijks gemiddeld 17,5 miljoen euro aan kwijt, waarvan bijna 10 miljoen aan schadevergoe dingen. Omdat er steeds meer gan zen komen, zij langer blijven en ge- wasprijzen stijgen, zal dit beleid in 2015 bijna 29 miljoen euro kosten, becijferden het Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM) en het Landbouw Economisch Insti tuut (LEI) afgelopen maart. De onderzoekers pleiten ervoor de foerageergebieden en de vaste ver goedingen af te schaffen. Ganzen mogen overal verjaagd worden maar niet afgeschoten en schade wordt altijd uitgekeerd. Het zou de overheid tot 8 miljoen euro per jaar kunnen besparen. Een goed plan, vindt de Vogelbe scherming. „Laat ganzen met rust en betaal gewoon de schade", zegt Dijksman. „Ganzen horen bij Ne derland. Bovendien neemt de scha de door het verjagen alleen maar toe: ganzen verbruiken door het wegvliegen extra energie die ze weer moeten aanvullen." Peter de Koeijer van de Land- en Tuinbouworganisatie Nederland vreest dat de schade straks op het bordje van de boeren komt. „Er worden namelijk ook alternatie ven genoemd zoals het verhogen van het eigen risico bij schade en het invoeren van een verzekerings systeem." Maar wat hem het meest stoort, is dat er vooral naar de overwinteren de ganzen wordt gekeken. „Terwijl de ganzen de hier het hele jaar door verblijven, veel schadelijker zijn." Van april tot oktober zijn er zo'n 300.000 ganzen in Nederland, en dat aantal groeit sneller dan de po pulaties die alleen komen overwin teren. Ook op het land van De Koeijer strijken jaarlijks duizenden ganzen neer. „In het voorjaar zijn de gewassen kwetsbaarder en zijn er kostbare groentes, waardoor de schadebedragen hoger uitvallen." Volgens de agrariër is het verklei nen van die populatie de oplos sing, oftewel eieren rapen en gan zen afschieten. Dat zomerganzen relatief veel schade veroorzaken, klopt, stelt Berend Voslamber van vogelonderzoeksorganisatie SOVON. „Maar afschieten helpt niet. Je zou het wel denken, maar op de lange termijn heeft het geen effect." Ganzen hebben namelijk een me chanisme dat daar op inspeelt. Zo dra ze merken dat er ruimte is voor meer soortgenoten, gaan ze het afschieten compenseren met meer jongen of op een jongere leef tijd beginnen met broeden. Voslamber: „Je blijft dus bezig. Al leen als je jarenlang óveral en al tijd schiet, merk je er iets van. Maar dat is onuitvoerbaar en on wenselijk. Bovendien zorgt afschie ten voor onnodig dierenleed. Vaak worden dieren wel geraakt, maar niet gedood. Een deel daarvan sterft later alsnog. Overlevers kun nen vaak, vanwege verwondingen aan de vleugels, nooit meer vlie gen." Elk jaar eind september, be gin oktober, speurt Dio Hornman de lucht boven zijn woonplaats Den Bosch af naar de bekende V-forma ties. Ook kijkt hij elke dag even op een speciale website over ganzen- waarnemingen. „Zodra er ganzen zijn gespot, ga ik er op uit." Gewapend met een telescoop en een telefoon met GPS-fiinctie rijdt hij naar weilanden waarvan hij weet dat er vaak ganzen komen. „Dan blijf ik even stilstaan zodat de ganzen aan de auto kunnen wennen. Ze zijn schuw, als je di rect het raampje open doet en de telescoop pakt, vliegen ze weg."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 10