Een Roman over de grote liefde die zelden geluk brengt DE GROT1 MIAULHiS donderdag 29 juli 2010 Siegfried Lenz. foto Maurizio Gambarinï/EPA door Alle Lansu iegfried Lenz (1926) geldt met zijn ge neratiegenoten Heinrich Böll en Günther Grass als een van de belang rijkste naoorlogse Duitse schrijvers, maar het afgelopen decennium leek zijn schrijverschap een zachte dood gestorven. Tot hij 2 jaar geleden, op 82-jarige leeftijd, een verrassende en imponerende comeback maakte met de novelle Een minuut stilte. De oude meester kreeg het publiek opnieuw stil met dit kleine juweeltje waarin hij de noodlottig geëindigde zomeridylle be schrijft tussen de 18-jarige gymnasiast Chris tian en zijn jonge lerares Engels, Stella Peter sen. Lenz onthult het noodlot al meteen aan het begin van het boek. Leerlingen en docenten zijn bijeen in de aula van de school om juf frouw Petersen te herdenken. Onder hen Christian, de ik-verteller die zo zijn eigen herinneringen heeft aan deze vrouw die voor hem vooral Stella was. Lenz schakelt regelmatig soepeitjes tussen de herdenkingsbijeenkomst en de herinne ringen van Christian aan de voorbije zomer waarin hij veel tijd met Stella doorbracht in en daar even liet rusten. Hoe anders klonk de stem van Stella toen ze plotseling op stond en naar buiten liep, naar het strand'. Lenz laat Christian een romantische dro mer zijn, zonder daar ironisch over te doen. Wanneer Stella een paar dagen weg is om te zeilen met vrienden, schrijft hij haar een brief met een plan voor een gezamenlijke toekomst: 'Stel je voor Stella: we betrekken de hut van de vogelwachter, jij en ik, ik zal een bord aan de steiger hangen met AAN LEGGEN VERBODEN. Ik ga het dak repare ren, zet een grendel op de deur, verzamel hout voor de kachel en bij onze scheepsbe- voorrader koop ik wat conserven en ge droogd voedsel. Het zal ons aan niets ont breken' 'Als PS schoot me nog de zin te binnen: 'Misschien kunnen we ook*leren sa menleven'. Zo ver zal het niet komen door een ongeluk met de zeilboot van Stella. De ervaren oude meester Lenz weet dan wel hoe hij het even verstild als ontroerend af moet maken. Een minuut stilte is een prachtig boekje dat je in één zomeravond uitleest. Siegfried Lenz - Een minuut stilte. Vertaling Gerrit Bussink. Van Gennep, 9,90 euro. door Herman Stevens Q Alain-Fournier - De grote Meaulnes. Vertaling Mario Molegraaf. Prometheus, 24,95 euro. ALAIN-FOURNIER Eenmaal een onvergetelijke ro man schrijven en dan met een schone lei verder leven. Het is een droom die veel 20-jarigen koeste ren en Alain-Fournier is hun grote voorbeeld. Honderd jaar geleden schreef hij één roman, Le grand Meaulnes, die nog steeds overal op de wereld wordt gelezen, want er zijn weinig boeken die zo aangrij pend en ongrijpbaar vertellen over jeugd, liefde en vriendschap. Alain-Fournier had vast nog wel meer willen schrijven. Op zijn 27ste had hij zijn plaats in de Parijse literai re wereld al veroverd, maar een jaar na de verschijning van zijn debuut barstte de Eerste Wereldoorlog los en de schrijver sneuvelde in een ano nieme loopgraaf dicht bij de Bel gische grens. Zijn stoffelijke resten werden pas in 1991 geïdentificeerd. Meaulnes is de ideale roman voor de literatuurlijst. Taal en stijl zijn ont hutsend simpel en de schrijver is een meester in de beperking. Meaulnes legt het moment vast dat Fournier als 18-jarige 'het mooiste meisje dat ooit op de wereld was geweest' ont moette. In Meaulnes heet ze Yvonne, net als in de werkelijkheid, en net als in de werkelijkheid vertelt ze Meaul nes dat hij niet zo gek moet doen. Ze zijn nog maar kinderen. Hiermee houdt de gelijkenis met het echte bestaan wel zo'n beetje op, want Fourniers ontmoeting met het mooie, ernstige meisje werd de kiem voor