Nissan Cube 1.6 Zen: Japans waagstuk
onderweg
Eerst zou hij wel komen, toen
weer niet maar naderhand
toch weer wel, de uit zijn as herre
zen Fiat 500. Zijn naam zou
Trepiüno worden maar die werd
naderhand, zoals bekend, veran
derd in 500. Een goeie zet, en
Fiat zal degenen die het plan er
toch doordrukten, dankbaar zijn.
Want de 500 is een enorm succes.
Waar je maar kijkt zie je ze rij
den, meestal met een vrouw ach
ter het stuur. Nu het succes van
de 500 zo volkomen is, is het tijd
voor een vervolg. Dat werd de
500C, waarvan de C ongetwijfeld
voor cabriolet staat. In navolging
van zijn jaren vijftig (en zestig)
voorganger werd deze 500 maar
ten dele onthoofd.
Om geen al te hoge kosten hoeven
maken, in verband met de benodigde
verstevigingen aan de wagenstruc
tuur, is gekozen voor een cabriolet-
vomi waarbij de zijwanden van de au
to overeind zijn gebleven. Dat maakt
de auto minder kwetsbaar voor"torsie,
wringing van de carrosserie doordat
een vast dak ontbreekt. Een nadeel er
van is, zo bleek tijdens de rijproef, dat
zicht naar achteren met neergelaten
kap heel erg slecht is. Verkeer achter
je zie je totaal niet doordat de kap het
uitzicht op de weg achter je totaal ver
hindert. Toch is het erg knap van de
tekenaars van deze 500 hoe ze een au
to hebben kunnen ontwerpen die bij
vrijwel iedereen vertedering oproept.
Het interieur van de 500C verschilt,
op de knoppen van de kapbediening,
niet van de 'gewone' 500 en dat is
dus dik in orde. Veel elementen uit
de Panda en daar is helemaal niks mee
mis. De (speciaal voor de cabrio ont
worpen nieuwe) stoeltjes zitten goed
en je voelt je al snel thuis in het een
voudige interieur. Het zal duidelijk
zijn datje als volwassene voor een lan
ge autorit achterin weinig te zoeken
hebt. Maar met wat inschikken kan
het-voor een niet al te lange rit nog
bést. De bagageruimte is natuurlijk
wat kleiner dan die van de normale
500, en minder goed toegankelijk.
Toch heeft Fiat zich nog moeite ge
noost om de toegankelijkheid met ge
opende kap te verbeteren. In dat ge-
val sluit het achterste deel van het dak
zich elektrisch om meer ruimte te ma
ken zodat de klep - nou ja, klepje -
kan worden geopend. De Onderne
mer reed met een versie met 1.2 liter
motor met stop/start automaat die in
de praktijk goed voldoet. Je trekt er
geen keien mee uit de grond maar dat
wordt in deze tijd toch steeds minder
belangrijk. Meer belang hecht het hui
dige koperspubliek aan zuinigheid en
lage uitstoot en daarmee scoort deze
500C goed. In deze configuratie be
taal je als koper geen wegenbelasting
en wordt geen BPM geheven op de
nieuwprijs. Er zijn elf carrosseriekleu-
ren beschikbaar en een keuze uit drie
kleuren voor de cabrioletkap. Daar
mee is deze 500C voor iedereen wel
op smaak te krijgen.
Al met al heeft Fiat met deze open
versie een nieuw schot in de roos. Op
korte termijn komen er nog snellere
versies in de vonn van Abarth 500C
die de sportieve harten sneller moe
ten laten kloppen. De Fiat 500C is
verkrijgbaar vanaf 15.795 euro, inclu
sief BTW.
Toegegeven: je moet wel durven als je met deze gloednieuwe Nis
san de straat op gaat. Nissan, dat zulke nauwe banden heeft met
Renault, wordt meer en meer een merk dat het bijzondere niet
schuwt. Wég zijn de duffe gezinskoetsen waarmee het decennia de
weg teisterde. Goeie auto's waren het, en dat zijn het nog steeds. Al
leen is de verpakking tegenwoordig wel heel wat gedurfder. Zoals bij
de Cube bijvoorbeeld.
Een auto met zoveel binnenruimte als
een flinke zeecontainer. Dat krijg je
als je een auto tekent waarbij alle wan
den rechtop staan. Wanneer je daarna
de auto vormen meegeeft die niet he
lemaal evenwijdig zijn aan elkaar kun
je er gif op innemen datje een waag
stuk in de showroom neerzet. Nissan
deed het en noemt hem Cube (ku
bus).
Een volumemodel verwacht Nissan
er niet mee neer te zetten, daarvoor is
de carrosserie te wonderlijk van vorm
geving. Het is meer een auto die de
aandacht trekt, aldus een woordvoer
ster van Nissan en daarin heeft ze
groot gelijk. In die zin is het echt een
auto voor durfondememers. Mensen
die zich niet laten leiden door de
mainstream.
Bestickerd zie je een dergelijke auto
absoluut rijden en hij trekt in die zin
meer aandacht dan een smart of Fiat
500, want die.zie je al zo veel als recla
me-uiting. Wie zich over de hik van
zijn aparte koetswerk weet heen te
zetten, krijgt een auto die grosso mo-
do heel fijn rijdt. De versie met conti
nue variabele transmissie moet je le
ren waarderen maar eigenlijk is het
een raadsel waarom Nissan hieraan
nog vasthoudt terwijl er zoveel fijne
re automatische versnellingsbakken
zijn. Veel geschreeuw maar weinig
wol is toch een uitdrukking die bij je
opkomt als je het gaspedaal vol in
trapt waarbij de (overigens heel fijne)
benzinemotor het uitgiert. Ander
zijds, met CVT rijdt deze Cube als
een kek golfkarretje. Je zit lekker
hoog, met volop licht in het interieur
dankzij het glazen dak dat je aan de
binnenkant kunt afschermen door
middel van een zeiltje of imitatie rijst
papier waardoor er diffuus licht bin
nenstroomt. Wie voor de handgescha-
kelde versie kiest heeft hiervan alle
maal geen last en houdt ook nog geld
in de knip. Nog een minpuntje: de
achterzijde van deze Cube is erg on
handig omdat er geen gebruik wordt
gemaakt van een naar boven scharnie
rende klep, maar van een echte deur
die onhandig ver uitzwaait. Niet prak
tisch voor een stadsauto. Wél prak
tisch is de grote (kofferruimte die
nou eenmaal hoort bij een kubus
waarvan de achterbank bovendien
verschuifbaar is. Je kunt er heel wat
in kwijt.
Prijstechnisch begint de Nissan Cube
bij 19.400 euro, inclusief belastingen.