4l Yleugeüurfflr Ui MiAdeihwa Ja, ik hou van deze boom. Voor hovenier Pieter Simonse is dat een logische uitspraak, als hij het over 'zijn' vleugelnoot heeft. Een van zijn collega's omarmde elke dag zijn lievelingsboom, voordat hij naar huis ging. „Dan blijft hij leven, was zijn commentaar. Het heeft niet geholpen, die boom is toch gestorven", zegt Pieter. „Deze vleugelnoot gelukkig nog niet. Ik denk dat hij nog wel eeuwen meekan." dinsdag 14 september 2010 Hoe ouder Pieter heeft het over de eeuwenoude vleugelnoot (Pterocarya Fraxinifolia) die in de tuin van het verzorgingshuis 't Gasthuis in Middelburg staat. Het is een van de dikste bomen in Ne derland en in zijn soort vermoedelijk de oud ste. Vermoedelijk, want over de leeftijd van deze vleugelnoot zijn de meningen verdeeld. Pieter Simonse houdt het op 350 jaar. „Dat staat in een boekje van C.G. de Bruijn, oud directeur van dit verzorgingshuis", zegt hij. In een ander boekje, over wandelingen in Middelburg langs monumentale bomen, gaan de schrijvers uit van 450 jaar. Ze houden nog wel een slag om de arm. Ze sluiten niet uit dat het zaad van de boom in 1872 uit Perzië is ingevoerd. Maar de boom oogt ouder. Voor mevrouw Teijn doet het er niet zoveel toe hoe oud de boom is. Zij is bewoonster van 't Gasthuis en rijdt zo vaak als ze kan met haar rolstoel naar de boom. „Het is een stokoude boom, die mooier wordt naarmate hij ouder wordt. Kijk maar naar die diepe groeven en ribbels en die prachtige volle kroon met dicht bladerdak." Ze zoekt de schaduw van de boom op, zodra het aan de voorkant van 't Gasthuis te warm is. „Het is hier altijd heerlijk koel, je kunt er met veel mensen tegelijk onder zitten en de boom heeft grappige trossen en intens groene, een soort gevederde, bladeren. Deze boom gaat nog heel wat jaartjes mee. Kijk maar hoe robuust hij is en stabiel hij erbij staat." Ze moet glimlachen als ze hoort dat de hove nier van de boom houdt. „Ik heb dat niet zo met deze boom. Wel een beetje met de boom die in mijn eigen tuin staat." Die is mooi, omdat die haar aan gebeurtenissen uit het ver leden herinnert. „Ik gooide vroeger de zaadjes de lucht in en die kwamen als helikoptertjes naar beneden." Deze vleugelnoot is erg fotogeniek en indruk wekkend met zijn forse zijtakken die haast horizontaal staan. Als je de boom voor de eerste keer ziet, valt de kurkachtige gegroefde en holle stam op. Pieter heeft de omvang op een meter hoogte opgemeten en komt uit op 9,60 meter. De hovenier knipt overhangende takken weg en hout dat in de weg hangt. „Voor de rest doe ik er niet veel aan. Van de grote takken blijf ik af. Deze boom wordt in de gaten gehouden door de Bomenstichting." Het is duidelijk, de vleugelnoot wordt gekoes terd. Om tegen stormen bestand te zijn en de boom voor inscheuren te behoeden, zijn enkele metalen pinnen in de boom geslagen. Mevrouw Teijn hoopt er nog lang van te genie ten, al hoopt ze spoedig 't Gasthuis te kunnen verlaten. Er wordt naar een kleiner huis voor haar gezocht, waar ze zelfstandig kan wonen. Ze zou dan een van de worteluitlopers van deze vleugelnoot kunnen meenemen. Drie kleine boompjes staan in de tuin. „Als dat mag van de directie dan doe ik dat." Edith Ramakers ^itrss ft- Foto uiterst links: metalen pinnen voorkomen dat de boom scheurt. Links: zelfs een trosje met zaad is fotogeniek Foto rechts: een volle kroon met dicht bladerdak

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 44