een verhaal van mythische allu re. In Meaulnes vertelt de manke on derwijzerszoon Francois hoe zijn on besuisde vriend, de grote Meaulnes, op een winterdag zomaar verdwijnt. Wanneer hij vier dagen later terug keert, is hij niet meer dezelfde. Op zijn dwaaltocht over onbekend ter rein was Meaulnes verzeild geraakt op een landhuis waar een verkleed partij wordt gehouden ter ere van een bruidspaar. Overal lopen kinde ren rond in lakschoenen en satijnen jakjes. Hij ontmoet 'het mooiste meisje dat ooit op de wereld was ge weest'. Het enige probleem is dat het feest opeens eindigt - de bruiloft ging niet door - en later kan Meaulnes het landgoed niet meer terugvinden en het meisje ook niet. Het is alsof het allemaal een droom is geweest. De rest van de roman gaat over de vele dwaaltochten die het meisje moeten terug brengen. Tegen die tijd is het te laat. Meaulnes gaat over de grote liefde die zelden geluk brengt.De nieuwe vertaling door Mario Mole graaf moet de uit 1949 stammende vertaling van Parool-oprichter Max Nord vervangen. Eerlijk gezegd zie ik niet waarom Molegraaf zoveel beter zou zijn. Zo stoort het hoe vaak het woord 'maat' (in de zin van vriend) bij Molegraaf voorkomt, als vertaling van 'compagnon' en 'camarade'. Als Fournier verschillende woorden koos, mogen we van de vertaler het zelfde verwachten. Het is de vraag wat er mis is met 'metgezel' en 'ka meraad'. Fourniers taal is opzettelijk mat, want hij is geen Proust. Hij ge bruikt de eenvoudige taal van onze dromen. Maar die moet niet nog een keer worden vereenvoudigd, want Le grand Meaulnes is een roman die we minstens één keer in ons leven moe ten lezen. Een liefdesgeschiedenis tussen een lerares en een van haar leerlingen. Het lijkt op het thema van een tragische Bouquetroman. Maar Siegfried Lenz zorgt ervoor dat zijn novelle Een f minuut stilte nooit op enig moment klef wordt. en rond het havenstadje Hirtshafen aan de Oostzee. Lenz bonwt de intimiteit die tussen leerling en lerares groeit subtiel op. Hij maakt fijn tjes het geluk voelbaar dat Christian ervaart bij de kleine gebaren in de omgang met Stel la: een vluchtige aanraking, het strijken van een hand over zijn haar, een snelle zoen op zijn wang, hoe ze naar hem zwaait. Als ze tijdens het roeien moeten schuilen voor de regen in de hut van een vogel wachter, voel je de puberale spanning tussen schuchter heid en verlangen. Geleidelijk vallen de rollen van leerling en lerares weg, en kruipt het bloed waar het niet gaan mag. Na een eerste echte zoen en een omhelzing weet Christian dat dit een ver volg moet krijgen: 'We zien el kaar terug,zei ik. 'Gauw'. Ze zweeg, en ik zei nog een keer: 'We moeten elkaar terugzien, Stella'. Voor het eerst had ik haar bij haar voornaam ge noemd, ze leek niet verbaasd; ze accepteerde het heel van zelfsprekend'. Vanaf dat moment ontvouwt zich een zorgeloze zomerse liefde, al lijkt Stella zich meer bewust van de uiteindelijke onmogelijkheid daarvan dan Christian. Na de vakantie zullen ze weer leerling en lera res zijn. Het klinkt misschien als een Bouquetreeks- verhaal, maar de ingetogen toon die Lenz hanteert, garandeert dat deze liefdesgeschie denis nooit op enig moment klef wordt. Hij geeft de herinneringen van Christian ook een ontroe rende intimiteit mee door hem regelmatig aan haar te laten denken in de je-vorm, alsof hij haar aanspreekt (daar in die aula, terwijl zij" er al niet meer is). Meestal betreft het dan een herinne ring aan een intiemer mo ment. Soms schakelt hij in het bestek van een paar zin nen tussen ze/zij en je/jij: 'Ie legde je hoofd tegen mijn schouder, ik durfde niet te bewegen, ik voelde alleen dat je mijn hand pak te, hem naar je wang bracht

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 12