spectrum 4
Trekvogels op de slaapplaats
Veldzicht, in naam en panorama
Zaterdag 4 september 2010
Oeverzwaluw
Eén van de grootste charmes van het vogels kij
ken is dat je nooit weet wat je tegenkomt als je
op pad gaat. Vogels zijn mobiel en ze trekken
over grote afstanden, zodat je de ene keer een
dwaalgast uit het zuidoosten van Europa tegenkomt en
een andere keer een vogel die eigenlijk in het poolge
bied thuishoort.
Een andere, niet minder boeiende kant is dat een aantal
andere dingen juist weer wel voorspelbaar is. Je weet
dat eind maart de boerenzwaluw terugkomt uit zijn
winterverblijf in Afrika en dat in september de kans
het grootst is om morinelplevieren op najaarstrek te
gen te komen.
Wie in deze tijd naar buiten gaat komt volop trekkende
vogels tegen.
Zo zijn er momenteel grote aantallen van de tapuit en
het nauw verwante paapje. Dat zijn kleine zangvogels
die in voor- en najaar bij ons passeren, maar die, al
thans in het Zeeuwse niet of nauwelijks als broedvogel
voorkomen. Hoewel er vooral van de tapuit heel veel
exemplaren doortrekken zie je zo'n trekkende tapuit
maar zelden in groepsverband. Tapuiten trekken indivi
dueel, in tegenstelling tot bijvoorbeeld ganzen of pie
pers die in groepsverband op pad gaan. Er zijn ook soor
ten die hun trektocht afleggen in groepjes die uit ver
schillende soorten bestaan. Zo trekken boerenzwalu
wen vaak in gezelschap van oeverzwaluwen en huis
zwaluwen. Soms gaat het daarbij om grote groepen die
overdag pleisteren op plaatsen waar veel insecten te
vinden zijn.
's Avonds zoeken de zwaluwen een gezamenlijke slaap
plaats op waar ze vaak met duizenden bij elkaar over
nachten. Wie er op let kan ze in de avondschemering
zien rondscheren boven de slaapplaats; in onze streken
veelal een omvangrijk rietveld. De vogels maken eerst
een tijdlang rondvluchten boven de slaapplaats om te
inspecteren of er geen gevaar dreigt. Als de schemering
invalt vallen de vogels binnen een tijdsbestek van min
der dan tien minuten allemaal in op hun vaste slaap-
plek.
Zo'n rietveld met een zwaluwenslaapplaats herbergt
vaak ook andere vogels die er de nacht doorbrengen. Ge
le en witte kwikstaarten overnachten vaak in de onmid
dellijke nabijheid van zwaluwen en ook vinkachtigen
als kneutjes en barmsijzen slapen wel in groepen in het
riet Spreeuwen zitten liever in boomtoppen, maar ook
die kunnen een rietveld als slaapplaats tijdens de trek
uitkiezen.
Al kijkend naar invallende zangvogels zie je soms een
roofvogel die probeert om nog voor de nacht een hapje
te verschalken. Vooral sperwers maken er soms een vas
te gewoonte van om tegen de avond post te vatten in
de omgeving van een slaapplaats en dan avond aan
avond een prooi te vangen. Toch betekent een opdoe
mende roofvogel niet altijd gevaar voor de slapende
zangertjes. Kiekendieven hebben ook hun vaste slaap
plaats in het riet en die ligt soms niet ver weg van de
slaapplaats van potentiële prooien.
Ook van kiekendieven slapen soms meerdere soorten
bij elkaar. Bij ons gaat het dan om gemengde slaapplaat
sen van de bruine kiekendief en de blauwe kiekendief.
Daarbij gaat het overigens niet om de massale aantallen
die we van zwaluwen gewend zijn. Een slaapplaats van
tien kiekendieven is al heel behoorlijk en zelden vind
je een groter aantal bij elkaar. De grote uitzondering
vormt de slaapplaats van kiekendieven in het Verdron
ken Land van Saeftinghe. Daar worden soms meer dan
honderd invallende kiekendieven waargenomen, iets
wat elders nog nooit vertoond is.
"ö3
CL
CL
nj
_c
U
co
T3
C
ocd JE
J CD
CD
N
i
Of we het nu plezierig vinden of niet,
het jaar schrijdt voort. Het is septem
ber.
Meteorologisch gezien zijn we in de
herfstmaand aangeland. De laatste weken van
augustus waarin er veel regen is gevallen, soms
gepaard met sterke wind, tijdens buien, waren
er een voorbode van. Vakanties liggen achter
ons, de dagen korten en mogelijk overkomt ons
een gevoel van weemoed bij het naderend af
scheid van de zomer. Van een groot deel van de
akkers is de oogst al binnengehaald. Mens en na
tuur maken zich op voor het natte en donkere
jaargetijde. Donker? Dan toch maar ten dele! Sep
tember is, althans naar mijn eigen ervaring, de
maand met de spectaculairste zonsondergangen.
Alsof er met moeite afscheid moet worden geno
men van de zomer tooien avondluchten zich
soms met een fel doordringend licht, sterk con
trasterend met de er voor liggende wolkenpar
tijen die het trachten te verbergen. Naderend on
heil zou je vermoeden. Wie wint? Het lijkt een
strijd om beheersing van het luchtruim boven
de Zeeuwse velden. Veldzicht heet de boerderij
die hier, scherp afgetekend tegen het natuur-
spektakel, in het polderland van Noord-Beve
land ligt. Een toepasselijke naam voor zowel de
boerderij als het, vergeleken met andere delen
van onze provincie, zo vlakke, voor de opper
vlakkige beschouwer; 'kale' polderland. Een
naam die als geen andere de weidsheid er van
vertolkt. De oneindig lijkende uitgestrektheid
gunt ons een blik die tot de grens van aarde en
lucht reikt en daardoor hoeven we geen stukje
van het natuurtheater te missen. De altijd in be
weging zijnde wolkenpartijen, de steeds veran
derende en langzaam afnemende intensiteit van
het zonlicht bieden een schouwspel waar velen
door geboeid worden. Het vlakke Zeeuwse land
en luchten die verder dan de horizon schijnen te
reiken; ook op de grens van zomer en herfst kun
je het als een majesteitelijk feest ervaren.