II vandaag t uitgelicht Veritas 0 Sint Franciscus Xaverius o Ovum novum o Dizkartes 0 Demos 0 Unitas 0 Ceres 0 Plato Met het begin van het studiejaar begint ook de ontgroeningsperi ode voor aspirantleden van studentenvereni gingen. Afgelopen week werden ze geworven. „Het is al lang niet meer zo heftig als vroeger." Studentikoos 'Vooral mannen hebben extreme omstandigheden nodig voor groepsbinding' Incidenten Het 'zware' studentenleven, met z'n katers en onenightstands, is vaak het mik punt van spot. De bekendste persiflage: de Lullo's van Jiskefet. Zelfs studenten bleven er voor thuis. Bekijk een fragment op vrijdag 20 augustus 2010 Vrienden maak je in de modder door Dewi Cigengack Wie aan 'ontgroening' denkt, denkt vaak direct aan vernedering, fysieke uitputting en vieze op drachten die onzekere eerstejaarsstudenten moeten doorstaan om bij een vereniging te ho ren. Een aantal ernstige incidenten van langer en minder lang geleden heeft de beeldvorming van de introductieperiode van studentenvereni gingen negatief beïnvloed. Maar hoe het 'echt' zit, blijft gissen voor buitenstaanders, want ver enigingen en hun (ex-)leden houden de lippen stijf op elkaar over de introductie. Die geheimzinnigheid hoort bij de 'traditie' van studentenverenigingen, zegt Anne Muyres, voorzitter van de Landelijke Kamer van Vereni gingen (LKvV). Dat is het overkoepelend or gaan van 46 studentenverenigingen, waaron der de corpora uit Amsterdam, Leiden, Delft, Groningen, Utrecht, Rotterdam en Wagenin- gen. „Eerstejaars moeten met een open blik de kennismakingstijd ingaan, zonder precies te we ten wat er op elk moment zal gebeuren", zegt Muyres. „Tijdens de introductie leer je de ge schiedenis, de liederen en de mores van een vereniging kennen. Dat is alleen iets voor de le den. Er wordt ook een hechte 'jaarband' ge creëerd: vriendschappen met jaargenoten die vaak veel langer duren dan de studietijd." Ook Marith Zwarts, voorzitter van de Amster damse vereniging ASC/AVSV (de grootste stu dentenvereniging van Nederland), wil het mys terie rond de ontgroening graag in stand hou den. „Dat is juist één van de charmes ervan: je weet niet wat er gaat gebeuren. Of het nou om een leuke activiteit gaat of iets waarbij je moet laten zien wat je waard bent. In de introductie- tijd kun je veel leren in een korte tijd, moet je ruggegraat tonen en gaat een klein beetje naïvi teit verloren. Maar het belangrijkste is dat stu denten de vereniging leren kennen en daar en thousiast over worden." Psycholoog Hein Lodewijkx deed onderzoek naar ontgroeningen en sprak onder meer met studenten die zo'n introductieperiode hebben meegemaakt. Volgens hem is er in de loop der jaren veel veranderd bij studentenverenigin gen. „Vroeger waren die verenigingen op mili taire leest geschoeid. Waar militairen écht ge test moesten worden op fysieke en mentale weerbaarheid, deden studenten dat als spel. Dat liep nogal eens uit de hand. Tegenwoordig zijn ontgroeningen die ontsporen door de strakke protocollen uitwassen. En omdat vere nigingen afhankelijk zijn van subsidie van de universiteit, zijn ze als de dood voor negatieve publiciteit." De Landelijke Kamer van Verenigingen coördi neert sinds 1998 de introductieperiodes bij In 1965 kwam de student jonkheer David Rut gers van Rozenburg om het leven toen hij tijdens een ontgroening bij het Utrechtsch Studenten Corps een roetkap over zijn hoofd kreeg. De jon gen had astma en stikte. In 1997 raakte het Groninger Studenten Corps Vindicat atque Polit in opspraak. De student Rei nout Pfeiffer overleed na het drinken van grote hoeveelheden jenever. Hem was gevraagd in een corpshuis te komen wonen en hij had dat met zijn toekomstige huisgenoten gevierd. De Universiteit Utrecht verbrak in 2002 alle ban den met studentenvereniging Veritas. Tijdens de ontgroening waren studenten flauwgevallen en moesten ze bruistabletten eten. Het verhaal ging ook dat ze ontlasting in hun haar gesmeerd kregen, maar dat bleek niet te kloppen. Voor een ontgroening van de Groningse vereni ging Albertus Magnus moest een student in 2005 in korte tijd zo veel water drinken, dat hij een epileptische aanval kreeg en in coma raakte. Anderhalve dag later ontwaakte hij. In april dit jaar werd een student van de Groning se vereniging Albertus Magnus, naar verluidt op eigen verzoek, in brand gestoken tijdens de ont groening van een herendispuut. Hij liep tweede en derdegraads brandwonden op aan zijn rug. haar lidverenigingen, en doet daar eens in de vier jaar onderzoek naar. Dat onderzoek richt zich vooral op het welzijn van de eerstejaars. „Vorig jaar hebben we samen met de GGD aan bevelingen gedaan over de Mexicaanse griep. Bijna al onze lidverenigingen hebben daar iets mee gedaan. De verenigingen zijn zich er de af gelopen jaren steeds bewuster van geworden dat ze verantwoordelijk zijn voor de gezond heid van de eerstejaars tijdens een ontgroe ning. Mede daardoor verliepen introductiepe riodes zonder incidenten", zegt Muyres. Stu dentenverenigingen behelzen natuurlijk meer dan alleen de ontgroening, benadrukt hij. „]e kunt jezelf ontplooien, vrienden maken en con tacten leggen waar je de rest van je leven pro fijt van hebt." Dat een ontgroening, die meestal zware onder delen kent, achteraf tóch als positief wordt erva ren, komt doordat studenten de gebeurtenis sen voor zichzelf'rechtbreien', zegt Lodewijkx. „Dat heet 'cognitieve dissonantie': mensen zijn geneigd ervaringen die een intern conflict ver oorzaken, achteraf goed te praten om te voorko men dat je er een rotgevoel aan overhoudt. Dat werkt alléén als je graag lid wilt worden en dat op vrijwillige basis doet." Het argument dat je aan een ontgroening vrien den overhoudt, klopt deels, bevestigt Lode wijkx. „Mensen zoeken onder extreme omstan digheden contact met elkaar. Dat creëert kame raadschap: kortdurende interacties zoals een schouderklopje of een paar bemoedigende woorden als je het niet meer ziet zitten. Vooral mannen hebben die extreme omstandigheden nodig om groepsbinding te krijgen. Bij vrou wen gebeurt dat sneller vanzelf. Maar uit mijn onderzoek bleek dat je met positieve activitei ten zoals een roeitocht of een barbecue hetzelf de groepsgevoel bereikt." De psycholoog be twijfelt daarom of ontgroeningen nog wel een functie hebben. Toch snapt hij dat de traditionele introductie aantrekkelijk blijft voor de verenigingen. „Ont groeningen hebben meer functies gekregen. Ze zorgen ervoor dat niet iedereen zomaar lid wordt en de vereniging daarmee een gesloten, elitaire groep blijft."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 11